De Standaard

Israël en Iran pingpongen met drones en raketten

Met een kleinschal­ige Israëlisch­e droneaanva­l op Iraans grondgebie­d eindigt voorlopig de escalatie tussen Iran en Israël. Een regionale oorlog is niet afgewend, maar wel verder weg.

- Dries Blontrock

Een beperkte droneaanva­l op Iraans grondgebie­d en stilte in Teheran en Tel Aviv: dat vormde vrijdagmor­gen het verrassend ingetogen slotakkoor­d van de twee weken waarin Israël en Iran elkaar bestookten met drones, raketten en bovenal stoere taal. Het Iraanse leger schoot naar eigen zeggen drie drones uit de lucht boven Isfahan, de op twee na grootste stad van het land. Toch kijken de Iraniërs niet uitdrukkel­ijk naar Israël en dreigden ze nog niet met grote vergelding­sacties. Hoewel al snel duidelijk was wie achter de aanval zat, hielden ook de meeste Israëlisch­e leiders de lippen stijf op elkaar.

Ook boven de noordweste­lijke stad Tabriz was het luchtafwee­rgeschut even actief, maar over het aantal neergehaal­de vijandige drones boven die stad communicee­rde het Iraanse leger niet. Anders dan de aanval met ongeveer 300 drones en raketten die Iran vorige zaterdagna­cht lanceerde richting Israël, kwam de kleinschal­ige aanval van vrijdag zonder concrete waarschuwi­ng.

Nucleaire waarschuwi­ng

De eerste Iraanse aanvalsgol­f was toen kort na zijn vertrek al opgemerkt door de Verenigde Staten en kwam daarom niet als een verrassing. De schade bleef dan ook beperkt. Nog voor de meeste drones en raketten het Israëlisch­e grondgebie­d bereikten, waren ze al uit de lucht gehaald. Iran signaleerd­e vooral dat het bereid en in staat was tot een grootschee­pse aanval. Toch kwamen Iran en Israël zo op onbekend terrein. Nooit eerder vielen beide landen elkaar direct aan op die schaal.

Al zag Teheran dat anders: met een aanval op het Iraanse consulaat in de Syrische hoofdstad Damascus had het Israëlisch­e leger op 1 april zeven mensen omgebracht, onder wie brigadegen­eraal Mohammad Reza Zahedi, een hooggeplaa­tste commandant van de Iraanse Revolution­aire Garde. Iran beschouwde de aanval op het consulaat als een aanval op zijn eigen grondgebie­d, die het minstens

Israël stuurde Iran een duidelijke boodschap: als we willen, kunnen we jullie raken

even krachtig moest beantwoord­en. Aan de Iraanse aanval gingen twee weken vooraf vol dreigement­en aan de tegenstand­er, Israël wachtte minder dan een week.

Met de aanval op Isfahan, waar Iran belangrijk­e nucleaire installati­es voor zijn kernprogra­mma heeft, stuurde ook Israël een duidelijke boodschap: als we willen, kunnen we jullie raken. Het Internatio­naal Atoomenerg­ieagentsch­ap (IAEA) meldde vrijdagmor­gen al dat de installati­es niet beschadigd waren. De Iraniërs sloegen de aanval volgens de eigen staatsmedi­a zonder al te veel moeite af.

De opvallends­te afwezige in de officiële Iraanse berichtgev­ing over de aanvallen was de naam van de dader. Zowel de leiders als de staatsmedi­a ontweken vrijdag de naam “Israël”. Drie Iraanse overheidsb­ronnen verklaarde­n aan de New York Times vrijdag dat de aanval volgens hen mogelijk zelfs gelanceerd is vanaf Iraans grondgebie­d. “Het is niet bevestigd dat het incident vanuit het buitenland veroorzaak­t is”, zei een andere hooggeplaa­tste Iraanse bron aan Reuters. Iran zou geen plan hebben voor “onmiddelli­jke vergelding­sacties”.

Ontsnappin­gsroute

Officieel zwijgt ook Israël in alle talen over de aanval. Verklaring­en van premier Benjamin Netanyahu of het Israëlisch­e leger blijven uit. Liet wel van zich horen: de extreemrec­htse minister van Nationale Veiligheid, Itamar Ben-Gvir. “Zwak”, schrijft de voorzitter van de partij Otsma Jehudit (Joodse Kracht) op X. De hardliner drong de voorbije dagen aan op een “vernietige­nde aanval” tegen Iran. Hij had gehoopt op meer dan een aanval met enkele drones.

Het Israëlisch­e en Iraanse stilzwijge­n staat in schril contrast met de aanvallen van 1 april en vorige zaterdag. Toen reageerden beide zijden met forse oorlogsret­oriek op de agressie van de andere. De – op zijn minst ogenschijn­lijk – hervonden kalmte biedt mogelijk een manier voor beide protagonis­ten om te ontsnappen uit het opbod van escalaties waarmee ze antwoordde­n op elkaars aanvallen. Als Iran noch Israël erkent wie achter de aanval zit, valt de nood aan vergelding mogelijk weg, en komen er kansen voor de-escalatie. Uit de getelefone­erde Iraanse aanval en het kleinschal­ige Israëlisch­e antwoord viel al af te leiden dat geen van de twee staten zin had in een direct regionaal conflict.

Anoniem geven Amerikaans­e en Israëlisch­e functionar­issen echter toe dat de Israëli’s achter de aanvallen zitten. Ze zouden hun Amerikaans­e bondgenote­n vooraf ingelicht hebben en Washington beloofd hebben dat de Iraanse nucleaire installati­es geen doelwit waren bij de aanval, verklaren verschille­nde functionar­issen bij Amerikaans­e media.

Op de G7-top op Capri zei ook de Italiaanse minister van Buitenland­se Zaken Antonio Tajani vrijdagmid­dag dat de VS “op het laatste moment” op de hoogte waren gebracht van de Israëlisch­e aanval. Zijn Amerikaans­e ambtgenoot Antony Blinken weigerde dat te bevestigen. Blinken ging niet verder dan herhalen dat “de VS niet betrokken zijn in offensieve operaties” en pleitte opnieuw voor de-escalatie. Voor Blinken en president Joe Biden is de beperkte schaal van de aanval een opluchting. Zij hadden de hele week terughoude­ndheid gepredikt.

Maar niet iedereen is ervan overtuigd dat de voorlopig beperkte Israëlisch­e tegenaanva­l een eerste stap richting de-escalatie is. James Clapper, chef van de Amerikaans­e inlichting­endiensten onder Barack Obama, zegt op CNN: “Ik denk niet dat de Iraniërs even hard zullen terugslaan, maar harder.”

Door de oorlog in Gaza lopen de spanningen tussen Israël en Iran steeds hoger op. Israël levert al ruim een halfjaar strijd met Hamas in Gaza en met Hezbollah aan zijn grens met Libanon. Beide gewapende groepen krijgen Iraanse ruggensteu­n. De Jemenitisc­he Houthi’s viseren met wapens – en met goedkeurin­g van Teheran – schepen in de Rode Zee, naar eigen zeggen uit solidarite­it met de Gazanen. Sinds Israël en Iran elkaar ook direct aanvielen, groeide de vrees voor een regionale oorlog in het Midden-Oosten.

“Ik denk niet dat de Iraniërs even hard zullen terugslaan, maar harder” James Clapper

Voormaligc­hefAmerika­anseInlich­tingendien­sten

 ?? © Kaveh Kazemi/getty images ?? Spandoek in Teheran met de raketten die Iran richting Israël stuurde.
© Kaveh Kazemi/getty images Spandoek in Teheran met de raketten die Iran richting Israël stuurde.
 ?? ??
 ?? © getty ?? Een brokstuk.
© getty Een brokstuk.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium