Petitie tegen expo van Franse striptekenaar die “incest promoot”
Een petitie tegen een Brusselse expo van de Franse striptekenaar Bastien Vivès haalde meer dan 2.000 handtekeningen op. Volgens de ondertekenaars promoot de auteur “pedofilie” en “incest”. Nochtans is er geen spatje naakt te zien.
“Vivès hors de Bruxelles!”: in Brussel is geen plek voor het werk van de Franse striptekenaar Bastien Vivès. Dat betoogt een petitie tegen de tentoonstelling Héritages die gepland staat van 12 april tot 11 mei in galerij Huberty & Breyne in Elsene. Daar zullen meer dan 70 aquarellen van de tekenaar te zien zijn. De vooruitgeschoven illustraties ogen onschuldig: met een afbeelding van Kuifje als een nerd en een verouderde Vivès op een stripbeurs, lijkt de auteur vooral zijn eigen metier op de hak te nemen. Nochtans verzamelde initiatiefnemer Dounia Largo deze week meer dan 2.400 handtekeningen tegen zijn komst. Volgens de ondertekenaars promoot Vivès verkrachting, incest en pedofilie.
In Frankrijk verzamelde de 40jarige stripauteur roem met fijngevoelige graphic novels, zoals Polina
(2011) en Een zus (2018). De Franse avonturenmanga Lastman was dan weer een hit bij jonge adolescenten. Als zijsprong in zijn oeuvre ging hij echter los in absurdistische werken die pedofilie en incest afbeelden. Eind 2022 zag het stripfestival van Angoulême zich daarom genoodzaakt om een overzichtstentoonstelling af te voeren uit veiligheidsoverwegingen. Ook toen was er sprake van een petitie. Meer dan 100.000 ondertekenaars deden hun beklag over de “pedocriminele” Vivès, waarna het festival ook bedreigingen ontving. Vivès excuseerde zich en zei dat hij “nooit slachtoffers van seksueel misbruik zou willen kwetsen”, maar de kwestie was op de kaart gezet.
Kleine Paul
Het Franse gerecht maakte kort nadien bekend dat het een onderzoek had geopend naar drie strips van Vivès. Volgens een klacht zouden de auteur en zijn uitgevers zich schuldig maken aan het verspreiden van pedopornografische beelden. Het gaat om La décharge mentale (2018) en Les melons de la colère (2011), beide verschenen bij de alternatieve uitgeverij Les Requins Marteaux, en om Petit Paul (2018), verschenen bij stripgigant Glénat. De drie albums werden uitgebracht in een reeks voor volwassenen die binnen een Franse, scabreuze traditie valt: het afbeelden van seks dient niet zozeer om op te winden,maaromuittedagenende seksuele zeden in het belachelijke te trekken. “Petit Paul toont ons dat het belangrijk is om te lachen, zelfs als het fout is”, klinkt het in de promotekst.
Volgens tegenstanders is het boekje meer dan fout en ronduit illegaal. In Frankrijk is het verboden om seks tussen volwassenen en minderjarigen af te beelden, ook in strips. Daar lijkt Vivès zich weinig van aan te trekken. In de werken vergrijpen de volwassen zich meermaals aan kinderen en tieners die belast zijn met enorme lichaamsdelen, vaak binnen dezelfde familie. Zo figureert in Petit Paul en Les melons de la colère hetzelfde boerengezin.
“Ik heb de situatie in Frankrijk op de voet gevolgd”, vertelt Largo. Toen de Brusselse vrouw, die zelf actief is in artistieke kringen, had vernomen dat Vivès naar haar stad zou komen, ondernam ze meteen actie. “Zijn werk is beledigend voor slachtoffers van seksueel misbruik. Op basis van wat ik ervan gezien heb en wat hij al gezegd heeft in de media, is het duidelijk dat hij er fantasieën op nahoudt die de wet overschrijden”, zegt ze aan De Standaard. Ze verwijst daarmee onder meer naar het onlinemagazine Madmoizelle, waartegen Vivès had gezegd dat hij het “geweldig spannend” vindt om incest af te beelden. Vivès lag eerder ook al onder vuur voor het doodwensen van een vrouwelijke collega.
Bourgeois kunstmilieu
Het protest van Largo en haar medestanders valt dan ook niet los te zien van een bredere discussie die in alle hevigheid woedt in Franse kringen. Feministische en linksartistieke collectieven verheffen al enkele jaren hun stem tegen incest en pedofilie, dat volgens hen genormaliseerd wordt vanuit een bourgeois moraal. Zo was er het pedofilieschandaal rond de auteur Gabriel Matzneff en het incestschandaal rond politicoloog Olivier Duhamel. In beide gevallen was er sprake van een collectief wegkijken.
Voor Largo en haar medestanders is de tentoonstelling van Vivès dan ook tekenend voor een deel van de kunstwereld. “Wij pikken het niet dat sommigen de vrijheid van expressie misbruiken om hun illegale fantasieën te botvieren.
“Zijn werk is beledigend voor slachtoffers van seksueel misbruik” Dounia Largo Initiatiefnemer van de petitie
Het gaat om een bevoorrecht, conservatief milieu dat verkrachtingscultuur, incest en pedopornografie promoot. Het kunstmilieu heeft de mond vol over de vrijheid van meningsuiting en ‘het plezier van de provocatie’, maar zal nooit de kant van het slachtoffer kiezen.” Daarom is het volgens haar geen overwinning als de expo wordt afgevoerd. “Dat hij überhaupt geprogrammeerd wordt, is veelzeggend. De kunstwereld moet zichzelf in vraag stellen en zich afvragen wat ze promoot door zo iemand naar voren te schuiven.”
Largo nam contact op met de galerie, maar kreeg nog geen reactie. Tegenover De Standaard zegt algemeen directeur Alain Huberty dat hij op de hoogte is van de petitie en dat hij zich beraadt over een gepaste reactie. Largo denkt ondertussen na over verdere acties. “Er is weinig animo om passief te blijven en dit te aanvaarden.” Bastien Vivès zelf beet dan weer van zich af in een recent nummer van het weekblad Le Point: “Ik word behandeld als een crimineel voor tekeningen. Het is surrealistisch en onrechtvaardig”, zei hij daar.