Voetbal en huiselijk geweld
Dezeen.
Ik heb niets tegen voetbal. Ik sta al zeven jaar een paar keer per maand langs een voetbalveld, en zolang ouders van spelers zich als volwassenen gedragen en trainers hun team coachen zonder gebrul, kan ik de sport prima pruimen. Vrijwel elke sport trouwens. Sport verbindt. Sport emancipeert. Sport is tof. Het is pas als er te veel geld, macht en politiek mee gemoeid zijn, dat er gedonder van komt.
We weten allemaal dat Qatar, en nog een waslijst andere landen waar we voorts zonder verpinken zaken mee doen, niet bovenmatig gehecht zijn aan mensenrechten.
Daar mag gerust over gezeurd worden, maar het was wellicht een stuk handiger geweest als we daar wat vroeger mee waren begonnen. Twaalf jaar geleden, bijvoorbeeld, toen toenmalig Fifa-baas Joseph Blatter bekendmaakte dat het WK Voetbal van 2022 in Qatar zou plaatsvinden.
Het is overigens wel zo eerlijk om toe te geven dat vrijwel elk grootschalig sportevenement van het genre Olympische Spelen of WK Voetbal gepaard gaat met fraude, corruptie, geweld, uitbuiting, dwangarbeid, discriminatie en racisme. Gezinnen worden uit hun huizen gezet. De persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting worden aan banden gelegd. Morele principes worden vlot aan de kant geschoven voor prestige en geld. Sport verblindt.
De Olympische Spelen van 1936 werden georganiseerd onder auspiciën van Adolf Hitler, terwijl er een paar kilometer verder een concentratiekamp werd gebouwd. Tijdens de Olympische Spelen van 1968 in Mexico doodde de politie zo’n driehonderd demonstrerende studenten. De winterspelen van 2014 in Sotsji haalden vooral de kranten met corruptieschandalen en nieuws over uitbuiting en deportatie. De Spelen van 2016 in Brazilië gingen gepaard met massale uithuiszettingen zonder compensatie en met buitensporig politiegeweld tegen vreedzame demonstranten. De recentste Olympische Spelen werden gehouden in een land dat minderheidsgroepen en politieke tegenstanders in concentratiekampen opsluit en genocide pleegt. In België hebben we geen WK Voetbal of Olympische Spelen nodig om mensen uit te buiten. Wij hebben daar bouwwerven van chemiebedrijven voor.
Terug naar het voetbal: de sport kampt met een resem druk besproken problemen, van corruptie over sportswashing tot homofobie en racisme. En dan is er nog een pijnlijke kwestie die op het eerste gezicht niets met voetbal te maken heeft en zelden besproken wordt. Voetbal leidt tot meer partnergeweld, zo blijkt uit een Brits onderzoek waarbij drie wereldbekers werden onderzocht op hun effecten inzake intrafamiliaal geweld. (Journal of
Research in Crime and Delinquency.) Als de nationale ploeg een WK-wedstrijd verloor, nam het aantal gevallen van partnergeweld met 38 procent toe. Als het team won, was er nog altijd sprake van een stijging met 26 procent.
De onderzoekers stelden ook vast dat het geweld jaar na jaar toenam. Of het fenomeen zich ook buiten Groot-Brittannië voordoet, weten we niet. Een echte verklaring hadden de onderzoekers niet voor hun bevindingen. Natuurlijk is het niet de sport die mannen doet slaan. Voetbal gaat gepaard met identificatie, emotie, stress en sloten alcohol, een explosieve cocktail die in het slechtste geval tot geweld leidt. Maar voetbal kan geen excuus zijn voor geweld. Miljoenen mensen kijken ernaar zonder ooit iemand te slaan. Het zijn overigens niet alleen supporters die meppen. Wie op zoek gaat naar bekende voetballers die veroordeeld werden voor partnergeweld of seksueel geweld, stelt vast dat er genoeg van zijn om een paar prima ploegen mee samen te stellen. Ze halen even het sportnieuws met hun wangedrag, en dribbelen daarna lustig verder. Voetbalsterren kunnen hun lief of vrouw verrot slaan en tegelijk worden aanbeden, want zag je die goddelijke pass? In een sfeer van adoratie van overbetaalde rolmodellen die hun vrouwen mishandelen, moeten we misschien niet verbaasd zijn dat er in zoveel woon- en slaapkamers harde klappen vallen.
Een nieuwe studie van Plan International toont aan dat zes op de tien jongeren druk ervaren om te voldoen aan stereotype verwachtingen over mannelijkheid. Die verwachtingen luiden samengevat ongeveer als volgt: ‘Echte mannen drinken veel en rijden snel. Ze zijn dominant en assertief, tonen geen emoties en veroveren meisjes.’ Volgens bijna driekwart van de jongeren leidt dergelijk
gedrag tot geweld, onder druk van stereotyperende normen van peers, media en – jawel – voetbalclubs. Twee op de drie Belgische jongeren zien dat als een wereldwijd probleem en een bedreiging voor gendergelijkheid.
Het onderzoek zoomde ook in op de sportwereld, het voetbal in het bijzonder, en stelde vast dat er
wereldwijd buitenproportioneel veel media-aandacht gaat naar mannelijke sporters, dat vrouwonvriendelijke taal de norm is in de sport en dat het traditie is om scheidsrechters uit te schelden. Op zich geen nieuws.
Wat wel nieuws is, hoopvol nieuws zelfs, is dat de meerderheid van de jongeren aangeeft dat het
anders en beter moet. Misschien is het tijd om de Fifa te laten runnen door jongeren.
Als de Britse nationale ploeg een WK-wedstrijd verloor, nam het aantal gevallen van partnergeweld met 38 procent toe
Bieke Purnelle is freelanceschrijver en directeur van Rosa, kenniscentrum voor gender en feminisme. Haar column verschijnt tweewekelijks op maandag.