Nieuwe start voor Middelheim na drastische opfrisbeurt
Een stoet aan beelden verliet zijn vertrouwde plaats, het parklandschap kreeg een opwaardering. Na een grondige renovatie daagt het Middelheimmuseum de vaste bezoeker uit tot een nieuwe ontdekkingstocht.
Waar zijn al die beelden in godsnaam naartoe? Het voorbije anderhalf jaar was dat de meest gehoorde verzuchting in het Middelheim. Work in progress, was dan het standaardantwoord. Het museum renoveert.
Nu de werken afgerond zijn, is de eerste indruk die van een grote verhuisoperatie. Enkele ingrepen zijn best verreikend. Het oudste deel van het beeldenpark, meteen voorbij de ingang, telde het grootste aantal publiekslievelingen, maar toont nu een volledig leeg grasveld. Het zal in de toekomst de vaste plek zijn voor tijdelijke tentoonstellingen. Ook elders krijgt de groene omgeving de overhand en is er flink gewied in het beeldenaanbod. Veel sculpturen uit de vaste collectie verhuisden naar een nieuw openluchtdepot. Ze blijven toegankelijk, maar ze staan er wel allemaal samen op een kluitje.
Ontharding
Een opfrissingsoperatie was nodig. Het openluchtmuseum dateert van de jaren 50 en bleef sindsdien maar groeien. Beelden werden tot eind vorige eeuw vaak willekeurig ingeplant, elk op hun eigen betekeniseilandje en zonder veel samenhang.
Ook het parklandschap, natuurlijk erfgoed aan de rand van de stad, vroeg om een opwaardering. Grote delen zijn intussen onthard, vergroend en klimaatrobuuster gemaakt. Voor de opstelling van het masterplan werkten de architecten van Studio Moto samen met een landschapsarchitect en de Antwerpse groendienst. Alleen al in het ‘tuingedeelte’ van het park werd zo’n 3.000 vierkante meter aan wandelpaden onthard.
Ruim 200 werken kregen een nieuwe opstelling, vaak in een andere parkzone. Ze zijn chronologisch of encyclopedisch gegroepeerd, maar bijeengebracht in vier thematische clusters. Als je het hele parcours afloopt, leg je 2,5 kilometer af.
Allemaal roepen de ensembles op hoe de mens in zijn omgeving staat. Zo is er een groep werken rond ‘beweging’: hoe de natuur verandert volgens de seizoenen, en hoe de cyclus van het leven daar een echo van is. Je vindt er werk van Alexander Calder tot Henk Visch, van Ossip Zadkine tot Anne-Mie Van Kerckhoven.
Onthaalpaviljoen
Er werden recente aanwinsten toegevoegd, in bruikleen van de Vlaamse Gemeenschap, van onder meer Philip Aguirre y Otegui, Kasper De Vos en Filip Vervaet. Voor een aantal werken was het moment rijp voor een restauratie, zoals voor de grote baksteensculptuur van Per Kirkeby die in 2022 stormschade opliep. De door zwammen aangetaste installatie van Bernd Lohaus kreeg een nieuw tentoonstellingsexemplaar. En van het strakke zuilenpaviljoen van de Luikse architect Charles Vandenhove kwam aan het licht dat het ook bedoeld was om beelden in te exposeren. Met Grande bagnante van Emilio Greco kreeg het nu een speelse, contrasterende toevoeging.
De grootste vernieuwing vind je in de Hortiflora, waar de vaste collectie een nieuwe lezing krijgt met intieme ontmoetingen in huiskamerstijl
Het Middelheimmuseum werkte ook aan een betere toegankelijkheid en signalisatie. Zo is er nu een nieuw vertrekpunt. Het voormalige koetshuis, op het binnenplein, transformeerde tot een vederlicht onthaalpaviljoen en shop.
Ook het collectiepaviljoen, dat pas in 2019 als ‘kijkdepot’ werd opengesteld voor het publiek, krijgt een update. Zo is er een selectie te zien van kwetsbare werken die op de Vlaamse topstukkenlijst staan, van kunstenaars als Alberto Giacometti en Alexander Archipenko. De helft van het paviljoen is gereserveerd voor de bibliotheekcollectie, vaak met kunstenaarsboeken die al een object op zich vormen. Tussen de rekken ontdek je video- en fotobeelden van Ana Mendieta en Liliane Vertessen.
Henry Moore
De grootste vernieuwing vind je in de Hortiflora, een voormalige bloementuin van het Nachtegalenpark, die in 2012 bij het Middelheim werd ingelijfd. Die vormt voortaan het kloppend hart van het museum, waar de vaste collectie een nieuwe lezing krijgt met intieme ontmoetingen in huiskamerstijl.
De vraag die veel bezoekers zich zullen stellen: zijn historische sleutelwerken van een openluchtmuseum niet onlosmakelijk verbonden met hun locatie? Kun je ze loskoppelen van hun vaste plek en van de beeldvorming die erbij hoort?
In het ‘tuingedeelte’ van het park werd zo’n 3.000 vierkante meter aan wandelpaden onthard
Werken die in situ ontstaan zijn, bleven gerespecteerd. De doorgedreven oefening van het collectieteam wijst verder ook uit dat een verplaatsing een meerwaarde kan opleveren. Het sterkst valt dat op bij het zittende beeldenpaar King and Queen van Henry Moore, dat zich tot voor kort aan de centrale ingang bevond. Op zijn nieuwe plek in Hortiflora is het beter benaderbaar en blijkt het plots ook een sierlijke achterkant te hebben. De Orpheus van Zadkine, voorheen veroordeeld tot een verloren hoekje, krijgt hier een andere focus.
De museumploeg is niet over één nacht ijs gegaan. Voor nieuwe lezingen beroept ze zich ook op archiefonderzoek. Zo geven instructies van de weduwe van Rik Wouters duidelijk aan dat Het zotte geweld op ooghoogte, dus op een lagere sokkel, thuishoort. Ook de Balzac van Rodin, die je al in de verte boven een haagje ziet uittorenen, komt dichterbij vanuit zijn lager perspectief.
Toch is er nog werk aan de winkel. Het is onduidelijk welke rol in de toekomst weggelegd is voor het Braempaviljoen, of voor het halfopen paviljoen Het Huis, waar nu alleen een geluidskunstwerk van Louise Lawler te horen is. De renovatie moeten we zien als een startpunt, zegt directeur Sara Weyns. “Ze staat voor een nieuw begin, voor een uitnodiging tot een nieuwe dialoog met de bezoekers.”