Sleutelt de regering aan de loonsverhoging? Deze scenario’s liggen op tafel
SPILINDEX De Belgische bedrijven beven voor de stevige loonsverhoging die ze verplicht moeten doorvoeren. Ook de Nationale Bank trok al aan de alarmbel. Maar is de regering van plan om in te grijpen? Deze scenario’s liggen op tafel.
Pierre Wunsch, de gouverneur van de Nationale Bank, drong zaterdag in een interview met De Standaard aan op een politiek debat over de aanpassing van de loonindex. De automatische loonindexering in België maakt dat de lonen in ons land omhooggaan wanneer de prijzen boven een bepaald niveau stijgen. Maar de hoge inflatie veroorzaakt nu zulke hoge loonkosten dat bedrijven in moeilijkheden komen. ‘Bij een economische schok en een belangrijke verarming van onze maatschappij, moeten we daarom durven te discussiëren over mogelijke aanpassingen van die voorwaarden’, zei Wunsch.
Zaterdagochtend kwam de federale regeringstop samen om de federale begrotingsgesprekken op gang te trekken. En daar kwam de loonindexering onmiddellijk aan bod. Het ging nog om eerste aftastende gesprekken en het is nog onduidelijk welke beslissingen de regering-De Croo straks neemt. Dit zijn alvast de mogelijke scenario’s.
Scenario 1: een nieuwe indexsprong (waterkans)
De socialisten en groenen in de regering huiveren al bij de gedachte aan een nieuwe indexsprong. In 2014 besliste de centrumrechtse regering-Michel nog om de indexering van lonen eenmalig over te slaan. Dat heet een indexsprong. Werknemers grepen toen naast een automatische loonsverhoging van 2 procent. De vakbonden spreken daar vandaag nog altijd schande van.
Volgens de groenen spelen de liberalen vandaag opnieuw met het idee van een indexsprong, maar dat stuit op een ‘no pasarán’ in deze Vivaldi-regering. Premier Alexander De Croo (Open VLD) verzekerde een paar maanden geleden nog in de Kamer dat een indexsprong niet aan de orde is. En ook MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez stipte vorige week in De Standaard aan dat zijn partij de index zelf ‘niet ter discussie stelt’.
De Vlaamse werkgeversorganisatie Voka opperde wel al om een veel kleinere indexsprong te maken van 3 procent (stel dat de inflatie in januari 15 procent bedraagt, worden de lonen dan maar met 12 procent verhoogd), gecompenseerd met een nettopremie van 500 euro. De ondernemerskoepel legde ook een sociaal gecorrigeerde indexsprong op tafel, waarbij de lagere lonen gespaard zouden blijven. Maar de vakbonden ketsten die ideeën meteen af.
Scenario 2: alleen netto indexeren (kleine kans)
MR-voorzitter Bouchez is voorstander van een voorstel dat het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) op tafel legde: een netto-loonindexering in plaats van bruto. Dat betekent dat de loonsverhoging netto op de rekening komt van de werknemer, terwijl werknemers noch bedrijven daar belasting of sociale bijdragen op moeten betalen. ‘Door de index volledig netto te betalen, krijgen werknemers meer koopkracht en voor bedrijven is dat een besparing van een miljard euro per indexering’, benadrukte Bouchez vorige week.
Daar horen enkele stevige bedenkingen bij. Hoe de regering een procentuele bruto-indexering precies kan omzetten naar een nettobedrag, is heel onduidelijk en volgens de socialisten misschien zelfs praktisch onhaalbaar. In die oefening schuilt ook het gevaar dat de hoogste lonen het meest profiteren. Een procentuele indexering speelt hoe dan ook al in het voor
deel van de hogere lonen. Door ze belastingvrij te maken, wordt de scheeftrekking nog groter. Dan dreigt een omgekeerde herverdeling van welvaart, van arm naar rijk.
Bovendien betekent zo’n nettooperatie ook een stevig inkomstenverlies voor de Belgische staat en de sociale zekerheid. Vooral socialisten gaan daarvan op de achterste poten staan.
Scenario 3: werkgeversbijdrage op indexering afschaffen (goede kans)
De federale regering zou het zichzelf ook gemakkelijker kunnen maken door de werkgeversbijdragen eenmalig af te schaffen. Tijdens de coronacrisis werden al verminderingen toegekend aan bedrijven. Net als bij de nettoindexering betekent dat een stevig inkomstenverlies voor de Belgisch staat, die juist naar extra geld op zoek is.
Scenario 4: werkgeversbijdrage op indexering uitstellen (grote kans)
Intussen circuleert ook het scenario om de werkgeversbijdragen uit te stellen in de tijd. Op die manier krijgen bedrijven even ademruimte om dan later te kijken hoe ze de bijdragen alsnog kunnen overmaken aan de staat. Onder meer vicepremier Frank Vandenbroucke (Vooruit) is voorstander van dit scenario. Dat lijkt het meest realistische scenario, waar alle Vivaldipartijen mee zouden kunnen leven.
Scenario 5: niets doen (ook altijd een optie)
Zoals voormalig minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) ooit aan De Standaard zei: ‘Niets doen is ook altijd een optie.’ De Franstalige socialisten, nog altijd de grootste partij binnen de Vivaldi-regering, staan heel afwachtend in het indexeringsdebat. Hun opvatting is dat ‘het einde zoek is als je begint te rommelen aan de index’.
Ook bij de Franstalige groenen werd het interview van Wunsch koel onthaald. ‘Het is duidelijk dat we de sterke inflatie in rekening moeten nemen en dat de situatie niet gemakkelijk is voor de Belgische bedrijven’, klinkt het daar. ‘Maar we moeten hen vooral helpen om nog energie-efficiënter te worden. Dat zal zowel onze competitiviteit als ons klimaat redden.’ Voor de andere Vivaldi-partijen ligt niets doen dan weer gevoeliger.