Voor atletes staan de hordes hoger
Sport/vrouw
Omdat België sinds de jaren 2000 niet verlegen zit om vrouwelijk topsporttalent, maar documentaires over hen zeldzaam zijn, en ook een beetje omdat niet iedereen thuis een topsportende vrouw heeft rondlopen of -springen, besloot Ruben Van Gucht langs te gaan bij zeven vaderlandse exemplaren, zodat ook gewone stervelingen zoals u en ik zich iets bij hun leven kunnen voorstellen.
Passeren onder meer de revue: olympisch kampioene Nina Derwael – met korrelige beelden van haar als kleuter terwijl ze een spreidstand doet die ons alleen al bij het bekijken ervan liespijn bezorgde, Red Flame Janice Cayman – en niet ‘Dennis’ zoals sommige ouders langs de lijn tijdens jeugdwedstrijden weleens dachten, en Belgian Cat Emma Meesseman – die heerlijk eerlijk toegeeft dat ze zelfs toen ze de nationale selecties haalde, dacht: ‘Dat is gewoon puur omdat ik groot ben’.
Misbruik, seksisme, de financiële ongelijkheid, het gebrek aan een vrouwelijke blik in een door mannen geregeerd bastion: de eerste aflevering van Sport/vrouw is amper drie minuten oud of Elodie Ouédraogo, een van de oud-sporters die de getuigenissen van de zeven aanvullen, had het mes al diep in de wonde geduwd en eens goed gekoterd. ‘Natuurlijk is het moeilijker om als vrouw aan topsport te doen. Wat denk je zelf?’
Neem nu iets waarmee vrijwel iedere vrouw maandelijks te maken krijgt: menstruatiepijn. Openlijk over de gevolgen ervan praten, we hebben het weinig vrouwelijke topsporters horen doen. In Sport/vrouw gebeurt het. ‘Je moet lopen, springen en wat weet ik nog allemaal’, zegt Meesseman, ‘terwijl je bij wijze van spreken tien messen in je buik hebt.’ Maar het gaat over meer dan alleen de puur fysieke gevolgen. Zo hadden we er zelf nooit bij stilgestaan hoe onhandig het kan zijn om in witte shorts te moeten spelen.
Het is een van de boeiendste momenten in de eerste twee afleveringen, want de lat ligt niet altijd op Tia Hellebaut-hoogte. Dat Elise Mertens en co. het doen omdat ze het graag doen, topsport veel opofferingen vraagt en niet altijd rooskleurig is, en ze vaker wel dan niet met een pijnlijk lijf uit hun bed stappen, zijn niet bepaald ontboezemingen waarvan we uit onze zetel vielen. En ze gelden wellicht ook voor elke topsportende man. Nee, doe dan maar het beklijvende verhaal van para-atlete Gitte Haenen, een ex-thaibokster die na een ongeval op training haar been verloor en een jaar na de amputatie al op het WK atletiek stond.
Van Gucht, deze keer discreet op de achtergrond, weet vaker de platgetreden paden te verlaten, om uit te komen bij thema’s die ook niet-sportliefhebbers zullen boeien. Als sprintster Rani Rosius het heeft over de onzekerheid die haar gespierde lichaam teweegbrengt, bijvoorbeeld, of als Jolien D’hoore getuigt over haar strijd tegen de weegschaal, waarbij ze voor de Spelen in Rio alles wat ze at, woog en noteerde. ‘Waardoor ik op het einde van de dag soms nog slechts drie druiven mocht eten, en dan ook effectief maar drie druiven in mijn mond stak.’
Het leven van een vrouw is harder dan dat van een man, zegt de wielrenster-metpensioen. Met een knipoog weliswaar, maar als het over topsport gaat, zijn we geneigd haar te geloven.
Openlijk over menstruatiepijn praten, we hebben het weinig vrouwelijke topsporters horen doen. Maar de lat ligt niet altijd op Tia Hellebaut-hoogte