Viernulvier breidt ‘pay what you can’-aanbod uit
MSK verwerft topstuk van ‘Luikse Bernini’
TICKETPRIJZEN Het Gentse kunstencentrum Viernulvier zal zijn aanbod met ‘pay what you can’-tickets uitbreiden. De organisatie voerde in september het experiment met de variabele ticketprijzen in. Sindsdien zijn er voor bepaalde voorstellingen drie prijscategorieën: goedkoop, middelmatig en duur. Zo kan iedereen zelf beslissen over de prijs die hij of zij wil betalen.
‘We hadden op dit resultaat gehoopt’, zegt Elisah Vandaele van Viernulvier. ‘De solidariteit tussen de mensen blijkt groot: 40 procent koopt het goedkoopste ticket, de overige 60 procent is evenredig verdeeld tussen het duurste en middelste ticket’, verklaart Vandaele.
Tijdens een eerste tussentijdse evaluatie besloot het kunstencentrum om het aanbod uit te breiden naar 2023. Daardoor zullen bijna alle podiumvoorstellingen tussen januari en juni over de drie ticketprijzen beschikken. ‘ Dus ook topvoorstellingen, zoals van Wim Vandekeybus,’ benadrukt Vandaele.
Voor concerten werkt men voorlopig nog niet met het nieuwe prijsaanbod. ‘Al zou dat wel een droom zijn’, zegt Vandaele. ‘De concertagenda wordt, in tegenstelling tot podiumvoorstellingen, druppelsgewijs gepland. We zijn bij concerten vaak afhankelijk van partnerorganisaties. Bovendien organiseren we die op verschillende locaties. Dat maakt het allemaal moeilijker’, aldus Vandaele.
Een ruimere analyse van het nieuwe prijzenbeleid volgt eind dit jaar. (se)
BEELDHOUWKUNST De Vlaamse overheid verwierf een nieuw Vlaams topstuk, dat zopas in bruikleen is gegeven aan het Gentse museum MSK. Het gaat om een
bozzetto, een voorstudie in terracotta, van een sculptuur van Jean Del Cour.
De 17de-eeuwse kunstenaar wordt ook wel de ‘Luikse Bernini’ genoemd. Het werk stelt Jacobus de Mindere voor en dateert uit circa 1691.
Jean Del Cour heeft een link met Gent. Zijn absolute meesterwerk, een witmarmeren praalgraf van bisschop Eugène Albert d’Allamont, staat in de kooromgang van de Gentse Sint-Baafskathedraal. (gvds)