De planeet conserveren, dat is pas conservatief
Jelle Dehaen
Historicus en filosoof. Auteur van Het conservatieve denken (Houtekiet). In het najaar verschijnt zijn boek
De terreur van het optimisme, over de Franse Revolutie.
ECOLOGIE Conservatieve partijen moeten ecologisch zijn, schrijft Jelle Dehaen. Helaas is het conservatisme compleet ontspoord. Conservatieven zijn alle mensen die we niet leuk vinden. Zo lijkt het tenminste in het publieke debat: het conservatisme is een containerbegrip geworden waarmee we allerlei meningen die ons niet bevallen, stigmatiseren.
Onlangs wijdde DS Vandaag, de podcast van deze krant, een uitzending aan de tegenstellingen tussen links en rechts. Opiniemaker Amir Bachrouri verbaasde zich over het actieve natuurbeleid van Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA). Volgens Bachrouri is natuurbehoud een progressief strijdpunt; de ecologische demarche van de N-VA zou bewijzen dat partijlijnen flou zijn geworden en dat de N-VA niet langer strak in de conservatieve pas loopt.
De verbazing van Bachrouri is vreemd. De moderne natuurbeweging is mede ontstaan vanuit conservatieve hoek. Je hoeft geen briljante taalkundige te zijn om te beseffen dat conservatieven willen ... conserveren. Ze willen alles wat goed is behouden. En wat is waardevoller dan de natuur? De grondhouding van het conservatisme is eerbied. Dankbaarheid voor het bestaande en voor de schoonheid die onze eigen beperktheid overstijgt – conservatieven horen niet alleen ontzag te hebben voor kerken en schilderijen, maar ook voor bossen, moerassen en dieren.
Het conservatisme blijft misbegrepen. Natuurlijk ligt dat niet aan Bachrouri. De afgelopen jaren is het conservatisme ontspoord. Door figuren als de voormalige Amerikaanse president Donald Trump of het voormalig toerekeningsvatbare Nederlands parlementslid Thierry Baudet is het conservatisme verworden tot een krankzinnig populisme.
Antiwoke
Al decennia voelen conservatieven zich een onderdrukte minderheid, die door elitaire journalisten en academici monddood wordt gemaakt. Compleet onterecht is dat gevoel niet, maar als tegenreactie hebben conservatieven zich in een afkeer voor ‘de elite’ gestort. Het resultaat is een complete verwatering van de oorspronkelijke ideeën: zouden veel zelfverklaarde conservatieven nog enig benul hebben waar ze voor staan, behalve dan dat ze antiwoke zijn?
Op bepaalde vlakken is de N-VA de meest anticonservatieve partij van Vlaanderen. In haar strijd tegen vakbonden en culturele organisaties die de agenda van de partij niet delen, heeft de N-VA het primaat van de politiek uitgeroepen. Zo is de N-VA een etatistische partij geworden met een grenzeloos vertrouwen in de staat. Kan het nog minder conservatief?
Het conservatisme koestert een diep wantrouwen tegen een almachtige overheid. Conservatieven geloven
De N-VA is authentieker conservatief dan de huidige Amerikaanse rechterzijde, die geobsedeerd is door economische ontwikkeling
dat de samenleving oneindig complex is en niet gestuurd kan worden door een klein groepje. Daartegenover stelt ze de wijsheid van de massa. Van de individuen en het middenveld, die de samenleving vorm geven. Hun stem is minstens even belangrijk als die van verkozen politici.
Op andere vlakken blijft de N-VA wel een partij met conservatieve reflexen. Zoals dus in het actieve natuurbeleid van minister Demir. Natuurlijk is zij geen linkse milieuactivist, haar partij is authentieker conservatief dan de huidige Amerikaanse rechterzijde. Die is geobsedeerd door economische ontwikkeling en wil alles daaraan ondergeschikt maken. Dat de Republikeinen nationale parken willen verwoesten om er olie te winnen, staat haaks op de aspiratie om het waardevolle te beschermen.
Zo was het niet altijd. De meest ecologische Amerikaanse president was misschien de Republikein Theodore Roosevelt. Die verenigde in zich een eigenaardige mengeling van progressieve en conservatieve ideeën, maar hij beschermde bijna honderd miljoenen hectaren natuurgebied, vanuit de conservatieve inspiratie om die voor toekomstige generaties te beschermen.
Dat conservatieve partijen ecologisch zijn, zou niemand mogen verbazen. Dat is immers geen bewijs van hun ideologische wankelheid, maar het moet een van hun kernprincipes zijn. Zo mag ook de klimaatopwarming voor conservatieven geen politiek wapen worden om groene partijen te demoniseren. Integendeel, conservatieven en progressieven moeten elkaars bondgenoot worden om het belangrijkste wat er is te conserveren: onze planeet.