Het vinnige gezicht van ‘le nouveau CD&V’
Als een naar eigen zeggen “eenvoudige jongen uit Kinrooi” werd Jo Brouns halverwege de regeerperiode – na het ontslag van Wouter Beke – plots gelanceerd als minister van Werk, Economie en Landbouw. Zonder aarzelen wierp hij zich op het explosieve stikstofdossier als voorvechter van de belangen van de landbouwers, een klassiek kiespubliek van de CD&V. Daarbij stond hij vaak lijnrecht tegenover minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA).
Het leidde tot enkele flinke stresstests binnen de Vlaamse regering, maar in de onderhandelingen wist Brouns wel zijn stempel te drukken. Ook bij de boerenprotesten dwong hij de coalitiepartners tot toegiften. In confrontatie met de woedende landbouwers maakte Brouns indruk met zijn kalme en heldere communicatie. Die dialoog zag hij als zijn plicht.
Ondanks de kleine slagen die hij thuishaalde – Brouns sprak na het stikstofakkoord meteen zelf over “overgangsmaatregelen” – verdiende zijn aanpak geen schoonheidsprijs. Het was vaak hard tegen onzacht en daarbij leek Brouns vooral oog te hebben voor zijn eigen partij en zijn eigen achterban, en onvoldoende voor het algemeen belang. Voor veel Vlamingen zal het beeld van ruziemaker blijven hangen.
Bij zijn pleidooien schuwde hij ook het nepnieuws niet. Toen hij zei dat Natuurpunt de grote slokop was van landbouwgrond in Vlaanderen, nam hij een loopje met de werkelijkheid. Bovendien rest de belangrijke vraag of hij de boeren op lange termijn wel echt een gunst bewijst met zijn verzet tegen klimaat- en milieuregels.
Helemaal anders oogt zijn palmares op Economie. Daar zat Brouns ideologisch helemaal op de lijn van de regering-Jambon. Hij reeg de bedrijfsbezoeken aaneen en trok voluit de kaart van onderzoek en ontwikkeling. Op het gebied van werk kan de regering uitpakken met een mooi rapport. De doelstelling van 80 procent tewerkstelling tegen 2030 is haalbaar. Alleen lukt dat misschien niet met de VDAB die Brouns achterlaat, toonde een audit aan. Die kan zijn taak onvoldoende aan. Pas aan het einde van de regeerperiode beloofde Brouns daar de koers bij te stellen.
Met zijn gespierde communicatie gaf Brouns in de eerste plaats smoel aan de eigen partij. Hij is zo misschien wel het beste uithangbord van ‘le nouveau CD&V’ die zijn draai vond in de rol van junior partner in een Vlaamse regering.