‘Concurrentie is de beste vorm van herverdeling’
Econoom Jan Eeckhout bestudeert al jaren bedrijfswinsten, lonen, marktmacht en concurrentie. Onderwerpen die de actualiteit beheersen, nu de inflatie de economische krachtsverhoudingen op scherp zet.
‘Ik spreek niet meer zo vaak Nederlands’, zegt Jan Eeckhout als hij even naar een woord moet zoeken. Zijn carrière speelt zich al een kwarteeuw voornamelijk in het buitenland af. Deze week was hij in Brussel voor een bijeenkomst van het European Research Council (ERC). Een buitenkans voor een gesprek over de economische hot topics.
VeelbetogersdiemaandagdoordestratenvanBrusseltrokken,zijngefrustreerdomdatdebedrijfswinstenendedividendengewoonoppeilblijven,ondanksdeinflatie.Zewilleneengroterstukvandekoek.Hebbenzegelijk?
‘Dat de winsten hoog blijven, klopt. Dat de lonen in verhouding daarmee relatief lager zijn komen te liggen, ook. Of een staking de beste oplossing daarvoor is, laat ik in het midden. Maar we moeten wel duidelijk voor ogen houden dat we nu te maken hebben met tijdelijke ontwrichtingen. De vraag is hoog, het aanbod is beperkt. Dat is een ander verhaal dan dat over de marktmacht van dominante bedrijven. Ik geef even een voorbeeld uit het begin van de pandemie. De prijs van mondmaskers schoot toen van een paar
WieisJanEeckhout?
▶
▶
▶
▶
▶
ProfessoreconomieaandeUniversitatPompeuFabrainBarcelonaDoceerdevoordienaanUniversityCollegeLondenendeuniversiteitvanPennsylvania StudeerdeeconomieinLeuvenenManchesterDoctoreerdeaandeLondonSchoolofEconomics Trokin2019inter-nationaleaandachtmeteenpaperoverdemarktmachtvanAmerikaansebedrijven,diehijsamenschreefmetJanDeLoecker(KULeuven)Publiceerdein2021hetboekTheprofitcent naar 1,50 euro. Iemand die toen investeerde in machines om mondmaskers te maken, kon zijn investering terugverdienen dankzij die hoge prijzen. Doordat het aanbod van mondmaskers zo snel steeg, kon de prijs ook weer snel zakken. Wat de markt toen voor elkaar kreeg, zou de overheid nooit gelukt zijn’.
Voorbedrijvenstijgendekostenook.Jezouverwachtendatzedaardoorwatminderwinstzoudenmaken,maarvaakkunnenzedekostenintegraaldoorschuivennaardeklantendeeindconsument.Watzegtdatoverhunmarktmacht?
‘Niet alleen bedrijven met een grote marktmacht of een monopolie moeten afrekenen met een hoge inflatie. Alle bedrijven hebben ermee te maken. Je kunt je afvragen hoe wenselijk het is dat bedrijven de kosten doorrekenen. Het klopt dat de vergoeding van kapitaal op die manier standhoudt, terwijl de vergoeding van arbeid misschien onder druk komt te staan. Maar dankzij de winsten kan er meer geïnvesteerd worden, wat een deel van de oplossing van het inflatieprobleem is. Als het aanbod groeit, ontstaat er weer een neerwaartse druk op de prijzen.
Jan Eeckhout: ‘Vaak is deregulering de beste regulering.’
Bij monopolievorming heb je dat niet. In dat geval profiteert een beperkt aantal bedrijven, ten nadele van andere. Het is belangrijk om dat onderscheid te maken in het beleidsdebat.’
Watkandeoverheiddoen?
‘Prijscontroles zijn in elk geval niet de oplossing. Om even terug te komen op de mondmaskers: als er toen een plafond was gezet op de prijs, zouden er onvoldoende mondmaskers gemaakt zijn, wat op lange termijn veel schadelijker zou uitvallen. Eigenlijk kunnen overheden niets doen aan de oorzaken van de ontwrichtingen die we nu zien.’
InFrankrijkstaatereenplafondopdeprijsvanenergie.DeinflatiedaarisdelaagstevanEuropa.
‘Maar je loopt wel het risico dat je leverancier op een bepaald moment niet meer zal leveren, omdat het niet langer rendabel is. Ik denk persoonlijk dat subsidies veel beter werken dan prijsingrepen. Op die manier kan je de middelen richten op de inkomenscategorieën die het nodig hebben. Door de prijs te laten zakken, subsidieer je mensen die de hoge prijs gemakkelijk kunnen dragen. Bovendien subsidieer je op die manier eigenlijk vuile, fossiele energie. De prijs aanpassen maakt de marktontwrichting eerder erger dan minder erg.’
Sommigeenergieproducentenzienhunkostennietstijgen,maardoordehogeprijzengaathunwinstwelomhoog.Deoverheidwildieover-winstenafromen.Terecht?
‘Noorwegen roomt de winsten van de olieproducenten standaard af met een percentage van 78 procent. Als de winst laag is, zijn er minder inkomsten voor de overheid, als de winst hoog is, meer. Nu komt de roep om hogere belastingen er omdat de winst hoog is. Maar eigenaars hebben natuurlijk geïnvesteerd in de hoop dat de prijzen ooit hoog zouden zijn. Als overheid komt het erop aan dat je op voorhand heel duidelijk moet zeggen hoe je zult omgaan met de zogeheten windfall profits.’
Centralebankenhebbendeinflatieonderschat.Sommigendenkendatdatkomtdoordatzegeenrekeninggehoudenhebbenmetdematewaarinbedrijvendehogerekostendoorschuivennaardeklant.Alsonder-nemingenzelfeendeelvandekostenzoudenopvangen,zoudeinflatielagerzijn.Deeltudievisie?
‘Ik denk dat de onderschatting niet zozeer te maken heeft met de modellen van de centrale banken. Niemand had de mate van ontwrichting die we nu zien, correct ingeschat. Tijdens de pandemie steeg de vraag naar goederen met 10 procent, die naar diensten daalde met 10 procent. In 2020 hebben de overheden er alles aan gedaan om de gevolgen van de recessie zo klein mogelijk te houden. Ze hebben enorm veel geld uitgegeven, en de inflatie is een manier om de kosten daarvan over alle spelers in de economie te verdelen. Het is moeilijk om achteraf te bepalen of er fouten zijn gemaakt’.
Menisheterwelovereensdatd eVSteveelgeldheeftuitgegevenaansteunvoorconsumenten.Deinflatieisdaarmeehetgevolgvandegestegenvraag,omdatiedereenhetoverheidsgeldisgaanbesteden.
‘Klopt, in de VS is te veel geld uitgegeven. Maar in Europa gaat het juist heel traag. Het Europees Herstelfonds heeft pas jaren na de pandemie een effect. In de VS was de ingreep te groot, maar wel snel en efficiënt. In Europa kleiner, maar minder efficiënt en te laat. Waarschijnlijk zijn de landen overal wat te ver gegaan, maar dat was op dat moment de correcte beslissing. Niemand kon zich voorstellen hoe groot het effect van de ontwrichtingen zou
‘Ingrijpen op de energieprijs is niet de oplossing, dat maakt de marktontwrichting eerder erger dan minder erg. Bovendien subsidieer je zo vuile, fossiele energie’
zijn. Ook al door de mate waarin de wereld geglobaliseerd is. Een auto bestaat uit onderdelen uit tientallen verschillende landen. Geen enkele econoom, maar ook geen enkele ingenieur, kon er rekening mee houden dat fabrieken stil kwamen te liggen, omdat de aanvoer van een rubberen ringetje verstoord was. Kunnen we dat in de toekomst beter aanpakken? Waarschijnlijk wel, maar bij de volgende crisis worden we weer met iets anders geconfronteerd’.
UwcollegaGertPeersmanschreefdezeweekdatdeinflatieinBelgiëookwordtaangewakkerddoordatveeloverheidsregelseendoeltreffendeconcurrentieindewegstaan.
‘België staat voor een serieuze uitdaging om zijn markten competitiever te maken. Of dat meespeelt in de inflatie zou ik niet durven zeggen, daarvoor heb ik niet genoeg gegevens. Maar in Nederland bijvoorbeeld zijn veel markten dankzij
betere regelgeving competitiever dan in België. Vaak is deregulering de beste regulering.’
‘Ik pleit voor een onafhankelijke pro-concurrentie-autoriteit, die los
staat van de politiek. De westerse wereld heeft de inflatiebestrijding in handen gegeven van onafhankelijke centrale banken, omdat werd ingezien dat politici telkens weer geld gingen uitgeven om verkozen te raken. Zo’n ontwikkeling is ook wenselijk voor het concurrentiebeleid.’
Ziternietookeenpolitiekecomponentaanhetconcurrentiebeleid?NeemhetBelgischeverbodopverkoopmetverlies.Datvoorkomthardeprijsconcurrentie,maarbeschermtkleinewinkelierstegendemarktmachtvanm ultinationals.
‘Predatory pricing, zoals dat heet, is niet bevorderlijk voor de concurrentie. De vraag is hoeveel je toelaat. Nu voelen politieke partijen die de kleine zelfstandigen verdedigen, zich geroepen het verbod op verkoop met verlies in stand te houden. Maar het concurrentiebeleid zou niet moeten uitgaan van de vraag hoeveel winst bepaalde bedrijven kunnen maken, maar van de vraag wat in het belang is van de hele economie. Experts kunnen daar een genuanceerde mening over formuleren’.
‘De kwestie wordt steeds belangrijker naarmate de digitalisering van de economie tot meer monopolievorming leidt. Daartegen wordt maar heel weinig gedaan. We besteden veel meer geld aan het bestrijden van inflatie, dan aan het bevorderen van de concurrentie. Terwijl de kostprijs van te weinig concurrentie veel hoger is.’
Maakthetinternationalekaraktervandedigitalereuzenhetnietmoeilijkomzo’nautoriteitdoeltreffendtelatenwerken?
‘Het is zeker een grensoverschrijdend probleem. Wereldwijd hebben drie- tot vijfhonderd bedrijven een dominante positie op hun markt. In Europa hebben we wel een grote stap gezet met een Europese aanpak. Maar er is meer nodig, want de meeste dominante digitale bedrijven zijn Amerikaans. Samenwerking is mogelijk, kijk maar naar de manier waarop patenten beschermd worden. Rijke landen hebben daar de handen ineen geslagen, omdat de bescherming van intellectueel eigendom een wereldwijd gegeven is.’
Hetisbekenddatukritischbentoverpatenten.Hoekijktuaantegendediscussieoverdepatent-vrijstellingvoorcoronavaccins?
‘Patenten creëren voor vele jaren een monopolie. Neem het patent op het Pfizer-vaccin. Dat is door het Duitse BioNTech ontwikkeld met Europees geld. Heel veel patenten beschermen technologie die met overheidsgeld is gefinancierd. Europa heeft in dit geval eerst betaald voor de ontwikkeling van de technologie, maar moet nu ook nog eens betalen voor de producten die met die technologie gemaakt zijn. Tijdens de pandemie hebben patenten de beschikbaarheid van vaccins vertraagd, want lang niet alle productiecapaciteit is optimaal gebruikt. Zonder patenten hadden veel meer fabrieken vaccins kunnen maken.’
‘Een alternatief systeem had bijvoorbeeld een grote geldprijs kunnen zijn voor het bedrijf dat als eerste een goed vaccin zou ontwikkelen. Dan zou het onderzoek vergoed zijn, terwijl de concurrentie optimaal zou kunnen spelen. Het is een wereldwijd probleem, en de invloed van de industrie op de politiek is enorm.’
UloofthetEuropeseconcurrentie-beleid,maarookdatligtondervuur.Erwordtvoorgepleitomdeconcurrentieregelsondergeschikttemakenaanstrategischebelangen.
‘Persoonlijk vind ik dat een totaal verkeerde opvatting. Europa wil nu minder afhankelijk worden van het buitenland voor de productie van computerchips. Maar hoever gaan we daarin? Veel computerchips komen uit Taiwan, maar ons brood wordt gemaakt van graan uit Oekraïne, ons speelgoed komt uit China en onze kleding uit Bangladesh. Door toedoen van één persoon in Moskou dreigen we nu terug te keren naar de economie van de jaren 60. In de middeleeuwen waren de stadstaten zelfvoorzienend dankzij de omliggende landerijen waar het voedsel verbouwd werd. Daarna, in de 19de eeuw, ontstonden de landen. In die periode kregen België, Duitsland en Italië vorm. De 20ste eeuw werd het tijdperk van de globalisering. De wereld is nu één grote economie. We kunnen daar weer vanaf stappen, maar tegen enorme kosten.’
DeEUwilzijnindustriebeschermenomeigenkampioenentekweken,zoalsAirbus.
‘Als Europa met een eigen vliegtuigbouwer het monopolie van een Amerikaanse concurrent aanvalt, is dat goed concurrentiebeleid. De onzichtbare hand van Adam Smith werkt in veel sectoren heel goed, bijvoorbeeld voor producenten van de plastic zeteltjes waar we nu op zitten. Maar op de markten voor energie, computerchips, vliegtuigen en de digitale economie ontstaan al snel natuurlijke monopolies. En dat probleem kun je alleen oplossen door infant industries te beschermen. Dat is een manier om concurrentie te creëren. Op lange termijn moeten we daarnaartoe. De wereld lijkt er uiteindelijk ook in te slagen om oneerlijke fiscale concurrentie te bestrijden met een minimumbelasting voor multinationals van 15 procent. Er is meer en meer nood aan die internationale coördinatie’.
Inwerkelijkheidgebeurthettegendeel.Dewerelddreigtuiteentevalleninruziëndeblokken.
‘Dat is zo, het wereldbeeld van de globale economie is vrij fragiel. Maar in bepaalde situaties komen landen toch weer dichter bij elkaar. Kijk maar naar de eendracht binnen de Navo en de EU op dit moment. Als de westerse waarden van mensenrechten, economische vrijheid en concurrentie niet worden gerespecteerd, scharen de voorstanders van die waarden zich daar toch vrij unaniem achter. Een economie met gezonde concurrentie is uiteindelijk de beste vorm van herverdeling. In zo’n economie blijven de winsten onder controle, zijn de lonen eerlijk en hebben werknemers minder reden om zich achter populisten te scharen.’
‘Concurrentieregels ondergeschikt maken aan strategisch belang? Totaal verkeerd. Door het toedoen van één man in Moskou dreigen we terug te keren naar de jaren 60’
In de smoezelige Centrumgalerij in hartje Brussel staat de langste rij klanten op een doordeweekse middag niet voor een van de vele nagelsalons, maar voor de deuren van 8tea5. In de bubbeltheebar serveert een klein legertje medewerkers aan de lopende band mierzoete bubbelthee met flitsende namen als ‘Oreo Bubbleshake’, ‘Matcha Frappé’ of ‘Passion Peach Mojito’.
‘Ze zijn lekker zoet, kleurrijk en bestaan in tientallen verschillende smaken’, zegt Caroline (22), die in de hoek van de zaak is gaan zitten. ‘Je kunt eindeloos blijven combineren, en altijd wat anders proberen.’ Ze bestelde een blauwgroene bubbelthee, haar vriendinnen Romane (21) en Camille (25) kozen voor bloedrode en gifgroene varianten. Voor ze van de bekers nippen, worden foto’s gemaakt – die meteen op Instagram belanden. ‘Het is ook daar dat we die bubbelthee voor het eerst zagen, op het profiel van een vriendin’, legt Romane uit. ‘Sindsdien drinken we ze. Zeker op warme dagen is het verfrissend.’
Uiteenspattende parels
In steeds meer winkelstraten rijzen de bubbeltheeshops als paddenstoelen uit de grond. Brussel en Antwerpen tellen er intussen elk een tiental, voornamelijk in hun toeristische stadscentra. De Belgische marktleider 8tea5, die negen jaar geleden zijn eerste vestiging opende in Antwerpen, wist de voorbije jaren flink te groeien. Hij heeft intussen ook winkels in Gent, Charleroi, Luik en Nederland. In totaal elf, dit jaar opent 8tea5 nog twee nieuwe filialen.
Nieuw is het drankje nochtans niet. Verre van, zelfs. In Azië is bubbelthee al decennia een begrip. Over wie het precies uitvond, bestaat discussie, maar zeker is dat het drankje halfweg de jaren 80 populair werd in enkele theehuizen in Taiwan. In de jaren 90 gingen alle Aziatische landen en de Verenigde Staten voor de bijl.
In het Chinees wordt de bubbelthee zhenzhu naicha genoemd, letterlijk vertaald: melkthee met parels. De parels in kwestie zijn traditioneel donkerbruine balletjes van cassavemeel (tapioca), die je door een dik rietje mee opdrinkt. Hun textuur doet een beetje aan gummibeertjes denken. ‘Maar we hebben ook parels met daarin een soort siroop, die ook in weer allerlei smaken bestaat’, zegt Ling-Ming Fan (41), oprichter en directeur van 8tea5. ‘Wanneer je op de parels bijt, spatten ze open en komt de siroop vrij.’
Fan noemt het zijn ‘levensmissie’ om bubbelthee bekend te maken in België. De Nederlander met Aziatische roots leerde het drankje kennen in zijn jeugd, tijdens zijn vele reizen naar Azië. Na zijn studie belandde hij in België. Dat hij na een lange aanloop in zijn missie lijkt te slagen, komt volgens Fan doordat heel de Aziatische popcultuur ‘flink in opmars’ is in het
Westen – zie ook de populariteit van ZuidKoreaanse
Ling-Ming Fan
bands als BTS, of televisieseries als Squid game. ‘In het begin moesten we onze klanten goed uitleggen wat we verkopen, nu is dat steeds minder vaak nodig’, zegt hij. ‘Met name bij jongeren is ons product heel bekend. We krijgen klanten van alle leeftijden over de vloer, maar we focussen wel op tieners en twintigers. Zij zijn het ook die graag foto’s van hun thee delen op sociale media, wat nieuwe klanten oplevert. Daarom denken we steeds aan het visuele aspect wanneer we een nieuwe smaak ontwikkelen.’
Flinke winstmarge
Die aanpak is succesvol. Naar eigen zeggen van Fan heeft 8tea5 intussen zo’n honderd mensen in dienst, naast een groep freelancers voor de piekmomenten. Omzetcijfers wil de oprichter niet vrijgeven, openbare jaarrekeningen zijn er niet. Wel verkoopt elk filiaal volgens Fan dagelijks ‘honderden’ bekers bubbelthee. De winstmarge op de drankjes – al gauw vijf euro per stuk – ligt erg hoog. De thee in bulk is erg goedkoop, alleen de tapiocaparels worden geimporteerd uit Taiwan.
Aan de horizon doemt fikse concurrentie op. Vorige week maakte de Taiwanese bubbeltheemastodont Gong Cha – meer dan 1.600 filialen in twintig landen – bekend dat het tien bars wil openen in ons land. De eerste al over enkele weken, in het Brusselse winkelcentrum Docks. Ook Genk, Doornik, Gent en Antwerpen staan op de planning. Fan: ‘We onderschatten hen niet, maar volgens ons is de Belgische markt nog lang niet verzadigd. We geloven dat we ondanks de komst van een concurrent met veel geld kunnen blijven groeien.’
Al kunnen lokale besturen daar nog een stokje voor steken. In Amsterdam weert het stadsbestuur steeds nadrukkelijker ‘toeristenketens’, zoals donutzaken, churros-bakkers en dus bubbeltheebars, omdat die lokale winkels verdrukken. Ook het stadsbestuur van Brussel broedt op een plan voor een ‘betere commerciële mix’ in de voetgangerszone. ‘Ik snap dat steden kritisch kijken naar wie zich in hun centra vestigt’, zegt Fan. ‘Maar ook voor ons is dat een goede zaak. We willen niet dat we straks slechts één van de vele honderden bubbeltheebars in België zijn.’
‘Klanten delen graag foto’s van hun bubbelthee op sociale media. Daarom denken we steeds aan het visuele aspect wanneer we iets nieuws ontwikkelen’ Directeur 8tea5