‘De gele trui zou een droom zijn’
Met BK, Giro en Tour wachten Lotte Kopecky zes belangrijke weken. ‘Ja, ik voel de druk, maar die mag mij niet verlammen.’
De krabbel ontbreekt nog, maar er is een akkoord om samen door te gaan tot 2024. Volgend seizoen krijgt De Lie van bij de start een meer beschermde status. Zijn ambitie op korte termijn: een B-klassieker zoals Nokere Koerse winnen. ‘Als dat in 2023 lukt, zal ik heel tevreden zijn.’ De Ronde van Vlaanderen komt volgens hem nog te vroeg. ‘Het is een van de zwaarste wedstrijden, van Parijs-Roubaix hoop ik wel al te kunnen proeven.’
En wat na de koers, de boerenstiel in? ‘Afwachten hoe die er over twintig jaar uitziet. Het is hoe dan ook mijn passie, maar het beroep is enorm aan het evolueren.’
Diebrecht De Smet
‘Ik ga voor een derde driekleur op rij, maar besef dat het als topfavoriete één tegen allen wordt’, zegt Lotte Kopecky (26) over het BK van zondag. ‘Ik heb geen ploegmaats en zal tijdens de wedstrijd de juiste beslissingen moeten nemen. Ik kan niet op alles reageren. Ik mag zeker niet, zoals op het BK 2019 in Gent, een groep van vijftien laten wegrijden, want dan is de koers verloren voor mij. Ik zal kort op de bal moeten spelen, maar mag ook niet woekeren met mijn krachten. De concurrentie zal zeker proberen om mijn benen zo kapot mogelijk te maken. (lacht) Gelukkig zijn er nog enkelingen, zoals Shari Bossuyt, Jesse Vandenbulcke en Valerie Demey. We zullen op een bepaald moment misschien de handen in elkaar moeten slaan, want als iedereen naar mij kijkt, dan zijn ook zij verloren.’
‘In die eerste Tour zou ik toch graag die nationale trui dragen, ik ben daar fier op. En dat shirt staat me goed. Dus ga ik er zondag echt alles aan doen.’
Supercompensatie
‘Ik wou de Giro rijden, ook al zitten er maar twee weken tussen voor de Tour. In Italië kan ik conditioneel stappen zetten en daarna heb ik tijd om te herstellen. Ik zie het als een belangrijke stage, waar de supercompensatie zich zal uiten in de Tour. Althans, dat hoop ik. (grijnst) Natuurlijk wil ik ook presteren en ga ik om een rit te winnen. Ik zit toch al op een goed niveau. Met SD Worx ben ik niet meer op stage geweest, maar ik zat niet stil. Ik deed eerder al een stage op mijn eentje, fietste een week in de Ardennen en verkende enkele Touretappes. Dat komt dus wel goed.’
‘De Giro ligt mij ook na aan het hart: twee jaar geleden won ik er een rit, meteen mijn eerste zege in de World Tour. Dat was een kentering in mijn carrière. Ik had al een pak ereplaatsen verzameld, maar die zege bleef uit. De Giro heeft voor een klik gezorgd: ik kan het ook afmaken. Zo klopte ik een paar dagen later Jolien D’hoore op het BK.’
En ook naar de Ronde van Frankrijk kijkt Kopecky uit. ‘Je voelt dat die eerste Tour sinds lang enorm leeft. Het wordt de meest gemediatiseerde koers voor vrouwen ooit. Dat maakt het heel belangrijk: voor onszelf én voor onze sport.’
‘Ja, ik voel de druk, maar die mag mij niet verlammen’
‘ Het werd ook tijd. Als je aan mensen zegt dat je wielrenster bent, vragen velen: En rijd jij ook de Tour de France? Nu kan ik eindelijk ja antwoorden, in plaats van te zeggen dat die niet meer bestaat voor vrouwen. Ja, ik voel de druk, maar die mag mij niet verlammen. Ik moet alle wedstrijden op dezelfde, rustige manier aanvatten. Zoals dit voorjaar. Dan ben ik op mijn best. ’
‘Ik heb rit twee, drie en vier verkend en die zijn een pak lastiger dan het profiel laat uitschijnen. Er gaan niet veel massasprints zijn. Ik was geschrokken, maar daarna zag ik er het positieve van in. Er zijn zeker kansen voor mij. Na de derde rit richting Epernay kan ik misschien de leiderstrui dragen, want veel sprintsters zullen moeten afhaken. Dat zou een droom zijn. Om die dan in het slotweekend af te geven aan ploeggenote Demi Vollering, zij gaat voor de eindzege.’