Requiem voor de christendemocratie? H
ij schreef dan toch geschiedenis, weliswaar met een erg kleine g. Joachim Coens is de eerste partijvoorzitter die wegens een barslechte peiling ontslag nam. Een impulsieve beslissing? Allicht, maar ze maakt wel duidelijk hoe groot de existentiële malaise van de Vlaamse christendemocratie is. Geleerd door de vele missers van de peilingsfabrieken in het verleden zijn politici doorgaans bijzonder terughoudend als een nieuwe lading steekproeven in de Wetstraat wordt uitgestort. Maar niks terughoudendheid of relativering bij Coens en CD&V toen de score van De Stemming uitlekte. Het vertrouwde en wetenschappelijk verantwoorde ‘het is maar een peiling’ moest wijken voor onvervalst paniekvoetbal.
Tot voor kort was het totaal ondenkbaar, vandaag is het werkelijkheid. De Vlaamse christendemocratie zakt in de peilingen naar een akelig diepe 8,7 procent. Enkele uren nadat het desastreus cijfer was vrijgegeven, kondigde voorzitter Joachim Coens zijn ontslag en zijn vertrek uit de nationale politiek aan. Hij trekt zich terug in zijn geliefkoosde Damme en kan zich nu voltijds als burgemeester uitleven. Tweeënhalf jaar heeft Coens zich te pletter vergaderd en is hij over duizenden woorden gestruikeld om CD&V uit het moeras te trekken. Hij faalde, althans in de peilingen. Daar verschrompelde de partij in versneld tempo en Coens zelf, die niet eens de kans kreeg om de confrontatie met de kiezer aan te gaan, legde zijn hoofd op het kapblok.
Minder dan veertien uur na de exit van Coens liep zijn opvolger zich al warm. Op zijn beurt wil Sammy Mahdi het requiem voor de Vlaamse christendemocratie afblazen. De kans dat ook hij mislukt, is groot. Sinds 1950, toen de CVP de absolute meerderheid in kamer en senaat behaalde, is het de partij niet gelukt de electorale aftakeling te stoppen. Hoe retorisch begaafd ook, niet een van die illustere boegbeelden van weleer is erin geslaagd het verval te stoppen. Hooguit lukte het hen om het verlies even te consolideren en de hoop te voeden dat de bodem bereikt was en de opstanding nabij. Telkens opnieuw bleek het een illusie en begon de zoektocht naar een nieuwe voorzitter, een fris logo of een andere naam om de partij uit de put te tillen. Nu was het niet anders. Enkele dagen nadat de partij van een nieuwe baseline was bevallen – ‘van en voor het volk’ – botste ze met het verdict van de peilers: 8,7 procent.
Alleen als je in mirakels gelooft, geef je Mahdi een kans op slagen. De wereld, de samenleving en het land waarin de christendemocratie ontstond en glorieerde, zijn voorgoed verdwenen en komen nooit meer terug. Al die scharniermomenten waarop België en Vlaanderen een andere bedding opzochten, waren voor de christendemocratie geen opportuniteiten, wel beproevingen. Zowel het einde van het unitarisme als de opmars van ontkerkelijking en de teloorgang van de verzuiling holden de interne cohesie en de loyauteit van de achterban uit.
De geschiedenis van de Vlaamse christendemocratie is er een van veel gemiste afspraken. Hoe diverser en mondiger de samenleving werd, hoe moeilijker ze zich kon handhaven en hoe nadrukkelijker ze als machtspartij in beeld kwam. Zo verloor ze veel krediet bij de jongere generaties en werd ze in de steden zo goed als weggeveegd. Alleen in ruraal, stikstofrijk Vlaanderen kon ze zich handhaven en blijven meer dan honderd CD&V-burgemeesters waken er over het erfgoed van wat eens de dominante Vlaamse partij was.
Met zijn plotse vertrek heeft Coens zijn partij ongetwijfeld een nacht van de lange messen bespaard. Hij nam alle schuld op zich en versterkte zo de illusie dat een personeelswissel aan de top volstaat om het tij te keren. Hoe belangrijk ook, zeker bij de Vlaamse christendemocratie zal het niet volstaan. De partij zal veel arrogant verleden van zich moeten afschudden om de jongeren aan te spreken, relevant te worden in de steden en een boeiend project voor de 21ste eeuw te formuleren. Dat wordt knokken, onder meer met de baronieën van landelijk Vlaanderen, die ervan dromen om de standenpartij van weleer tot een gezapige burgemeesterspartij te recycleren. Ik vermoed dat Mahdi andere doelen en ambities heeft. Als zoon van een politiek vluchteling die in een grootstad met vele identiteiten opgroeide, weet hij beter dan wie ook dat het homogene Vlaanderen van Affligem of Torhout niet het Vlaanderen van divers Vilvoorde en nog minder het Vlaanderen van de toekomst is.
Het was al lang geleden dat een prominente christendemocraat priester Daens als inspiratiebron naar voren schoof. Mahdi deed het wel. De sociaal bewogen priester-activist durfde het aan de consensus binnen de eigen zuil te doorbreken en het toenmalige centrum uit te dagen. Daens was geen revolutionair, maar toch werd hij door het establishment als een extremist weggezet en navenant behandeld. Allemaal omdat hij zich tegen kinderarbeid en hongerlonen verzette en zich redelijk onbuigzaam tegenover de praatjes en sermoenen van de gevestigde orde opstelde. Het duurde zijn tijd, maar uiteindelijk waren het de voorstellen van Daens & co die het volk hoop, zekerheid en welvaart gaven. Toen werd ook duidelijk dat de echte extremisten zich in het centrum ophielden. Op een moment dat duizenden Belgen hun energiefactuur niet meer kunnen betalen en de koopkracht van velen erodeert, is die vaststelling brandend actueel.
Alleen in stikstofrijk Vlaanderen kon CD&V zich handhaven en blijven meer dan honderd burgemeesters waken over het erfgoed van wat eens de dominante Vlaamse partij was