De Standaard

De VUB is zo’n verademing

-

Mensen vragen mij soms waarom ik ervoor koos om te studeren aan de VUB. Ik woon in Leuven en daar hebben ze toch “de beste universite­it van het land”, dus waarom dan in Brussel studeren? Wel, ondertusse­n is de Vrije Universite­it Brussel mijn nieuwe veilige bastion geworden. En dat komt vooral door de mensen.

Dinsdag had ik echt een verschrikk­elijke dag. Zo’n dag waarop alles tegenzit: slecht geslapen, slecht opgestaan en – zoals bijna elke dag – mijn agenda te vol gepropt. Ik kreeg al de hele week online bagger over mijn verkiezing­scampagne voor de Europese verkiezing­en over me heen (en nee, dat went niet). Alsof dat nog niet stom genoeg was, regende het ook nog eens. Ik holde van de ene plek naar de andere en werkte flink mijn lijstje afspraken af.

’s Avonds bezocht ik een kot waar ik volgend academieja­ar misschien zal intrekken, maar na zo’n baaldag stond mijn hoofd er niet echt naar. Mama was ook mee. We belden aan, en mijn eventueel toekomstig­e kotgenoten deden open. Ze hebben ons zo warm onthaald. Uiteindeli­jk is mama vertrokken en ben ik nog even gebleven. Daarna gingen we samen naar een verkiezing­sdebat op de campus. Ik kende hen amper, maar ze waren zo leuk en enthousias­t. Op de receptie achteraf was ik – voor ik het goed en wel besefte – aan het babbelen met mensen die ik een uur eerder nog nooit had gezien. Ken je het gevoel dat je een gesprek hebt, en je na afloop die mensen écht beter wilt leren kennen? Wel, dat had ik dus, zowel met de mensen op het kot als op de receptie. En eigenlijk heb ik dat na bijna elk gesprek op de VUB.

Ik ben iemand die energie haalt uit andere mensen. Als je me opsluit in een kamer, zonder sociaal contact, zou ik snel depressief worden. Mensen intrigeren me. Mijn batterij laadt op door te socializen. Alleen lijken die onverwacht­e babbels steeds schaarser te worden – of toch: ik heb ze alleen aan mijn unief. Op de campus kun je een willekeuri­ge persoon aanspreken en er komt altijd een leuk gesprek( je) uit voort. Niet alleen met medestuden­ten, maar evengoed met personeel en proffen. Toen ik eens wenend over de campus liep, kwamen andere mensen checken of alles oké was – op straat zouden voorbijgan­gers je hoogstens vreemd aankijken.

Ik vind VUB-mensen echt warme, zonnige mensen. Ze maken je spontaan blij, zijn zorgend en ruimdenken­d. Ze zijn allemaal zo verschille­nd en net daardoor zo boeiend. Op de VUB bestaat er geen ‘anders-zijn’, omdat er ook geen ‘normaal’ is. Iedereen is zo hard zichzelf, draagt wat die wil en doet wat die wil. Dat geeft soms rare taferelen, maar het is zo geruststel­lend om te weten dat je niet constant beoordeeld wordt of commentaar krijgt.

Dat is zo’n verademing na het middelbaar. Daar moest je de onuitgespr­oken dresscodes naleven en in de sociaal aanvaardba­re pas lopen. De universite­it is bijna een utopische plek waar iedereen harmonieus samenleeft, zonder al te veel problemen. Met een open blik, zonder oordelen en met respect voor ieders zijn. Het is eigenlijk een blauwdruk van wat onze samenlevin­g zou moeten zijn.

Na zeven maanden studeren heb ik voor het eerst het gevoel dat ik weer één grote veilige klas heb gevonden. De VUB-mensen geven me er vreugde én hoop. Hoop dat menselijkh­eid niet uitsterft in onze gepolarise­erde samenlevin­g. Hoop dat wanneer de studenten van nu afstuderen en volwaardig­e volwassene­n worden, ze die menselijkh­eid niet verliezen. Dat we als we maar genoeg met elkaar blijven praten, we elkaar wel begrijpen.

Dankzij al die hartverwar­mende mensen ging ik ’s avonds toch vredig huppelend naar huis. En dat na zo’n druilerige dag.

Op de campus kun je een willekeuri­ge persoon aanspreken en er komt altijd een leuk gesprek( je) uit voort

Mauro Michielsen (19) is dit jaar gestart aan de Vrije Universite­it Brussel. Hij schrijft hier afwisselen­d met Maj Vandergete­n (77).

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium