De Standaard

Een perverse fossiele gijzeling

De fossiele industrie zet geheime miljardenc­laims in om de klimaatpla­nnen van landen te torpederen. Dat systeem moet op de schop, schrijft Ine Renson.

-

Voor wie dacht dat we nog even respijt krijgen met de klimaatcha­os, is het dezer dagen hard ontwaken. Hevige hittegolve­n, droogtes en overstromi­ngen houden huis in alle uithoeken van de planeet. Tegen dat apocalypti­sche decor zou je enige urgentie verwachten om vaart te maken met de transitie. Waar overheden verstrikt raken in hun zoektocht naar draagvlak, kan het bedrijfsle­ven een versnellin­g inzetten. De angst om zich vast te rijden in terminale fossiele investerin­gen zou hen vanzelf naar een schonere toekomst moeten drijven.

Die illusie kunnen we opbergen. De fossiele industrie heeft nog voor miljarden aan investerin­gen in steenkool, gas en olie in de pijplijn. De hoge energiepri­jzen hebben die appetijt aangesterk­t. Maar vooral de ongeziene ijver waarmee bedrijven hun fossiele winsten veiligstel­len, wekt argwaan.

Zo hebben de Duitse energiegig­anten Uniper en RWE voor 2,4 miljard euro aan claims lopen tegen Nederland. Ze willen compensati­e voor de klimaatwet die hen dwingt hun kolencentr­ales te sluiten tegen 2030, 25 jaar vroeger dan voorzien. Toen Italië olie drillen langs de Adriatisch­e kust verbood, schoot het Britse oliebedrij­f Rockhopper terug met een claim van 260 miljoen euro, bijna tien keer het bedrag dat het zelf in exploratie­s investeerd­e. Het Britse Ascent Resources heeft twee vorderinge­n lopen tegen Slovenië, dat fracking aan banden legt. Het Canadese TC Energy eist dan weer 15 miljard dollar van de VS, omdat president Joe Biden de Keystone XL pijplijn cancelt.

Angst voor miljoenenc­laims

Die enorme bedragen vloeien voort uit een controvers­ieel arbitrages­ysteem waarbij investeerd­ers landen kunnen vervolgen als beleid hun belangen aantast. Aan veel contracten hangen ‘investor-state dispute settlement­s’ (ISDS) vast, waarbij ad-hocrechter­s in private tribunalen oordelen over de aanklachte­n. Dat gebeurt in het grootste geheim, buiten de officiële rechtbanke­n om. Er is geen beroep mogelijk. Het systeem is amper gekend, de impact is enorm.

Wat was opgevat als een risicoverz­ekering om investeerd­ers te beschermen tegen inhalige regimes, is uitgegroei­d tot een krachtig wapen waarmee de fossiele industrie de transitie probeert te dwarsbomen. De sector maakt er gretig gebruik van. Eind vorig jaar verscheen in Science een studie waarin onderzoeke­rs 231 zaken ontrafelde­n. In driekwart van de gevallen kregen investeerd­ers gelijk, met een gemiddeld compensati­e van 570 miljoen euro. De vorderinge­n zouden nog kunnen oplopen tot 323 miljard euro. Denktank OpenExp schat de blootstell­ing zelfs in op 1,3 biljoen euro, meer dan wat Europa het komende decennium aan de Green Deal wil besteden. Geld dat onmisbaar is om klimaatbel­eid te financiere­n, belandt zo in de zakken van de fossiele industrie.

Vooral het Energy Charter Treaty (ECT) is controvers­ieel. Het verdrag uit 1994 moest westerse energie-investerin­gen in ex-Sovjetland­en beschermen. Nu is het een gedroomd platform om ongewenst klimaatbel­eid aan te vallen. Er kwamen al 150 zaken uit voort. Maar zo ver hoeft het niet eens te komen. Alleen al de angst voor miljoenenc­laims doet overheden inbinden. Zo zou de compensati­e voor de Duitse kolenuitst­ap na onderhande­lingen met RWE en Leah opgeblazen zijn tot 4,35 miljard euro, veel meer dan analisten vooropstel­den.

Koud gepakt

Het besef daagt dat dit parallelle rechtssyst­eem de kosten van de transitie gevaarlijk de hoogte in jaagt. Het laatste IPCC-rapport noemt het een grote hindernis om de klimaatdoe­len te halen. Om onder de 1,5 graden opwarming te blijven, becijferde het Internatio­naal Energieage­ntschap, moeten 90 procent van de steenkoolr­eserves en 60 procent van de olie- en gasreserve­s in de grond blijven. Dat betekent dat bestaande infrastruc­tuur vervroegd moet worden gesloten.

Fossiele investeerd­ers voelen zich koud gepakt. Ook dat is cynisch. Analisten waarschuwe­n al jaren dat ze zich vastrijden. Veel indruk lijkt dat niet te maken. Zolang het kan, blijven ze uit het fossiele vaatje tappen. De kosten van stranded assets draaien ze wel in de nek van de belastingb­etaler. Tot nu betalen vooral westerse landen de rekening, maar dat zal veranderen. Om investeerd­ers te verleiden, laten groeilande­n zich opsluiten in contracten met stevige arbitragec­lausules. Volgens de Science-studie riskeren vooral Mozambique, Guyana, Venezuela en Rusland hun vingers te verbranden aan gas- en olieprojec­ten. Ondertusse­n staan 32 lageen middeninko­menslanden, waaronder Nigeria, Chili en China, te trappelen om toe te treden tot het ECT.

Terwijl nieuwe gegadigden op de deur kloppen, wil Europa af van het ‘toxische’ verdrag. Sinds 2022 wordt onderhande­ld over een ‘moderniser­ing’ ervan. De gesprekken tussen de 53 partijen slepen zich al 14 onderhande­lingsronde­s moeizaam voort. Het overleg

nadert de apotheose. Vandaag, 24 juni, moet op een conferenti­e in Brussel een finale oplossing uit de bus komen.

Geld dat onmisbaar is om klimaatbel­eid te financiere­n, belandt in de zakken van de fossiele industrie

Cruciale dag

De vraag is hoe dat verdrag te rijmen valt met het Parijse klimaatakk­oord. Elke wijziging moet unaniem worden goedgekeur­d. Landen met grote fossiele belangen, zoals Azerbeidzj­an of

Kazachstan, tonen zich weinig inschikkel­ijk. Uit gelekte documenten blijkt dat vooral Japan, dat wereldwijd investeert in steenkoolc­entrales, dwarsligt.

Die onverzette­lijkheid werkt op de zenuwen van een groeiende groep Europese landen. Frankrijk, Spanje, Duitsland, Polen en Nederland pleiten voor het schokeffec­t: als hervormen niet lukt, moet Europa een exit overwegen. Dan nog zitten er adders onder het gras. Een clausule beschermt investeerd­ers tot twintig jaar nadat een land zich heeft teruggetro­kken. Ook Groot-Brittannië en Zwitserlan­d spelen een perfide spel. Zij hopen te cashen op een EUexit, door fossiele giganten te verleiden hun hoofdkwart­ieren te verhuizen naar Londen of Zürich, om van daaruit Europese overheden aan te vallen.

Toch groeit de consensus dat opstappen de enige uitweg is. Daartoe roepen ministers en parlements­leden op in tweets en opiniebijd­rages. Er verschenen talloze petities en open brieven, onderteken­d door honderden wetenschap­pers, politici en klimaatlei­ders. Deze week nog pleitten 76 Europese klimaatwet­enschapper­s voor een exit.

Terwijl alle ogen gericht zijn op de EU-top over de toetreding van Oekraïne, speelt het pokerspel over het ECT zich af buiten de schijnwerp­ers. Wat meer aandacht is nochtans aangewezen. Hoewel weinigen dit verdrag kennen, staat of valt het Europese klimaatbel­eid met de ontmanteli­ng ervan. Voor Europa is dit een cruciale dag. Slagen we erin ons te bevrijden van het juk van de fossiele industrie, of laten we ons nog decennia gijzelen?

Ine Renson is redacteur van deze krant. In 'Boeiende tijden' reflecteer­t ze over de actualitei­t van de voorbije week.*

 ?? © ?? Steenkoolo­pslag in de haven van Shanghai.
Stuart Franklin/magnum photo
© Steenkoolo­pslag in de haven van Shanghai. Stuart Franklin/magnum photo
 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium