Waarom Mathieu van der Poel, de halve Belg, toch zo gehaat wordt
Bierdouches, fluitconcerten, boegeroep en middelvingers: Mathieu van der Poel is dit voorjaar buiten categorie en daar reageren sommige wielerfans buiten zinnen op. Wat lokt die antigevoelens uit? “Waar alcoholgebruik, frustratie en nationalisme samenkome
Het overkwam hem eind december al eens, tijdens de veldrit in Hulst. In de slotronde van de cross reageerde Mathieu van der Poel (29) er met een fluim richting enkele toeschouwers die hem al sinds de opwarming hadden uitgejouwd. “Een stel boeroepers”, klonk het bij de Nederlandse wereldkampioen na afloop. “Daar ben ik wel klaar mee. Dan kun je beter thuisblijven.”
Van der Poel kon toen niet vermoeden dat de negatieve gevoelens in het Vlaamse voorjaar zouden blijven borrelen. Tijdens de Ronde van Vlaanderen moest hij bij elke passage over de Oude Kwaremont fluitconcerten, gejouw en enkele “stortbuien” – zo noemde hij de bierdouches – trotseren. Vorig weekend belandde in Parijs-Roubaix ei zo na een petje in z’n wiel. “Een ongelukkig manoeuvre na een middagje aperitieven”, volgens de vrouw die het uit haar hand had laten glippen.
Onbewuste handeling of niet, langs wielerwegen drijft de jongste weken een antiVan der Poel-sentiment boven. “Dat zag je voordien nooit”, weet ex-renner en wieleranalist Thijs Zonneveld. “In België werd hij van oudsher gewaardeerd, misschien wel omdat hij een halve Belg is: hij woont in België (in ’s Gravenwezel bij Antwerpen, red.), is er naar school gegaan en nam ook deel aan Belgische programma’s, zoals de Container cup. Die negatieve sfeer rond zijn figuur is pas vorig jaar ontstaan.”
Voetbalsupportersgedrag
Zonneveld zoekt een verklaring in Van der Poels absolute dominantie. “Sinds zijn wereldtitel veldrijden in Hoogerheide in 2023 overheerst hij zijn eeuwige schaduw, Wout van Aert. Ik vergelijk hen met twee boksers, die de ene na de andere uppercut uitdelen. Geen van de twee ging de voorbije jaren knock-out. Vanaf het moment dat ze prof zijn geworden, haalde de ene af en toe de bovenhand over de andere. Nooit was eentje de structureel onderliggende partij. Vandaag is dat anders: het duel is uit balans, dat voedt de frustratie.”
“Het België-Nederlandgevoel zal meespelen”, zegt Oliver Naesen (33), die al sinds 2015 meedraait in het profpeloton. “Maar da’s meer voetbalsupportersgedrag. Het hoort niet thuis in de koers. Dat je iemand uitjouwt met wie je nog nooit een gesprek hebt gevoerd, gaat er bij mij niet in. Toen ik ’s avonds na de Ronde de filmpjes vanop de Kwaremont zag, viel ik achterover. Dat kon toch niet dezelfde plaats zijn als waar wij bejubeld werden?”
Het wielrennen had al geregeld met dit soort gedrag te kampen. Lang voor hij op dopinggebruik betrapt werd, was Lance Armstrong een favoriete kop van Jut in Frankrijk. En in de Giro en de Tour kregen de renners van Team Sky ooit urine over zich heen. “Wie te veel wint, is niet populair”, weet Naesen. “Je ziet dat vaak bij succesvolle atleten, zoals Mathieu. Jammer dat hij niet door 100 procent van de supporters omarmd wordt.”
In kampen
Bekers met bier, fluitconcerten en boegeroep, het was ook Sven Nys zijn deel toen hij in de cross onaantastbaar leek. “Ook Niels Albert overkwam het”, zegt Jeroen Scheerder, hoogleraar sportsociologie aan de KU Leuven. “Maar dat was eerder in de context van de Vlaamse kermis.”
Dat het vandaag in internationale topevenementen gebeurt, wijt hij aan het feit dat de sport meer gepolariseerd is. “Als je vroeger naar het wielrennen ging kijken, dan deed je dat omdat je de koers wou zien. Je was niet tegen iemand, je had hoogstens een voorkeur. Met de komst van Mathieu en zeker hoe hij dit voorjaar rijdt, lijkt het erop dat supporters meer in kampen zijn verdeeld. Dat zien we al veel langer in het voetbal, het prototype van een sport waar je een soort stammentwist krijgt.”
“Het grote verschil met voetbal is dat spelers beschermd worden door veiligheidspersoneel”, stelt Adam Hansen, de voorzitter van de rennersvakbond CPA. “Het is bijna onmogelijk om tot bij hen te komen, terwijl je renners vrijwel kunt aanraken. Uitgejouwd worden is één ding – er bestaat zoiets als vrijheid van meningsuiting – maar met bier of voorwerpen gooien hoort simpelweg niet. Als we dat tolereren, wat is dan het volgende?”
“De Ronde van Vlaanderen- of Roubaixfan is ook niet de standaard-wielersupporter”, merkt Naesen op. “Vaak gaat het om mensen die een of twee keer per jaar naar de koers komen.” Een opvallend verschil met het voetbal, meent Scheerder: “Daar duikt dergelijk wangedrag vooral bij doorgewinterde fans op. Niet bij sporadische gelegenheidssupporters.”
Nationale feestdag
Dat Van der Poel met zijn suprematie de spanning uit de wedstrijd zuigt, heeft de antigevoelens aangewakkerd. Net als de verslagenheid na de zware val van zijn rivaal Van Aert, die out was nog voor de Vlaamse wielerweek goed en wel begonnen was. Maar ook andere, praktische oorzaken liggen aan de basis, zoals het alcoholgebruik en -misbruik. In 2010 besliste de Franse gendarmerie al om in Parijs-Roubaix een alcoholverbod in te voeren op Carrefour de l’Arbre, omdat de situatie er uit de hand liep. Zonneveld: “Het was daar toen één grote kermis. Toeschouwers stonden er al om 9 uur ’s ochtends ladderzat langs de kant van de weg. Toen zijn er allerlei strikte regels ingevoerd, maar nu zie je mensen weer met kruiwagens met bier rondsjouwen.”
Het wielrennen wordt ook statischer, doordat hotspots meermaals in het parcours zijn opgenomen. Waar het vroeger onder fans een sport was om de renners zo vaak mogelijk te zien passeren, en ‘de afsnijders’ na elke passage naar hun wagen spurtten, zijn er nu meer ‘risicozones’ waar mensen een hele dag postvatten. “Wielerevenementen worden ook steeds groter. Iedereen wil erbij zijn”, zegt Zonneveld. “Tijdens de Ronde lijkt het hele land op z’n kop te staan. Het is een nationale feestdag.
Alcoholgebruik, frustratie en nationalisme kunnen een grimmige cocktail vormen waarbij mensen zich gaan misdragen.”
Dat nationalisme dreef ook boven op het WK in Leuven in 2021, toen de Franse renner Julian Alaphilippe op een concert van boegeroep werd getrakteerd. Jeroen Scheerder wijst in dat opzicht op het belang van de massa en trekt de parallel met muziekfestivals, waar ook weleens bekers bier door de lucht klieven. “Mensen denken dat ze in het publiek opgaan. Ze wanen zich in een soort van anonimiteit. Vanuit dat gevoel van geborgenheid menen ze dat laakbare gedrag ongehinderd te kunnen stellen.”
“Ik vergelijk Van Aert en Van der Poel met twee boksers, die de ene na de andere uppercut uitdelen. Geen van de twee ging de voorbije jaren knock-out. Vandaag is het duel uit balans, dat voedt de frustratie” Thijs Zonneveld Wieleranalist
Hunger games
De vele camera’s en de impact van sociale media verliezen ze daarbij uit het oog. Zo heeft de politie al een van de biergooiers op de Kwaremont geïdentificeerd. “Dat mensen opgespoord worden als ze zich misdragen, vind ik geweldig”, zegt Naesen. “Als je je moet verantwoorden voor wat je met je zatte botten hebt gedaan, dan zul je in het vervolg wel twee keer nadenken.” Tegelijk is hij niet gewonnen voor te strenge maatregelen: “Als sporter bestaan we bij de gratie van de supporter. En de bereikbaarheid is net de charme van de koers.”
Maar die charme maakt het huidige wielermodel net kwetsbaar. “Het zou goed zijn mochten we meer nadenken over ticketing”, meent Zonneveld. “Dat mensen zeker op drukke punten betalen, al is het maar 2 of 5 euro. Zodat daarmee meer dranghekken kunnen worden geplaatst om het parcours te beveiligen, of meer professionals ingehuurd om toezicht te houden.”
De Nederlandse wieleranalist vindt ook dat wangedrag burger- of strafrechtelijk moet worden aangepakt. “Boe roepen en middelvingers opsteken, dat vind ik heel
treurig. Maar je hindert er renners niet rechtstreeks mee. Anders ligt het wanneer je hen in gevaar brengt.” Daarbij viseert hij niet alleen degenen die dat met opzet doen. “Er zijn ook steeds meer mensen die het peloton onbewust hinderen, door een selfie te maken of naar de camera te zwaaien.”
“Mensen denken dat ze in het publiek opgaan. Ze wanen zich in een soort van anonimiteit. Vanuit dat gevoel van geborgenheid menen ze dat laakbare gedrag ongehinderd te kunnen stellen” Jeroen Scheerder Hoogleraar sportsociologie KU Leuven
Alleen al in de Ronde kwam het volgens Naesen daardoor drie keer tot een valpartij. “En toeschouwers voelen zich er steeds minder verantwoordelijk voor, omdat ze er te makkelijk mee wegkomen”, weet Zonneveld. “Kijk naar de vrouw die in de Tour met haar ‘Allez Opi-Omi’-bord een heel peloton omverkegelde. Die moest 1.200 euro boete betalen. Nochtans liep de werkelijke schade in de tonnen. Als je er als renner rekening mee moet beginnen te houden dat er supporters op de weg staan die niet naar de koers kijken, wordt het echt The hunger games.”