Na de atoombom valt niet zoveel te beleven
In de game-adaptatie Fallout is het einde der tijden slechts het begin van het verhaal. Ondanks de sfeer doet het scenario te weinig om de kijkers tot het einde aan het scherm te kluisteren.
Fallout
Op Amazon Prime ★★★☆☆
Filmregisseur Christopher Nolan leerde ons vorig jaar in Oppenheimer de man achter de atoombom kennen. Als uitvoerend producent van Fallout toont zijn broer Jonathan ons nu een wereld waar die bommen ook massaal gebruikt werden. Gebaseerd op de gelijknamige games van ontwikkelaar Bethesda neemt de reeks je in acht afleveringen mee naar een desolaat Amerika waar alleen de wet van de sterkste nog geldt. Been there, done that, zou je denken. Maar het retrofuturistische jasje dat deze serie van andere dystopische fantasieën onderscheidt, is zo onweerstaanbaar dat je de talrijke misstappen in het verhaal bijna spontaan vergeet. Bijna.
De gruwelen en wonderen van de radioactieve woestenij ontdekken we samen met de eeuwig optimistische Lucy, een zogenaamde vault dweller die met haar gemeenschap opgroeide in een ondergrondse bunker. Wanneer bandieten plots binnendringen en haar vader ontvoeren, moet ze haar comfortabele bestaan achterlaten en de wijde wereld intrekken. Ook al slaagt de aandoenlijk komische Ella Purnell erin de rol amusant te houden, van emotionele diepgang of karakterontwikkeling is bij Lucy nauwelijks sprake. Daarvoor is haar personage – net als de andere trouwens – een te hardnekkig archetype dat zelden onvoorspelbaar reageert.
Afwijken
“Thou shalt get sidetracked by bullshit every goddamn time”, stelt Walter Goggins verbitterd vast als de gemuteerde premiejager the ghoul. Fallout- spelers herkennen zich daar ongetwijfeld in. De sidequests die de spelreeks voorschotelt, weten gamers uren te vermaken zonder dat ze de hoofdverhaallijn volgen. Datzelfde gaat ook op voor de serie: personages wijken voortdurend van het pad af en durven hun queestes al eens te vergeten. Niet zozeer het plot, maar vooral de wereld uit de games vertaalt zich daardoor moeiteloos naar het televisiescherm.
Het is toonaangevend voor de manier waarop bij de adaptatie voor de reeks te werk is gegaan. In tegenstelling tot HBO’s The last of us (die andere postapocalyptische gameverfilming) introduceerden de makers van Fallout een volledig nieuwe verhaallijn die het bestaande universum verder uitbreidt. Op papier is dat een goede keuze, aangezien de games vooral in sfeer en toon excelleerden. Met de ethische dilemma’s waarmee ze spelers confronteerden, maakten de makers echter resoluut komaf. Morele ambiguïteit is in de tv-adaptatie dan ook ver te zoeken. Situaties die alsnog interessante vraagstukken oproepen, worden kordaat en lacherig afgehandeld.
Sfeervolle apocalyps
Aan visueel spektakel is er in Fallout geen gebrek. Gemuteerde beren, reuzenkakkerlakken en zombieachtige ghouls zijn slechts enkele gedrochten die de straten van postapocalyptisch Californië onveilig maken. Die fantasierijke strelingen voor het oog zijn echter niet genoeg om het zich tergend traag ontrafelende mysterie achter de ondergrondse bunkers interessant te houden.
Daardoor blijft het een serie die de allures van haar openingsscène niet overstijgt. Jammer, want op sommige momenten weet de Amazon Prime-reeks het satirische potentieel van de games wel degelijk waar te maken. Dankzij een soundtrack vol jaren 50-deuntjes was het einde der tijden immers nog nooit zo charmant. Nu maar hopen dat een tweede seizoen ook inhoudelijk omver weet te blazen.
Gemuteerde beren en reuzenkakkerlakken zijn niet genoeg om het trage mysterie interessant te houden