‘Ik kon alleen maar denken: ik hoop dat hij me niet raakt’
De Vlaamse Christophe Proost stond oog in oog met de man die vrijdagnacht in Oslo twee mensen doodschoot en twintig anderen verwondde bij een vermoedelijke terreurdaad.
Rond één uur vrijdagnacht opende een man het vuur in de uitgaansbuurt van Oslo. Eerst schoot hij twee keer in de richting van de terrassen van een café en een jazzclub, daarna vuurde hij verschillende keren op de rij mensen die stond aan te schuiven voor de London Pub, de bekendste homobar van Oslo. ‘De London Pub is een instituut. Het is de oudste, grootste en bekendste homobar van Oslo’, zegt Christophe Proost. De man uit Hove woont en werkt sinds 2013 in de Noorse hoofdstad.
Op het moment dat de eerste schoten weerklonken, stond Proost twintig meter verder in de straat met vier vrienden op een taxi te wachten. ‘We gaan vaak naar de London Pub, maar deze keer hadden we een café even verderop bezocht. Toen we de eerste knallen hoorden, dachten we dat het voetzoekers waren. Kort daarna zagen we mensen weglopen. Ze vielen over elkaar in hun paniek om weg te raken. Seconden later hoorden we de schoten. We liepen weg, maar een van onze vriendinnen liep in paniek een ander café binnen. Dat leek ons geen goed idee. Daarom zijn we op onze stappen teruggekeerd en waren we niet meteen weg uit de straat.’
‘Plots zag ik een man aan de overkant van de straat staan’, vertelt Proost. ‘Hij was maar een paar meter van ons verwijderd. Hij leek de hele tijd heen en weer te lopen. Ineens wees hij naar ons, met een uitgestrekte arm. Hij leek iets in zijn hand vast te houden. Meteen daarna hoorden we knallen. We zijn meteen gaan lopen. Het gebeurde in een fractie van een seconde. Ik kon alleen maar denken: ik hoop dat hij mij niet raakt.’
Steekpartij in 1999
De schutter kon kort daarna overmeesterd worden door voorbijgangers, die hem in bedwang hielden tot de politie toekwam. Bij de aanslag kwamen twee mannen om, een vijftiger en een zestiger. Twintig anderen raakten gewond.
‘Ineens wees de man naar ons, met een uitgestrekte arm. Hij leek iets in zijn hand te houden’
Christophe Proost
Vlaming in Oslo
De dader is ondertussen geïdentificeerd als Z.M., een 42jarige man van Iraanse afkomst met de Noorse nationaliteit. In 1999 werd hij al eens veroordeeld voor een steekpartij in een nachtclub. Hij was sinds 2015 ook bekend bij de Noorse veiligheidsdiensten, omdat hij mogelijk geradicaliseerd was. Hij zou banden hebben met een terroristisch netwerk. Vorige maand werd hij daarover nog verhoord.
M. werd zaterdagmiddag ondervraagd door de Noorse politie, maar weigerde mee te werken. De Noorse inlichtingendienst beschouwt de schietpartij als een ‘daad van islamistisch terrorisme’. Het terreurniveau in Noorwegen is gestegen tot het hoogste niveau. De politie kan immers niet uitsluiten dat er nog anderen bij de aanslag betrokken zijn.
De Oslo Pride, die zaterdagmiddag door de straten van de Noorse hoofdstad zou trekken, werd geannuleerd.
Proost zat zaterdagmiddag samen met vrienden om over het gebeuren te praten. ‘Eerst voelden we kwaadheid en frustratie. Nu verslagenheid. Het kan niet anders dan dat we mensen kennen die slachtoffer zijn geworden.’