Welke indruk willen de partijen op u maken? Een overzicht
Op 50 dagen voor de verkiezingen is het tijd om kleur te bekennen. En dat hebben de politieke partijen ook gedaan in de Stemtest. Op basis van hun korte en krachtige antwoorden ging De Standaard na welk imago ze zich nu willen aanmeten bij de kiezer.
De politieke partijen vulden meer dan tweehonderd stellingen in voor de Stemtest van De Standaard en VRT NWS. Ze moesten daar eenduidig “ja” of “nee” op antwoorden, maar kregen ook de kans om er nog een korte uitleg aan toe te voegen. De Standaard ging per partij nog eens met de kam door de argumentatie, op zoek naar een strategische rode draad door hun stellingname en taalgebruik richting de verkiezingen.
N-VA: de partij van de vinger op de knip
“Er is onvoldoende geld voor extra uitkeringen”, “de uitgaven moeten onder controle blijven”, “gratis bestaat niet”, en ga zo maar door. In De Stemtest werpt de partij van voorzitter Bart De Wever zich voortdurend op als goede huisvader, die in eerste instantie de budgetten in de gaten houdt. Geen enkele andere partij houdt daarbij nu al zo uitgesproken de vinger op de knip. Dat ligt ook volledig in de lijn van de slogan “Voor Vlaamse Welvaart” en de aanval die N-VA-Kamerleden Theo Francken en Sander Loones al hebben ingezet op de “meest verkwistende” en “spilzieke” Vivaldi-regering.
Het budgettaire is meteen het punt waarmee de partij zich het meest van Vlaams Belang onderscheidt. Ook als het over de invloed van Europa op de begroting gaat. In tegenstelling tot Vlaams Belang vindt de N-VA niet dat de EU de lidstaten grotere begrotingstekorten moet toestaan. “Uit de hand lopende overheidsschulden van één lidstaat brengen alle lidstaten in de problemen.” Voor de rest delen beide partijen veel conservatieve en Vlaams-nationalistische standpunten. Denk maar aan de splitsing van de sociale zekerheid of het verzet tegen de uitbreiding van de abortustermijn tot 18 weken.
Nog opvallend: de N-VA toont zich soms ook liberaler dan de liberalen, onder andere met het verzet tegen meer belastingen op grote vermogens. “Overal waar men in het verleden een vermogensbelasting invoerde op zogenoemd grote vermogens, bleek dat contraproductief te zijn.”
Open VLD: linksere tinten
Hoe zit het dan met Open VLD zelf? De partij blijft voor alle duidelijkheid wel de partij van “tegen moeten, voor mogen”. De overheid “moet niet te veel in regeltjes gieten” en “niet voor elke keuze kan je vragen dat de overheid, lees: je medeburgers, die betaalt”, klinkt het in De Stemtest. Als enige partij stelt Open VLD ook dat de overheid banken niet moet dwingen tot hogere rentes op spaarboekjes.
Maar de partij vertoont in De Stemtest ook wat linksere tinten dan vroeger. Te beginnen dus met de opening om meer belastingen te vragen aan grote vermogens. De liberalen benadrukken dat “de sterkste schouders meer moeten bijdragen in een brede fiscale hervorming”. De partij verdedigt ook voluit de automatische loonindex, nochtans een doorn in het oog van veel bedrijfsleiders. “Dankzij de automatische index is onze koopkracht de afgelopen (moeilijke) jaren beter beschermd dan eender waar in Europa.”
Nog opvallend voor de liberalen: hun steun voor gratis schoolmaaltijden op de lagere school. “Het heeft geen zin om kinderen verantwoordelijk te houden voor ouders die er niet in slagen om in eten te voorzien.” En na jaren tegenstand kan Open VLD zich voor het eerst vinden in overheidspersoneel dat een hoofddoek draagt achter het loket. “Als iemand geen gezagsfunctie heeft, moet dit kunnen. Het is wel aan de dienst om daar een beoordeling over te maken.”
Vooruit: de flinkse bocht
Een inburgeringsexamen om de Belgische nationaliteit te krijgen, minder migratie naar Europa en veel meer controle, geen boerkini’s in openbare zwembaden, geen sociale woning voor wie geen nederlands spreekt ... De Vlaamse socialisten nemen in De Stemtest geregeld een ‘flinksere’ positie in. Die lijn trekt Vooruit ook door naar andere thema’s, zoals veiligheid en de arbeidsmarkt.
Van Vooruit mag de politie gerust camera’s met automatische gezichtsherkenning gebruiken, ondanks de vragen rond privacy. “Veiligheid eerst.” De partij pleit voor nultolerantie rond alcohol in het verkeer en een verplichting voor kinderen om de fietshelm te dragen. Ook opvallend: de partij spreekt zich nu uit tégen het legaliseren van cannabis, terwijl dat in 2014 nog omgekeerd was. Ook Antwerps kopstuk Jinnih Beels pleit al langer voor het legaliseren van drugs.
Vooruit pleit ook voor “strikte begeleiding” voor wie langdurig werkloos is en koppelde die eerder ook al aan verplichte “basisbanen”. “Die moet je aanvaarden voor een volwaardige sociale bescherming.”
Groen: ultra-progressief
Schuift Vooruit wat op naar rechts, dan toont Groen zich in De Stemtest juist complexloos links en progressief. Het is de enige partij die vindt dat gemeenten verplicht moeten worden om asielzoekers op te vangen. “Een verplicht spreidingsplan is eerlijker en werkt de tekorten weg”, klinkt het. De partij verzet zich ook tegen een beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd. “Mensen zonder job geld afnemen is niet eerlijk. Onderzoek toont ook dat het niet werkt.” Dezelfde redenering volgt ook bij het verzet van de partij tegen verplichte gemeenschapsdienst voor leefloners. “Dwang of straf helpen je niet sneller aan een job die bij je past.”
De partij heeft geen problemen met de boerkini in het openbaar zwembad. “Je beslist zelf wat je draagt. In het zwembad, op het tennisveld, in de bib, waar je ook bent.” En een hoofddoek bij leraren of bij overheidspersoneel achter het loket is absoluut geen probleem. “Een hoofddoek of kruisje maakt je geen minder goede ambtenaar. Onze samenleving is divers, dat hoeven we niet te verbergen.”
Daarnaast is Groen ook tegen nieuwe kerncentrales en pleit de partij voor meer belastingen op vliegtuigtickets voor korte afstanden. Net als Vooruit en PVDA wil Groen ook opnieuw tijdskrediet zonder specifieke reden invoeren. “Een adempauze tijdens je loopbaan is voor veel mensen weleens nodig. Niet alleen om voor je gezin of iemand anders te zorgen, maar ook gewoon voor jezelf.”
CD&V: geen enerzijds-anderzijds meer
CD&V stelt zich in De Stemtest duidelijk een pak strenger op. “Gratis bestaat niet”, klinkt het bij meerdere voorstellen. CD&V schaart zich voluit achter de verplichte gemeenschapsdienst voor langdurig werklozen, want “bij rechten horen ook plichten”. En bij de stelling over gemeenschapsdienst voor leefloners klinkt het dat “een ondersteuning niet vrijblijvend en onvoorwaardelijk is”.
De partij viseert daarbij ook nieuwkomers. Bij de beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd gaat de partij meteen ook ongevraagd in op de kennis van het Nederlands. “Wie niet meewerkt of geen inspanningen doet om Nederlands te leren, moet meteen zijn werkloosheidsuitkering kunnen verliezen.” De lat voor nieuwkomers moet dan weer “hoog genoeg liggen via verplichte inburgering, taalopleiding en activering richting werk”. En wie een sociale woning krijgt, “moet ofwel Nederlands spreken, ofwel het engagement aangaan om Nederlands te leren”.
De toon is daarmee gezet, ook op andere thema’s. CD&V verzet zich stevig tegen tijdskrediet zonder motief, waar de linkerzijde wel oor naar heeft. “Wie tijd voor zichzelf wil nemen moet dat kunnen, maar niet op kosten van de samenleving.” De partij is ook niet langer gekant tegen de pedagogische tik ofwel de “klets op de poep”. Bij de vraag over meer belastingen op vlees reageert de partij gedecideerd: “Vlees is geen luxeproduct maar een basiscomponent van een doorsnee Vlaamse warme maaltijd.”
Veel meer dan bij CD&V komt bij Vlaams Belang in de argumenten de enerzijds-anderzijds bovendrijven
Vlaams Belang: De partij van “ja, maar”
Over migratie – “volledige migratiestop” – en de islam – “staat haaks op onze westerse samenleving” – is Vlaams Belang heel duidelijk in de Stemtest. Het is ook de enige Vlaamse partij die geen nieuwe moskeeën meer wil erkennen. Vlaams Belang verzet zich ook als enige tegen de stelling dat de EU alle lidstaten zou moeten aanbevelen om huwelijken toe te staan tussen personen van hetzelfde geslacht en vindt als enige dat de EU afzijdig moet blijven in het conflict tussen Israël en de Palestijnen.
Maar op veel andere stellingen probeerde de partij duidelijk niet al te veel mensen voor het hoofd te stoten. Veel meer dan bij CD&V komt de enerzijds-anderzijds bij Vlaams Belang bovendrijven in de argumenten. Een bloemlezing: “We willen de flexi-jobs niet afschaffen, maar wel beperken tot waarvoor ze bedoeld waren”, “We verdedigen het recht op staken om de belangen van werknemers kracht bij te zetten, maar ook het recht op werken”, “In principe zijn we tegen prijsregulering en voor de vrije markt, maar in crisistijden moet de overheid uitzonderlijk kunnen ingrijpen”, “Verkeersveiligheid is voor ons een prioriteit. Maar er bestaan al voldoende wettelijke instrumenten om een rijbewijs in te trekken”, enzovoort.
PVDA: de “gewone” mensen
Bij de PVDA dan weer weinig verrassingen. De partij zoekt in haar argumentatie en taalgebruik telkens weer de tegenstelling op tussen de “gewone mensen” en een “handvol superrijken”, zonder die groepen duidelijk af te bakenen.
De vermogenswinstbelasting is een logisch voorbeeld. Daarbij kant de partij zich weinig verrassend tegen “een fiscaal achterpoortje waar vooral superrijken en multinationals gebruik van maken. Gewone mensen betalen veel belasting op hun inkomen”.
Maar dat trekt de partij vervolgens ook door naar meerdere andere thema’s. “Werkstraffen zijn er normaal alleen voor kleine misdrijven. Het probleem in ons rechtssysteem is dat gewone mensen vaak zwaarder worden gestraft dan de rijksten.” Of nog: “De klimaatcrisis kan niet worden opgelost met extra taksen voor de gewone burger. Er moeten dwingende normen komen voor de grote vervuilers.” Ook opmerkelijk: de partij wil als enige uit de Navo stappen.