In de parlementen breken weer dolle tijden aan
Het is warempel de Franse Gemeenschapsregering die de finish niet haalt, door een rebellerende wisselmeerderheid. Daar zullen we na de verkiezingen wellicht meer van zien.
Het was veelzeggend hoe Vlaamse media deze week worstelden met de val van de Franse Gemeenschapsregering. Welke regering, zegt u? Vijf jaar na de verkiezingen van 2019 kregen de kijkers van het VRTjournaal deze week een spoedcursus over de leider ervan – Pierre-Yves Jeholet (MR) – en de zogenoemde persoonsgebonden competenties van die regering, zoals cultuur en onderwijs. In de schaduw van de Waalse regering trekt la Fédération Wallonie-Bruxelles veel minder de aandacht in Vlaanderen. Tot ze struikelt natuurlijk.
Parlementsleden van de PS en Ecolo hadden een hervorming van het hoger onderwijs uitgesteld, zeer tegen de zin van coalitiepartner MR. Het bewuste ‘décret Paysage’ legt vast binnen welke termijn studenten moeten slagen. Het eerste bachelorjaar moeten ze bijvoorbeeld binnen de twee jaar afwerken. Het is het soort hervorming dat in Vlaanderen al eventjes doorgevoerd is. Maar plots kregen de PS en Ecolo koudwatervrees bij de gevolgen van die harde deadlines.
Steun van de PVDA/PTB
Met nog luttele weken te gaan en een lentevakantie voor de boeg is de “val” van de regering een relatief begrip. Het Franse Gemeenschapsparlement wordt hoe dan ook niet verkozen. Erin zetelen is een tweede mandaat voor verkozenen uit het Waals en het Brussels Parlement. Toch stond de Franstalige pers in rep en roer, vooral omdat de uiterst linkse PTB/PVDA de rebellie van Ecolo en de PS faciliteerde. De houding van de PTB bij de stemming was doorslaggevend. Stemde ze tegen het uitstel, dan beten de PS en Ecolo in het zand. Maar dat deden de marxisten niet. Voor de MR was dat het bewijs van een nieuwe meerderheid die zich vormt tussen de PTB, Ecolo en de PS. Paul Magnette, voorzitter van de Franstalige socialisten, bestreed dat beeld met vuur. De steun van de PTB werd niet actief gezocht, zei hij, en het zou vreemd zijn mochten de marxisten liever de MR te hulp schieten.
Toch wordt het voor Magnette en de PS moeilijker om straks in de debatten vol te houden dat een stem op de PTB totaal nutteloos is. Omgekeerd grijpt voorzitter Raoul Hedebouw de zaak aan om de PTB als beleidspartij naar voren te schuiven, en zich op te werpen als de redder van de Franstalige trissers in het hoger onderwijs.
Vertragingsmanoeuvres
De precedentswaarde van dit alles moet niet overschat worden. Het is niet de eerste keer dat de PVDA, of Vlaams Belang trouwens, zich laat gelden. Deze week steunden zelfs de N-VA en de PVDA dezelfde amendementen in de Kamer. Niemand die daar het begin van een nieuwe coalitie in ziet. Maar op het einde van een regeerperiode, luttele weken voor de ontbinding van de parlementen, kan de oppositie plots een grotere rol opeisen. Ofwel via een wisselmeerderheid wanneer bepaalde regeringspartijen alsnog hun cool verliezen – zoals in de Franse Gemeenschap dus – ofwel via vertragingsmanoeuvres waardoor bepaalde wetten niet meer goedgekeurd raken.
Dat eerste probleem werd afgewend in de federale Kamer, waar Vivaldi vorige maand overeenkwam om geen wisselmeerderheden toe te staan. Meteen verhuizen heikele kwesties zoals abortus, euthanasie, de partijfinanciering of asbest definitief naar de volgende regeerperiode. Maar Vivaldi heeft wel last van het tweede probleem: de tijdnood. Tientallen wetsontwerpen moeten in theorie nog goedgekeurd worden. Maar de oppositie heeft hun lot mee in handen, een kans die de N-VA niet laat liggen.
De partij zet haar voet alvast voor de afschaffing van het ziektepensioen voor ambtenaren en een nieuwe wet op de openbaarheid van bestuur. Maar het meest opvallend is hoe hard de partij het speelt in het dossier van het zogenoemde aanklampende terugkeerbeleid, een prioriteit voor Vivaldi, en al zeker voor staatssecretaris Nicole de Moor (CD&V). De N-VA is pas bereid om geen blokkering meer te organiseren wanneer het verbod op opsluiting van gezinnen met kinderen sneuvelt, goed wetende dat die passage essentieel is voor Groen en Ecolo. Premier De Croo probeerde de kwestie al rechtstreeks te regelen met N-VA-fractieleider Peter De Roover tijdens een ontbijt op de Zestien, symbolisch voor de plotse macht van de grootste oppositiepartij.
Het is een voorafname op de parlementaire vrijheid die er mogelijk aankomt na de verkiezingen. Zodra de regering in lopende zaken gaat, komt het zwaartepunt bij de wetgevende macht te liggen. In principe stroomlijnt de afzwaaiende meerderheid wel nog de debatten, maar dan moet ze natuurlijk wel nog een meerderheid hebben. Iedereen herinnert zich hoe de ontslagnemende minderheidskabinetten Michel en Wilmès van liberalen en CD&V in 2019 en 2020 totaal ten prooi gevallen waren aan de luim van het parlement. Met als hoogtepunt de stemming van een extra miljoenenbudget voor het verplegende personeel in oktober 2019, met PVDA én Vlaams Belang.
In juni 2020 kon het rooms-blauwe minderheidskabinet de F-16-missie in Irak en Syrië alleen voortzetten dankzij steun van de N-VA én Vlaams Belang. Een maand later leek de PVDA zelfs mee te gaan stemmen over een uitbreiding van de abortuswetgeving, maar die actie kon gesaboteerd worden door de CD&V, die telkens uitstel kocht via een nieuw advies van de Raad Van State. Ironisch genoeg zijn dat dezelfde vertragingsmanoeuvres waar de N-VA nu mee dreigt.
Straks weer de abortuskwestie?
Op het einde van een regeerperiode, luttele weken voor de ontbinding van de parlementen, kan de oppositie plots een grotere rol opeisen
Wanneer straks uitgerekend Vlaams Belang en de PVDA groter worden in de parlementen, zullen ook zij niet nalaten om hun gewicht te laten gelden, via vertragingen of via steun. De vraag is hoelang ze uit de stemmingen gehouden worden, zeker wanneer de formaties van nieuwe coalities, regionaal en federaal, alweer op zich laten wachten – de verwachting van haast iedereen in de Wetstraat. Het ene staat niet los van het andere. De kans lijkt groot dat zeker het abortusdossier opnieuw opduikt zodra een nieuwe Kamer geïnstalleerd is. Het kan volstaan om CD&V opnieuw vol in de remmen te laten gaan bij het vormen van een nieuwe regering, waardoor de wet toch weer niet goedgekeurd geraakt. Helemaal vrijheid-blijheid wordt het daarom nooit in het parlement, maar de komende maanden lossen de huidige regeringspartijen even hun ijzeren greep op de volksvertegenwoordigers.