‘Dit is geen Marokkaans probleem, maar een Belgisch’
Waarom sloeg zondag de vlam in de Marokkaanse pan? En waarom deed ze dat donderdag niet en was voetbal gewoon een feest? Het potentieel voor rellen was er, maar het botste op een Marokkaanse muur.
‘Ei! Eeei! Ils nous ont rendu fier là-bas! Vous, vous nous tapez pas la honte ici devant les gens!’ Het begint te kolken op de Lemonnierlaan wanneer een volledig in het zwart gehulde motorrijder recht gaat staan op zijn motor en de zee van jongeren streng toespreekt. Het is donderdagavond en het Marokkaanse nationale elftal heeft zich net gekwalificeerd voor de achtste finales op het WK in Qatar na een zege tegen Canada. ‘Ze hebben ons daar fier gemaakt’, zegt de man. Hij wil niet dat heethoofden greep krijgen op de massa en haar weer meeslepen langs een pad van vernieling, zoals dat zondag gebeurde nadat de Marokkanen de Rode Duivels hadden verslagen. De plek waar hij het jonge geweld toespreekt kon niet beter gekozen zijn. Geen twee meter van hem vandaan is het asfalt van de Lemonnierlaan nog altijd zwartgeblakerd van de wagen die daar zondag in lichterlaaie stond.
Er zijn de voorbije week veel verklaringen afgelegd over de rellen die zondag uitbraken in Brussel. Een Marokkaanse owngoal, werd gezegd, al liet Vlaams
Belang niet na om de bal nog een trap mee te geven. De partij sprak zonder gêne van een ‘Marokkanenprobleem’. Ook bij andere partijen was de toon opvallend scherp.
Om een herhaling te voorkomen van de rellen richtten heel wat influencers en Marokkaanse gezagsdragers zich rechtstreeks naar de jongeren. Ook imams trokken naar de sociale media om preventief aan de gedragsregels te herinneren. ‘Wie vertegenwoordig je eigenlijk? Een Marokkaanse vlag in je handen en dan vernielen? (...) Je bent gewoon je eigen land aan het vernielen, het land waar je woont’, aldus de Utrechtse imam Abdeljalil Sayfaoui. ‘Degenen die hebben vernield, hebben niks te vieren. Die hebben veel te verantwoorden, hier op deze aarde, maar ook hierna.’
‘Nique la police’
Na de match België-Marokko lichtte Brussel felrood op op de kaarten van Snapchat en leek het wel het mondiale epicentrum van TikTok. Tussen de vele honderden filmpjes zat ook dat van de 22-jarige Arefi
Hicham. En die was verdomd pissig. ‘Eh, les petits-là. Vous faites quoi? Regarde, regarde. Vous cassez, et nous on ramasse’, veegt hij de relschoppers de mantel uit. ‘On a pas gagné, on a pas gagné’, zegt hij terwijl hij samen met enkele vrienden een straat opruimt waar enkele uren voordien nog de heksenketel woedde van de Marokkaanse overwinning op een stel bleke duivels. ‘Wat denk je nu, dat jullie grote gangsters zijn met jullie “nique la police”? Jullie zijn geen mannen.’ Het filmpje haalt in geen tijd meer dan 1,2 miljoen views.
Hicham is een Nederlander, die zondag in België was om de match samen met vrienden te zien. Ondanks de 0-2 werd het een ontgoocheling, zegt hij wanneer we hem enkele dagen later aan de lijn krijgen. ‘Het was echt geen mooi moment. Ik had niet verwacht dat een groep gedesoriënteerde tieners de boel op stelten ging zetten. We waren ergens in de buurt van het centrum en ik zag dat een groep jongens alles wat ze zagen kapot maakten. Mijn matties en ik hebben opgeruimd zodat de politie achter hen aan kon. Ik heb toen gedacht: ik hoop dat, als ze (de agenten, red.) vanavond naar huis gaan en bij hun gezin zitten, het ook zullen hebben over de Marokkanen die hen hebben geholpen. En dat ze hebben ingezien dat we niet allemaal amokmakers zijn. Dat hoop ik echt.’
Zondag sloeg de vlam al in de pan voor de match afgelopen was. ‘Dat waren géén voetbalsupporters. De match was nog niet zo lang bezig toen ik al een groepje van een man of acht hier op straat zag rondhangen, allemaal met een kap of een muts op waardoor je alleen hun ogen nog zag. Die hebben geen voetbal gekeken’, zegt Ahmed Lazr. Hij heeft al veertien jaar een elektro
‘In de Marokkaanse cultuur krijg je geen status als je auto’s in brand steekt. Wel integendeel’ Abdessamad Bouabid Criminoloog Universiteit Rotterdam
zaak aan Lemonnier, vlak tegenover de plek waar de wagen in brand werd gestoken. Hij maait met zijn armen terwijl hij spreekt en zijn stem schiet om de haverklap naar schelle pieken. ‘Na de match was er een man of twintig die keet begonnen te schoppen. Maar precies op dat moment liepen ook al de cafés leeg. Dertig man van daar, veertig van ginder, nog eens veertig van daar … Iedereen door het dolle heen door die overwinning op de Rode Duivels en dan allemaal de straat op waar onder hun ogen van alles te beleven was. Dat is spektakel voor die gasten, cinema.’
Rappen op rellen
Ook andere getuigen die De Standaard kon spreken, maken gewag van jongeren die al voor het einde van de match op straat rondhingen met bedekte gezichten en ‘eruit zagen alsof ze wilden vechten’. De eerste contacten die de politie noteerde, vonden al plaats om 15.22 uur – lang voor affluiten. Volgens politiewoordvoerster Ilse Van de keere ging het om ‘tientallen mensen, sommigen met een bivakmuts’ en werd er ‘pyrotechnisch materiaal gebruikt en met projectielen gegooid’. Lees: bommetjes, vuurwerk, stenen, flessen … Om 15.50 uur filmt een bewoonster van de Fonteinstraat al vanuit haar appartement hoe een waterkanon achteruitrijdt over de Lemonnierlaan in noordelijke richting. Daar liggen enkele steps op een hoopje gegooid in het midden van de straat en ontploffen voetzoekers. Agenten in oproeruitrusting stellen zich op aan de Fonteinstraat, waar relschoppers weglopen.
Daarna gaat het van kwaad naar erger. In een Tiktok-filmpje gemaakt vanop de hoek van de Lemonnierlaan en de Woeringenstraat is duidelijk te zien hoe een jongen met een zwarte muts en een fijn snorretje iets uit de zak van zijn lange zwarte donsjas haalt en het goedje kalm in een rokende afvalcontainer giet of spuit, waarna de vlammen plots uitslaan.
Wanneer kort na 16 uur een waterkanon de Zuidlaan schoonspuit, stuift de massa uiteen en blijft een donkere, smeulende hoop zichtbaar die kort voordien de vuilcontainer was. Het blijkt slechts een voorbode. Even later richt alle woede zich op een klein rood deelwagentje van Poppy. Dat wordt volledig vernield en onder luid gejoel door de Lemonnierlaan geduwd, op zijn dak gekanteld, en daarna aangevallen met verkeersborden, deelsteps en een
zware brandblusser die als goedendag wordt ingezet. Niet veel later staat de
wagen in lichterlaaie. Een lot dat ook heel wat deelsteps ondergaan.
Morele vakantie
Criminoloog Abdessamad Bouabid, die verbonden is aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en onderzoek doet naar stigmatisering van Marokkanen, schetst hoe de zaken zo uit de hand kunnen lopen. ‘Rond de paar jongens die echt op zoek gaan naar grenzen en geweld, heb je vooral veel “gewone” jongeren staan. Die zien die chaos ontstaan en zien dat als een ideale gelegenheid voor een “morele vakantie”.’ Een term uit de criminologie die erop neerkomt dat ze tijdelijk alle normen en regels even terzijde schuiven en hun moreel kompas uitschakelen.’
Maar waarom loopt het dan op sommige plekken compleet mis, terwijl er elders gewoon gevierd wordt? ‘Er was sowieso feestvreugde in wijken waar veel Marokkanen wonen. Maar op enkele plekken komen ook “probleemjongeren” samen, die ook deel uitmaken van de feestvierders en zich onder hen mengen. Die kerels kampen met een multiproblematiek: armoede, problemen met sociaal gedrag en psychologische problemen. En het zijn zeer jonge jongens, 15 tot 25 jaar, daar komt dus veel testosteron bij kijken. Maar ook een innerlijke drang naar spanning. Zij hebben geen zinvolle dagbesteding, zijn schoolmoe, hebben geen baan en ze vervelen zich. En die innerlijke spanning drijft hen ertoe om de grenzen op te zoeken. Grenzen die ze tijdens zulke massabijeenkomsten risicoloos kunnen opzoeken, want de pakkans is minimaal. Als één iemand dan een steen gooit, denkt een ander die daarnaast staat: ‘Ik kan die steen beter gooien’. En hup, we zijn vertrokken. Ze vinden het superspannend om af te tasten wat er gaat gebeuren. Ze krijgen daardoor ook een zekere status. Ze zien de politie als de gemeenschappelijke vijand en wie een steen naar agenten durft gooien, wordt makkelijk twee jaar als stoer aanzien.’
Een manier om te voorkomen dat jongeren op straat besluiten tot een morele
vakantie, is ze van die straat houden tijdens de openingsuren van dat foute ‘reisbureau’. Dat is wat de Brusselse vzw Capital donderdag probeerde te doen. ‘Jongeren kunnen naar een theehuis gaan of naar een snack om de match te zien, maar we willen ook dat ze weten dat ze bij ons terechtkunnen, waar een bepaalde omkadering aanwezig is. Ze komen naar hier en ze blijven hier plakken. Als je op straat bent, kan je sneller meegaan in wat je rondom jou ziet gebeuren. Je bent gewoon makkelijker te beïnvloeden’, zegt operationeel coördinator Maxim Hering. ‘Kijk, één op de drie Brusselse jongeren woont te klein. Naar zo’n match kijken in de woonkamer betekent voor hen niet hetzelfde als voor de gemiddelde Vlaming. Zij zitten misschien in de living met hun broers en zussen die ondertussen voor school moeten werken. Ze kunnen ook niet samenkomen met hun vrienden in de woonkamer. Dus gaan ze andere plekken opzoeken. En dan zijn hun opties beperkt.’
Straat versus thuis
Ook donderdag was er potentieel voor stevige rellen. Jongeren met sjaals tot over hun neus getrokken en filmende smartphones in de hand riepen verrukt ‘on va casser tout’ – alles kapot. Die hang naar geweld is eigen aan de straatcultuur, zegt Bouabid. ‘Daarin hebben ze eigen normen en waarden, die niet overeenkomen met wat ze thuis of op school leren. Dat heeft ook niets te maken met de Marokkaanse cultuur. In de Marokkaanse cultuur krijg je geen status als je auto’s in brand steekt. Wel integendeel.’
De straatcultuur botste donderdag ook op een muur van thuiscultuur die werd opgeworpen door verschillende groepjes Marokkaanse volwassenen. Op de Lemonnierlaan vormden zij een cordon vóór het politiecordon. Gemaskerde heethoofden die het conflict zochten, werden deze keer kordaat tegengehouden voor ze nog maar in de buurt van de politie raakten. Ook
later op de avond probeerden ouderen aan de Zuidlaan de jongeren en de politie uit elkaars buurt te houden. Dat er geen nieuwe rellen uitbraken, lag onmiskenbaar aan hun tussenkomst. Al moet het wrang gevoeld hebben dat de politie uiteindelijk toch naar traangas greep en met een hondenpatrouille de menigte uiteenjoeg.
Grote vraag is: wat nu? Moeten er telkens volwassenen mee als chaperons,
wanneer er gevoetbald wordt? ‘Mensen willen dit graag zien als een “Marokkanenprobleem”’, zegt Bouabid. ‘Dat fenomeen heet ‘distancing’. Maar het is een Belgisch probleem. En niet een probleem van inburgering, want die jongeren zijn hier geboren. We gaan oplossingen zoeken waar er geen oplossingen zijn. Want het omgekeerde, dat durven we niet. Dan
zouden we moeten toegeven dat er wel zoiets bestaat als structurele discriminatie, en dat de Marokkaanse gemeenschap oververtegenwoordigd is in de lagere sociale klassen én dat we daar dan iets aan zouden moeten doen. Maar die hand durven we niet in eigen boezem te steken. We moeten erkennen dit óns probleem is. Jeugdwerk is daarom echt enorm belangrijk. Tijdens de match België-Marokko hebben in Den Haag buurtbewoners en jeugdwerkorganisaties samengewerkt om rellen te voorkomen. En ja, er zijn rotte appels. Maar als we al die andere jongeren, die vooral volgen, een juiste omkadering kunnen geven via onderwijs en jeugdwerk, zijn we al een heel eind verder. Wat we vooral niet moeten doen, is hen opgeven en zeggen dat ze niet meer te redden zijn. Dat werkt averechts. Hoe de media en de politici de afgelopen dagen na de rellen hebben gereageerd, is echt gevaarlijk. We hebben grote groepen mensen bestempeld als crimineel, wegens het gedrag van een heel kleine groep jongeren.’
‘Wat denk je nu, dat jullie grote gangsters zijn met jullie “nique la police”? Jullie zijn geen mannen’ Arefi Hicham Marokkaanse voetbalfan