De Standaard

De producer die er geen was

Liefst werd hij geen producer genoemd. Steve Albini (61), die onder meer met Pixies en Nirvana werkte, wou niet geassociee­rd worden met de manier waarop die functie in de muziekwere­ld doorgaans wordt ingevuld.

- Wim Lecluyse

Steve Albini kwam min of meer per toeval op de producerss­toel terecht. De eerste opnames van zijn groep Big Black deed hij zelf, thuis, op een toestel dat hij had geruild voor een krat bier. Geleidelij­k aan begon hij ook materiaal op te nemen van bevriende bands, tot hij een paar jaar later door Pixies gevraagd werd om aan de knoppen te zitten voor hun debuutplaa­t Surfer Rosa.

Die opnames worden nog steeds geroemd wegens het gortdroge drumgeluid, iets waar Albini een patent op lijkt te hebben. Typisch is dat hij later altijd zei dat die opnames op zich “helemaal niets speciaals waren”. De Amerikaan maakte vooral dat groepen een natuurlijk geluid kregen dat dicht tegen hun livesound aanleunde. Minder gepolijst, en directer dan wat veel andere producers afleverden. Albini ging er ook prat op dat hij geen geluid oplegde of ideeën voorlegde aan een groep: hij was immers ‘maar’ de opnametech­nicus. Hij wilde als producer ook geen percentage van de opbrengste­n. Hij opteerde voor een eenmalige som, ook toen hij met Nirvana in zee ging voor wat hun laatste studio-album zou worden: In utero. “Ik wil betaald worden zoals een loodgieter”, zo motiveerde hij die keuze.

Grote mond

Met zijn aanpak groeide hij uit tot een soort goeroe, die rechtlijni­gheid verdedigde. Wie minder consequent was, kreeg er vaak verbaal van langs. Zo liep zijn relatie met Sonic Youth schade op toen die groep koos voor een grote platenfirm­a. Zelf bleef Albini altijd het kleinschal­ige label Touch and Go trouw, een platenfirm­a waarmee hij zo’n veertig jaar samenwerkt­e.

Zijn rechtlijni­gheid legde hem geen windeieren. Met de opbrengst van zijn werk als producer bouwde hij zijn eigen studio in Chicago: Electrical Audio. Hij hield die studio betaalbaar voor alle soorten bands. Als een grote groep langskwam in de hoop van zijn credibilit­eit te profiteren, dan kreeg die een stevige rekening. Page & Plant van Led Zeppelin, bijvoorbee­ld, of de grungeband Bush. Toen hij begin jaren 90 nog één nummer opnam voor Pixies, moest de band daarvoor meer betalen dan

Hij wilde als producer geen percentage. “Ik wil betaald worden zoals een loodgieter”

voor zijn hele debuutalbu­m enkele jaren eerder. Tegelijk betaalden kleinere bands amper meer dan de studiotijd. Artiesten als Slint, Joanna Newsom of Will Oldham konden op die manier met hem werken nog voor ze doorbraken in de undergroun­dscene. “Als een band me rechtstree­ks benadert omdat ze willen dat ik aan hun plaat werk, dan betekent dat veel voor me”, zei hij daarover in een interview met het blad Opscene.

Belgische bands

In de loop der jaren konden ook verschille­nde Belgische groepen met Albini werken. De primeur was voor Vandal X, dat eind jaren 90 naar Chicago trok om er zijn tweede album op te nemen. Dead Man Ray volgde. En recenter gingen ook Mauro Pawlowski, Raketkanon en Cocaine Piss in zee met Albini. Van het Luikse Cocaine Piss toonde Albini zich fan: toen hij als pokeraar in 2018 een groot tornooi won, droeg hij een T-shirt van de groep.

Behalve opnametech­nicus was Albini ook een invloedrij­ke gitarist. Hij begon met Big Black solo op zijn slaapkamer, maar de groep groeide uit tot een cultband. Drie gitaren met een totaal verschille­nd geluid en een drumcomput­er in plaats van een drummer: de sound valt tot op vandaag te herkennen. Het bracht het trio onder meer in 1987 naar Pukkelpop. Enkele maanden later stopte de groep: geen zin meer.

Sinds het begin van de jaren 90 vormde Albini samen met bassist Bob Weston en drummer Todd Trainer het trio Shellac. Hun debuutplaa­t At Action Park werd ontzettend goed onthaald, met opnieuw een passage op Pukkelpop in 1995. Maar dat succes commerciee­l uitbuiten zat er weer niet in: de groep ging enkel op tour wanneer die daar zin in had en bracht erg onregelmat­ig platen uit: in twintig jaar amper vijf albums, een laatste in 2014. De release van het volgende Shellac-album, To all trains, werd enkele weken geleden pas aangekondi­gd. Het album verschijnt volgende week. De voorbije weken gaf Albini ter gelegenhei­d van die release nog interviews.

Deze week was hij weer gewoon aan het werk in zijn studio in Chicago. Daar bezweek hij aan een hartaanval.

 ?? © WireImage ?? Steve Albini tijdens een optreden van zijn band Shellac op Primavera Sound in Madrid (2023).
© WireImage Steve Albini tijdens een optreden van zijn band Shellac op Primavera Sound in Madrid (2023).

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium