N-VA blokkeert afschaffing van ziektepensioen
De N-VA zet haar voet voor de afschaffing van het ziektepensioen voor ambtenaren en een nieuwe wet op de openbaarheid van bestuur. Aan de basis liggen principes en weerwraak.
Over drie weken ontbindt het parlement zichzelf. De diverse kabinetten stuurden nog snel een hoop wetsontwerpen naar de Kamer in de hoop dat ze op tijd worden goedgekeurd. Maar het krappe tijdsbestek geeft de oppositie de kans om de trukendoos van de vertragingsmanoeuvres open te trekken. Behalve het ontwerp rond het aanklampend terugkeerbeleid lopen ook de afschaffing van het ziektepensioen voor ambtenaren en de nieuwe wet op de openbaarheid van bestuur gevaar.
Woensdag besprak de Kamercommissie Volksgezondheid de afschaffing van het medisch pensioen voor ambtenaren. Vivaldi werkte lang aan de hervorming en kon hierbij rekenen op de steun van de vakbonden. Ambtenaren die om medische redenen afhaken, worden nu met ziektepensioen gestuurd. De regeling is definitief, het pensioen laag omdat het wordt berekend op het aantal gewerkte jaren.
De nieuwe regeling spoort met de privésector. Ambtenaren met gezondheidsproblemen worden opgevolgd en krijgen nieuwe arbeidskansen zodra het kan. In plaats van een definitief pensioen komt een “tijdelijke inactiviteitsuitkering” die een cumul met andere inkomsten en een opleiding toelaat. Wie nu met ziektepensioen is, kan overstappen naar het nieuwe systeem.
De N-VA neemt weerwraak voor manier waarop Frank Vandenbroucke weigerde documenten vrij te geven
Deelstaten
Inhoudelijk steunt de N-VA dit ontwerp. Toch ligt het om principiële redenen moeilijk. Het ontwerp komt immers op het terrein van de deelstaten. Elk jaar worden zowat duizend ambtenaren met ziektepensioen gestuurd. Bijna de helft van hen zijn Vlaamse leerkrachten. Eerder deze maand keurde de regering een overgangsregeling goed die de deelstaten de tijd geeft om hun statuten aan te passen.
De Vlaams-nationalisten verzetten zich ook tegen de nieuwe wet op de openbaarheid van bestuur. Die werd in commissie al in september aangenomen, maar de stemming in de plenaire vergadering blijft uit. Het ontwerp impliceert een update van de regels over de informatie die je als burger kunt opvragen bij de overheid, nadat de Europese corruptiewaakhond Greco België op de vingers had getikt. Voor het eerst zouden ook de kabinetten onder die regel vallen.
De aanpassing leek de deur open te zetten naar de inzage van intern mail- en sms-verkeer, zoals dat al in Nederland kan. Maar het ontwerp sloot die optie meteen weer uit. Kabinetten kunnen weigeren informatie vrij te geven als dat zou ingaan tegen “de geheimhouding van bestuursdocumenten over de uitvoering van een beleidsstrategie”. De actie van de N-VA is niet zozeer tegen minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) gericht. De partij wil een middelvinger tonen aan Frank Vandenbroucke (Vooruit).
Parlementaire reflex
De minister van Volksgezondheid raakte verwikkeld in een discussie over het vrijgeven van het mailverkeer ten tijde van corona. Hij weigerde die openbaarheid en overrulede daarbij een positief advies van een bevoegde commissie. Vandenbroucke verwees daarbij naar “het geheim van beraadslaging, de bescherming van de betrokkenen en de onvolledigheid van heel wat werkdocumenten”. Enkele maanden geleden gaf hij dan toch een beperkt aantal mails vrij, maar een reconstructie van de coronapolitiek kon daarmee niet worden gemaakt.
De N-VA neemt op deze manier weerwraak voor de wijze waarop de minister met de verzoeken omging. Hij gebruikte de beperkingen van de wet verder om een aantal documenten in zijn aanslepend dispuut met geneesmiddelendistributeur Medista niet vrij te geven. Een interne audit pleitte de minister vrij van malversaties maar legde enkele integriteitsschendingen bloot. De N-VA profileerde zich sterk op dit dossier.
Fractieleider Peter De Roover hekelt bij De Standaard het “gebrek aan parlementaire reflex” bij de betrokken ministers en staatssecretaris. “Nicole de Moor en Annelies Verlinden hebben nooit in de Kamer gezeten, en voor Frank Vandenbroucke is het allemaal te lang geleden.” Vivaldi gaat volgens hem te veel uit van het principe “de meerderheid beslist”. Maar zeker op het einde van de legislatuur zijn er afspraken nodig met de oppositie.
De fractieleider wijst ook nog op het grote aantal partijen in de regering. Elk ontwerp blijft het gevolg van een moeilijk compromis. Dat maakt wijzigingen op vraag van de oppositie wel erg moeilijk.