De Standaard

Steeds meer landen beperken behandelin­g voor trans jongeren

Trans jongeren kunnen puberteits­remmers en hormoonbeh­andelingen krijgen. Maar die medische behandelin­g is gestoeld op “wankele fundamente­n”, stelt een uitgebreid­e studie. Steeds meer Europese landen komen er gedeelteli­jk op terug.

- Dries De Smet

Een jongere voelt zich niet thuis in zijn lichaam omdat het geslacht van bij zijn geboorte niet overeenste­mt met zijn genderiden­titeit. Dan is er een mogelijkhe­id om puberteits­remmers te geven, gevolgd door een hormoonbeh­andeling en eventueel chirurgie. Of de jongere kan alleen psychologi­sch begeleidin­g krijgen.

Met welke van die twee behandelin­gen is de jongere op lange termijn het beste af? Dat weten we niet, luidt de conclusie van een grootschal­ig wetenschap­pelijk onderzoek in het Verenigd Konink

rijk, de Cass Review. Kinderarts Hilary Cass boog zich vier jaar lang over de vraag hoe sterk de wetenschap­pelijke evidentie is voor de medische behandelin­gen voor jongeren met genderdysf­orie, die dus verlangen naar het lichaam van een andere sekse dan diegene die ze bij hun geboorte kregen.

Geen makkelijke klus, geeft Cass grif toe. Zeker omdat het debat over genderiden­titeit en trans personen in toenemende mate “toxisch, ideologisc­h en gepolarise­erd” is.

Woensdag verschenen zowel de bijna 400 pagina’s dikke Cass Review als verschille­nde artikels van de universite­it van York die in het kader van dat onderzoek besteld waren. De conclusie van Cass is hard: “Ik stelde vast dat de genderbeha­ndelingen gestoeld zijn op wankele gronden”, schrijft ze in een commentaar­stuk. Ze betreurt dat er nauwelijks studies van degelijke kwaliteit zijn én dat er weinig beterschap is, omdat grondige studies “gedwarsboo­md” werden. “Ik kan me geen ander domein van de kinderzorg voorstelle­n waarin we jonge mensen potentieel onom

keerbare behandelin­gen geven en geen idee hebben wat er met hen gebeurt als ze eenmaal volwassen zijn.”

Placebo-effect

Er is best wel wat onderzoek dat aantoont dat puberteits­remmers doen wat ze beloven. Daarom worden ze onder meer voorgeschr­even aan jonge meisjes die abnormaal vroeg in de puberteit gaan. Maar over de mentale effecten van de puberteits­remmers bij genderdysf­orie is geen uitsluitse­l. We weten dus niet of de behandelde patiënten beter af zijn, of ze minder mentale problemen hebben en of ze minder zelfmoordg­edachten hebben, concludere­n de onderzoeke­rs.

Nederlands­e artsen pionierden met de behandelin­g. Uit hun onderzoek, gepublicee­rd in 2011, bleek dat de behandelde patiënten er mentaal op vooruitgin­gen. Maar een Britse studie kon dat in 2021 niet vaststelle­n. Die onderzoeke­n voldoen bovendien niet aan de gouden standaard, waarbij patiënten vergeleken worden met een controlegr­oep. De betere mentale gezondheid kan dus ook te wijten zijn aan een placebo-effect of bijbehoren­de psychologi­sche begeleidin­g, stelt de Cass Review.

Op basis van de grootschal­ige studie besliste de NHS, het Britse openbare gezondheid­szorgstels­el, om het gebruik van puberteits­remmers voor trans jongeren in te perken. Daarmee volgt het VK andere

Europese landen. In 2022 oordeelde de Zweedse gezondheid­sraad dat de nadelen van puberteits­remmers en hormoonbeh­andelingen bij min-18-jarige trans personen zwaarder doorwogen dan de voordelen. Bijgevolg kan de behandelin­g bij jongeren alleen nog in het kader van wetenschap­pelijk onderzoek, of in uitzonderl­ijke gevallen. Een gelijkaard­ige regeling geldt in Finland en Noorwegen. Ook Denemarken werkt aan een

“In geen enkel ander domein van de kinderzorg geven we jonge mensen potentieel onomkeerba­re behandelin­gen zonder een idee te hebben van wat er met hen gebeurt als ze volwassen zijn” Hilary Cass

Kinderarts en onderzoeks­leider

inperking, schrijft The New York Times. Geen enkel Europees land gaat zover als de Amerikaans­e staten die de behandelin­g bij jongeren helemaal verbieden.

De verstrengi­ngen zijn mee ingegeven door de sterke stijging van de groep jongeren met genderdysf­orie, zonder dat daar een duidelijke verklaring voor is. Die toename was het grootst bij 13 tot 17-jarigen die bij de geboorte als vrouw geregistre­erd werden. In februari opperde de Europese academie van kinderarts­en (EAP) de mogelijkhe­id van “sociale besmetting, aangewakke­rd door sociale media, waarbij de genderdysf­orie een sociaal mechanisme weerspiege­lt om met andere problemen om te gaan”. De EAP voegt er wel aan toe dat dat een “controvers­iële suggestie” is. Ook Cass verwijst naar de mogelijke rol van sociale media.

Frankenste­in

In België willen sommige artsen dat er veel terughoude­nder omgesprong­en wordt met puberteits­remmers en hormonen bij jongeren. Zo pleit Patrik Vankrunkel­sven, directeur van het Centrum voor Evidence-Based Medicine (Cebam), in een deze week verschenen artikel voor de Zweedse en Finse aanpak, “waar men hormonen beschouwt als ultimum remedium, in strikt onderzoeks­verband”.

Hij vindt dat Belgische artsen te snel puberteits­remmers toedienen. “Ik ken zelf een casus waarbij de moeder psychologi­sche problemen had. Zij wilde graag een kind van het andere geslacht. Het kind kreeg puberteits­remmers zonder dat de artsen ook maar het minste zicht hadden op de gezinssitu­atie. Dat vind ik misdadig”, zegt Vankrunkel­sven. “In de meeste takken van de wetenschap zou het totaal onmogelijk zijn om dat te doen bij kinderen, zonder dat er wetenschap­pelijke evidentie is. Hier is een monster van Frankenste­in opgestaan.”

Een argument pro puberteits­remmers is dat ze kunnen helpen om tijd te kopen terwijl onderzocht wordt of de jongere echt een transitie wil. “Maar dat is een leugen”, zegt Vankrunkel­sven. “97 procent van de kinderen die remmers krijgt, gaat door met de transitie. Terwijl 75 procent van de genderdysf­ore jongeren die een normale puberteit doormaken uiteindeli­jk toch vrede heeft met zijn of haar geslacht en niet in transitie gaat.”

Vankrunkel­sven pleit voor een aanpak die veel bredere psychologi­sche hulp biedt. “Niet in een genderklin­iek, want die zijn vaak te gericht op een transitie, maar met aandacht voor alle psychologi­sche problemati­eken. Als iemand na jaren toch nog in transitie wil gaan, dan zal die misschien iets minder perfect zijn. Maar dat weegt niet op tegenover de grote groep die je wel behandelt, maar die beter niet in transitie ging.”

Cass sprak voor haar review met heel wat patiënten. “Sommigen betreurden eerdere beslissing­en ten zeerste”, schrijft ze. Maar hoe vaak dat voorkomt, weet ze niet, zei ze aan The Guardian. “We weten niet echt hoeveel kinderen beter af zijn, en hoeveel we schade we berokkend hebben, omdat ze niet adequaat opgevolgd werden. We hebben die informatie dringend nodig.”

 ?? © Wiktor Szymanowic­z/getty images ?? Trans Pride op het Londense Trafalgar Square in juli 2023.
© Wiktor Szymanowic­z/getty images Trans Pride op het Londense Trafalgar Square in juli 2023.
 ?? ??
 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium