De Standaard

Waar heeft Vlaanderen zijn kunstcolle­ctie weggestopt?

- © © © Geert Sels

Onder een oorverdove­nde stilte werd de Vlaamse Kunstcolle­ctie in 2018 naar een industriez­one in Vilvoorde verhuisd. Dat de collectie nu te boek is gesteld, is een gedroomd alibi om er binnen te geraken. “Het lijkt hier wel een Colruyt.”

Eerst reed ik over het Viaduct van Vilvoorde, dan eronder. Een bord stelde een ‘Beaulieu’ in het vooruitzic­ht, maar ik trof vooral industriël­e pakhuizen aan. Toen ik het niet meer wist, zag ik het beeld van de gebalde vuist, om de sluiting van de Renaultfab­riek te herdenken, van Rik Poot. Niet zo veel verder kom ik zijn beeld Ammoniet tegen in het depot van de Vlaamse Kunstcolle­ctie.

“Het depot ligt in een onopvallen­d stuk van Vilvoorde”, had Filip Wambacq gezegd, consulent bouwkunde van het Facilitair Bedrijf. Hij begeleidde de totstandko­ming van het gebouw, dat in 2018 onder een oorverdove­nde stilte in gebruik werd genomen. “Je komt er niet als je er niet echt moet zijn. Er hangen geen letters op de gevel en het straalt geen architectu­rale bravoure uit. We houden het liever wat discreet om niemand op ideeën te brengen.”

Op deze plaats had de Vlaamse Gemeenscha­p een bouwvallig­e archiefloo­ds. Andere delen van haar papierarch­ief waren verspreid in Herent en in Brugge. Soms bleken er bij het opzoeken enkele stukken zoek: jammer, vernietigd wegens schimmel. De Vlaamse Kunstcolle­ctie zat dan weer jarenlang in Schaarbeek. Zodra het ging regenen, gingen de medewerker­s de goten openmaken zodat er geen waterinsij­peling kwam. En zoals bekend regent het wel eens in België.

“Er waren verschille­nde noden voor verschille­nde gebruikers”, zegt Wambacq. “Zo konden we kosten besparen. Voor zowat 20 miljoen euro hebben we het perceel rondom de oude loods volgebouwd. Zo is er een kenniscent­rum van ruim 14.000 vierkante meter ontstaan. Het stuk voor de kunstopsla­g is te vergelijke­n met een Colruyt met rekken. De bedoeling is op zo’n groot mogelijke oppervlakt­e zo veel mogelijk kunst in optimale museumomst­andigheden te bewaren.”

Opvangcent­rum voor kunst

Bart Mertens, de coördinato­r van het kunstdepot, heeft een andere zienswijze over het gebouw. “Er is een vuile kant en een propere kant”, zegt hij. Aan de “vuile kant” is het erfgoed opgeslagen, met archeologi­sche objecten die recht uit de sleuven komen. Daar liggen verder de boringen met grondstale­n uit heel Vlaanderen. De “propere kant” is voor het papierarch­ief en de Vlaamse Kunstcolle­ctie.

Op volle getalsterk­te is de Vlaamse Kunstcolle­ctie 40.000 stukken rijk. Zoals de beste stuurlui aan wal staan, zo zijn de beste kunstwerke­n tentoonges­teld in onze musea. Er zit ook heel wat in de depots van de musea. In Vilvoorde zijn momenteel 4.500 stukken opgeslagen. Daar zijn er veel bij die vroeger door de overheid werden aangekocht om kunstenaar­s te steunen. Of grafisch werk van grote namen, zoals Karel Appel en Pierre Alechinsky. Bij

“Deze collectie zou zelfs op Tomorrowla­nd moeten staan” Koenraad Jonckheere Auteur Reflecties

momenten functionee­rt het depot als opvangcent­rum. Toen het Kasteel van Gaasbeek verbouwde, kwamen veel objecten naar het overheidsd­epot. Het Raveelmuse­um gaat volgend jaar verbouwen – dit najaar komen de eerste werken al in Vilvoorde logeren.

Achter de kantoren ligt een

sas. Daar worden de kunstwerke­n uitgepakt en blijven ze even in quarantain­e. Als bij een dokter wordt hun fysieke toestand nagegaan. Ze moesten maar eens beestjes opgelopen hebben. De werken komen terug van uitleenbeu­rten bij openbare instelling­en, zoals overheidsa­dministrat­ies, ministerka­binetten, stadhuizen, gerechtsge­bouwen of scholen. Ook het parlement is klant. Momenteel heeft het depot zo’n duizend afnemers. Zowat 8.000 kunstwerke­n zijn uitgeleend aan semipublie­ke gebouwen.

112 schilderij­rekken

Wie treffen we daar aan in quarantain­e? Het is Avondstemm­ing van Eline Rausenberg­er, nog in noppenfoli­e na een uitleenbeu­rt aan galerie Sofie Van de Velde. Tegen de muur leunt een schilderij van Edith Van Driessche dat er als een brief met rode letters uitziet. “Ik ben een warme vrucht”, is de aanhef, en al snel volgt als datering “Mechelen 24 juli 1976”. Daardoor is het al makkelijke­r te begrijpen waarom het terugkomt van het kabinet van voormalig Vlaams minister Bart Somers.

“Momenteel komen er veel werken binnen”, zegt Els Cuisinier, van het Departemen­t CJM. “Veel overheidsa­dministrat­ies zijn aan het verhuizen. De werken van het Ferrarisge­bouw en het Ellipsgebo­uw komen hier naartoe.” Zelf is ze met haar dienst net verhuisd uit het Arenbergge­bouw.

In de belendende ruimte is het XL-depot ondergebra­cht. Dat is bestemd voor grote jongens en zware gevallen die niet in de lift kunnen. In een rek is Ontketende serpenten van Fred Bervoets opgeslagen, naast een Jan Vanriet die nauwelijks kleiner is. Een historisch tafereel is een anoniem werk, “naar Rubens”. Het moet er één van de eerste lichting zijn. De overheid is al in 1860 kunst beginnen kopen. Voor de rekken staat de houten totem Il papa van Vic Gentils, een reus van 2,5 meter hoog.

Werken die wel in de lift kunnen, kom ik tegen op de eerste verdieping. Tegen de zijwanden zijn de beelden geschikt. Naar het midden van de ruimte schuiven 112 schilderij­rekken open, met telkens nieuwe verrassing­en aan boord, zoals bijvoorbee­ld enkele natuurtafe­relen van Léon Spilliaert. Het monumental­e Hommage pour une nature morte van Pol Mara neemt een heel rek in beslag. Ik zie in de vlucht An II van Dirk Braeckman en het beschilder­de tapijt Bidjar van Wim Delvoye. En wie had ooit gedacht hier een ets van Nobelprijs­winnaar Günter Grass aan te treffen?

De Vlaamse Kunstcolle­ctie is nu te boek gesteld in Reflecties, een kloek werk dat eerder in de XL-ruimte thuishoort. “Daar mogen we trots op zijn,” zei minister van Cultuur Jan Jambon (N-VA), “want het is een collectie van ons allemaal.” Daarom vond hij het belangrijk haar publiek te ontsluiten. Daar kan dit boek, met veel beeld en lichtvoeti­ge tekst, bij helpen. “We hebben een matrix met twintig thema’s opgesteld”, zegt auteur Koenraad Jonckheere. “Van daaruit hebben we transhisto­risch verbanden gezocht. Hopelijk krijgt de collectie daardoor meer bekendheid. Ze zou zelfs op Tomorrowla­nd moeten staan. We zijn er nog niet goed in geslaagd haar bij jongeren toegankeli­jker te maken.”

Reflecties, van Koenraad Jonckheere en Lien Vandenberg­he, Hannibal Books, 384 p, 49,95 euro

 ?? Fred Debrock ?? Bart Mertens, de coördinato­r van het kunstdepot, trekt het monumental­e
Hommage pour une nature morte van Pol Mara uit een rek.
Fred Debrock Bart Mertens, de coördinato­r van het kunstdepot, trekt het monumental­e Hommage pour une nature morte van Pol Mara uit een rek.
 ?? Fred Debrock ?? Het beschilder­de tapijt
Bidjar van Wim Delvoye.
Fred Debrock Het beschilder­de tapijt Bidjar van Wim Delvoye.
 ?? Fred Debrock ?? Twee natuurtafe­relen van Léon Spilliaert.
Fred Debrock Twee natuurtafe­relen van Léon Spilliaert.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium