Jarige Navo heeft geen geduld meer met “achterblijvers”
De Navo viert haar 75-jarige bestaan, maar met een oorlog aan de grens is er weinig reden tot feestgedruis. De oorlog heeft het bondgenootschap sterker en relevanter gemaakt, maar wat is Rusland van plan?
Er zal muziek en taart zijn, en Manneken Pis krijgt voor de gelegenheid een Navo-pakje aan. De ministers van Buitenlandse Zaken van de 32 Navo-lidstaten willen, bij hun komst naar Brussel, de 75ste verjaardag van het militaire bondgenootschap niet onopgemerkt laten voorbijgaan. Op 4 april 1949 ondertekenden twaalf landen – waaronder België – in de Amerikaanse hoofdstad het Verdrag van Washington. De twaalf wilden, in de woorden van de Amerikaanse president Harry Truman, een “schild creëren tegen agressie”.
Vooral tijdens de Koude Oorlog bewees de alliantie haar nut als defensie- en afschrikkingsmacht, en die rol moet ze sinds de grootschalige Russische invasie in Oekraïne weer oppakken. De oorlog heeft het westerse bondgenootschap opnieuw relevant gemaakt. In het hoofdkwartier in Brussel beklemtoont men graag dat de Russische president Vladimir Poetin de alliantie sterker en meer eensgezind heeft gemaakt. De Navo heeft er met Finland en Zweden inderdaad twee nieuwe leden bij gekregen die vooral de noordelijke flank versterken. Op de tweedaagse top die woensdag begint, zal Zweden voor de eerste keer als volwaardig lid mee aan tafel zitten.
Wat met Mark Rutte?
Maar de 32 ministers van Buitenlandse Zaken hebben ook grote zorgen. De opvolging van secretaris-generaal Jens Stoltenberg raakt maar niet rond. De Noor staat al tien jaar aan het hoofd van de alliantie en is toe aan rust. Eigenlijk wilde hij vorige zomer al vertrekken, maar omdat de leden het toen niet eens werden over een opvolger, deed hij er nog een jaar bij.
Met de aftredende Nederlandse premier, Mark Rutte, leek het bondgenootschap een kandidaat gevonden te hebben in wie iedereen zich kon vinden. De bedoeling was dat hij deze week officieel voorgedragen zou worden. Maar dat zal niet gebeuren. Met de Roemeense president, Klaus Iohannis, is er een tegenkandidaat en de 32 leden zijn het nog niet eens over wie het meest geschikt is. Iohannis wierp zich op als de kandidaat van de landen van de oostflank. Die waren niet tevreden dat alweer een man uit de ‘traditionele’ landen de post in de wacht zou slepen.
Dat de opvolging van Stoltenberg al meer dan een jaar aansleept, geeft aan dat het bondge
nootschap een huis met vele kamers is en blijft, ondanks de retoriek van eendracht. “Natuurlijk zijn er meningsverschillen”, zegt een Navo-bron. “Dat is maar normaal in een democratische organisatie.” Toch blijft Rutte de beste kaarten hebben. Hij heeft de steun van de meeste grote landen en dinsdag schaarden ook de Baltische staten zich achter Rutte.
Maar iedereen moet instemmen. Veelzeggend was de reactie van de Turkse president, Recep Tayyip Erdogan. Rutte had hem zondag gebeld om te vragen of hij op zijn steun kon rekenen. Dat zal afhangen van het programma, liet Erdogan weten. De nieuwe secretaris-generaal moet, volgens Ankara, voldoende oog hebben voor de strijd tegen het terrorisme en rekening houden met gevoeligheden van de lidstaten die geen lid zijn van de EU. Ook de Hongaren en de Slovaken doen nog lastig.
Wachten op de Amerikanen
De grootste uitdaging van de alliantie blijft de oorlog in Oekraïne. De situatie aan het front is zorgwekkend. De Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken, Dmytro Koeleba, is te gast en zal opnieuw aandringen op de snelle levering van meer munitie en luchtafweer.
Het grootste probleem blijft het hulppakket van 60 miljard dat geblokkeerd zit in het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden. De hoop op een doorbraak is de voorbije dagen toegenomen. De Republikeinse voorzitter van het Huis, Mike Johnson, is op zoek naar een compromis om de dwarsliggers over de streep te trekken, maar het blijft een dubbeltje op zijn kant. Zonder het Amerikaanse geld zal Oekraïne het nog lastiger krijgen.
Om de Oekraïners blijvende steun te garanderen stelt Stoltenberg voor een fonds van 100 miljard dollar op te richten om vijf jaar wapens te leveren. De bondgenoten zouden moeten bijdragen naargelang hun grootte. Of het plan kans op slagen heeft, zal vandaag moeten blijken. De Navo wil de coördinatie van de wapenleveringen meer op zich nemen. Nu gebeurt dat nog in het Ramsteinoverleg onder leiding van de VS. Op die manier wil men het ‘gevaarTrump’ indammen.
Geen 2 maar 3 procent
Over de defensie-inspanningen van de lidstaten blijven er spanningen. De druk op de landen die er niet in slagen hun engagement van 2014 om 2 procent van het bbp te
“Een aanval tegen een Navo-land is niet voor binnenkort. We hebben daar geen aanwijzingen voor”
Julianne Smith
Amerikaanse ambassadrice bij de Navo
besteden aan defensie, wordt stelselmatig opgevoerd. “Landen die wel voldoende investeren, nemen steeds minder genoegen met de vrome beloftes van de achterblijvers”, zegt een diplomaat. België hoort bij die laatste groep. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Antony Blinken, heeft woensdag een ontmoeting met zijn Belgische collega Hadja Lahbib. Dan zal het thema zeker besproken worden.
De landen van de oostflank nemen zelfs geen genoegen meer met 2 procent. Zij pleiten stilaan voor 3 procent. “2 procent is in de huidige omstandigheden te weinig”, zei deLitouwsepresidentGitanasNauseda dinsdag op een gezamenlijke persconferentie met Rutte. De landen die een grens delen met Rusland nemen de waarschuwingen dat de Russen de komende jaren een Navo-land aanvallen ernstig. De Amerikaanse ambassadrice bij de Navo, Julianne Smith, is duidelijk. “Zo’n aanval is niet voor binnenkort. We hebben daar absoluut geen aanwijzingen voor.” Rusland bouwt zijn militaire apparaat wel uit. De vraag is wat Poetins bedoelingen op de langere termijn zijn. Precies daarom moet de afschrikkingsmacht van de Navo groot genoeg zijn en moet er dus meer en sneller geïnvesteerd worden.
Imagoprobleem
Rusland mag dan voor de alliantie het grootste gevaar zijn, ze wil de komende jaren ook meer aandacht besteden aan het Zuiden. In Afrika heeft ze een imagoprobleem. Een groep van experts heeft daarover een rapport klaar met liefst 114 aanbevelingen. Die zullen in Brussel besproken worden.
Een concreet actieplan ligt nog niet op tafel, maar er circuleren wel allerlei ideeën om de relaties met de Afrikaanse landen te verbeteren, van een speciale gezant voor het Zuiden tot trainingsmissies of zelfs nieuwe partnerschappen.