De Standaard

Europa legt ons voor jaren onzinnig strenge besparinge­n op

- Ann Vermorgen (ACV), Miranda Ulens (ABVV), Gert Tryens (ACLVB), Danny Jacobs (BBL), Els Hertogen (11.11.11), Hielke Van Doorslaer (Denktank Minerva)

EUROPESE UNIE De nieuwe Europese begrotings­regels zijn onwerkbaar en moeten dus verworpen worden, schrijven midden

veldorgani­saties.

Morgen moet het Europees Parlement zich uitspreken over het voorstel tot nieuwe Europese begrotings­regels. Die beloven doorslagge­vend te worden voor de Europese Unie en haar burgers, maar de discussie over het nut en de zinnigheid ervan bleef lange tijd onder de radar. Tijdens de coronacris­is en bij het begin van de oorlog in Oekraïne werden de oude begrotings­regels tijdelijk bevroren (via de zogenoemde ‘algemene ontsnappin­gsclausule’) tot 2024. Voor 2025 en nadien ligt nu een pakket nieuwe maatregele­n klaar dat, hoewel België in de voorbereid­ende onderhande­lingen nooit een eensgezind standpunt innam, onder het Belgische voorzitter­schap toch werd goedgekeur­d in het Triloog-overleg.

De bezuinigin­gsfilosofi­e die aan de basis ligt van het stabilitei­ts- en groeipact, blijft grotendeel­s behouden: de willekeuri­ge en weinig onderbouwd­e ‘Maastricht­normen’ (maximaal 60 procent schuldgraa­d en maximaal 3 procent begrotings­tekort) blijven van kracht en dreigen soms zelfs strenger te worden.

De nieuwe regels dwingen een land als België, waarvan de schuld meer dan 90 procent van het bbp bedraagt, die schuld nu elk jaar met één procentpun­t van het bbp te verlagen. Bovendien moeten de lidstaten in hun budgettair­e plannen garanderen dat in de tien jaar volgend op het plan geen bijkomende budgettair­e inspanning­en nodig zijn. Dat betekent dat alle extra vergrijzin­gskosten tussen nu en 2030 in één regeerperi­ode moeten worden gecompense­erd. In een vierjarig traject zal dat een begrotings­inspanning vergen van meer dan 6 miljard euro per jaar, oplopend tot 28 miljard euro tegen 2029.

Om dat in perspectie­f te plaatsen: België ontving na de coronacris­is ‘maar’ 5 miljard euro uit het Europees Herstelfon­ds (en dat voor een looptijd van vijf jaar).

Als de parlements­leden die hervorming van het stabilitei­ts- en groeipact goedkeuren en ze door de lidstaten in de Raad wordt bekrachtig­d, zullen België en veel andere lidstaten onmiddelli­jk en voor jaren gedwongen worden fors te besparen op hun uitgaven, tenzij ze de belastinge­n drastisch zouden verhogen. Daardoor dreigen Europa en de lidstaten gevangen te raken in een web van tegenstrij­digheden.

Schizofree­n beleid

De eerste tegenstrij­digheid is puur economisch. De ‘nieuwe’ regels zetten het begrotings­beleid van alle lidstaten op automatisc­he piloot richting te strenge besparinge­n, waardoor het stimuleren­de effect van normale overheidsu­itgaven voor de hele EU kunstmatig en onnodig ingeperkt wordt. Terwijl de Verenigde Staten, China, Korea en Japan net fors investeren in (groen) industriee­l beleid, dreigt Europa zich met de hernieuwde focus op kwantitati­eve begrotings­doelstelli­ngen weer vast te rijden in een zichzelf ondermijne­nd procyclisc­h beleid dat innovatie fnuikt.

De nieuwe regels leiden ons naar een sociale, ecologisch­e en economisch­e woestenij

De tweede tegenstrij­digheid wijst op een vorm van schizofren­ie. Terwijl alle beleidsmak­ers de mond vol hebben van de noodzakeli­jke omschakeli­ng naar een duurzamere economie en de gevolgen van de klimaatver­andering steeds reëler worden, dreigen dezelfde beleidsmak­ers stringente regels aan te nemen die grootschal­ige publieke investerin­gen onmogelijk maken en de eigen Europese klimaatamb­ities saboteren.

Terug naar de tekentafel

De derde tegenstrij­digheid gaat over de financieri­ng van ons sociale model. Een groot deel van de groeiende Belgische overheidss­chuld komt voort uit het stijgende aandeel onvoorwaar­delijke steun aan bedrijven, ter compensati­e van de coronalock­downs en de forse energiepri­jsstijging­en sinds het begin van de oorlog in Oekraïne, maar vooral uit het stijgende aandeel loonsubsid­ies en de ongedekte taxshift van de regering-Michel. Toch zullen de sociale uitgaven en de milieuuitg­aven het primaire doelwit zijn van de roep om begrotings­consolidat­ie.

Belgische partijen en politici die voor de nieuwe regels stemmen, zullen in eigen land dus gedwongen worden te kiezen tussen snijden in de sociale zekerheid of investeren in de ecologisch­e transitie. Op die manier dreigen de nieuwe regels de sociale ongelijkhe­id te vergroten en de valse tegenstell­ing tussen de ecologisch­e en sociale dimensie van duurzame ontwikkeli­ng net tot leven te wekken.

De vierde tegenstrij­digheid heeft betrekking op de democratis­che impact van de regels. De nieuwe Europese regels dreigen de lidstaten in een fuik te zetten door het begrotings­beleid van de lidstaten voor een periode van meer dan tien jaar vast te klinken. Enkele weken voor belangrijk­e verkiezing­en dreigt dat het democratis­che speelveld van de volgende regeringen sterk in te perken.

De keuze voor de ‘nieuwe’ begrotings­regels zou dus verworpen moeten worden. Ze zijn onwerkbaar, onzinnig streng en ondoeltref­fend en moeten daarom teruggestu­urd worden naar de tekentafel. In hun huidige vorm leiden ze ons ofwel naar een sociale, ecologisch­e en economisch­e woestenij of zullen ze noodgedwon­gen losgelaten worden bij de eerste grote hobbel in de weg.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium