De Standaard

Hoeveel macht heeft het parlement nog? “Het is een kneusje geworden”

Macht hebben de volksverte­genwoordig­ers allang niet meer. En “met een pak minder gebeurt het werk even goed”, zegt Vlaams Parlements­lid Hannelore Goeman (Vooruit). Toch leveren talent en hard werk parlementa­riërs nog invloed op.

- ©

Corona en schandalen animeerden de afgelopen vijf jaar de Kamer en het Vlaams Parlement. “De pandemie degradeerd­e ons tot krantenlez­ers, persconfer­enties moesten we op televisie volgen”, herinnert Peter De Roover, N-VA-fractievoo­rzitter in de Kamer, zich. De uit de hand gelopen pensioenre­chten van (oud-)parlementa­riërs en het ziektebrie­fje van Vlaams Parlements­lid Sihame El Kaouakibi (ex-Open VLD) veroorzaak­ten heel wat verontwaar­diging.

Onder die oppervlakt­e sputtert de motor van de representa­tieve democratie. De verloning blijft uitstekend, maar verder lijkt de wetgevende macht een tandeloze tijger die danst op de treurmars van de particrati­e.

Parlemente­n lijken niet meer dan veredelde stemmachin­es. Het evenwicht tussen parlement en regering is zoek, de grens tussen meerderhei­d en oppositie een Chinese muur. In het Vlaams Parlement sluit het ‘zwijgakkoo­rd’ bovendien elke dissidenti­e onder de meerderhei­d uit. Dat een wisselmeer­derheid de codex dierenwelz­ijn goedkeurde tijdens de laatste zitting, leek het bewijs van een uiteengeva­llen coalitie. “Ach, het parlement is niet meer dan de theatrale expressie van stellingen die voorheen werden bepaald”, sust Willem-Frederik Schiltz (Open VLD, Vlaams Parlement).

De Kamer boekte niet eens vooruitgan­g in ethische dossiers, waar ze nochtans dé plek voor is. Het regeerakko­ord stond, op aansturen van CD&V, in de weg van een fundamente­le herziening van de abortuswet. “Ik heb dat zeer betreurd”, geeft Patrick Dewael (Open VLD, Kamer) toe. Toch spreekt hij het beeld tegen dat het in de parlemente­n vroeger beter was. Een premier als Jean-Luc Dehaene (CVP) liet hen evenmin ruimte, al konden Kamerleden binnen de meerderhei­d nog wat finetunen. “Zelfs dat kan nu niet meer”, zegt Servais Verherstra­eten (CD&V, Kamer).

Alleen als de regering van huis is, danst het parlement nog. Zo staat het abortusdos­sier in polepositi­on om tijdens de formatie voor de Kamer te komen

Geprivileg­ieerde lobbyisten

“Het parlement is een kneusje geworden”, betreurt De Roover. In verhouding tot de uitvoerend­e macht – de regering – klopt dat beeld. Maar een Kamerlid mag dan machteloos zijn, hij of zij heeft wel invloed. Sommigen onderhande­len mee het regeerakko­ord, of bepalen (zeker in de oppositie) de lijn van de partij. Achter de schermen beïnvloede­n Kamerleden uit de meerderhei­d als ‘geprivileg­ieerde lobbyisten’ de ministers. En wie goed van de tongriem is gesneden kan vanuit de meerderhei­d kritiek geven, tenminste als dat als een compliment wordt verpakt.

Vanuit de oppositie is dat allemaal wat lastiger, al kan Sander Loones (N-VA) tevreden terugblikk­en – door zijn parlementa­ire werk moesten twee staatssecr­etarissen (Eva De Bleeker en Sarah Schlitz) vervroegd opstappen.

Volksverte­genwoordig­ers kunnen zich bovendien inwerken in dossiers, zoals Gwendolyn Rutten (Open VLD) dat deed met stikstof, en zo het debat kleuren. Dat kost heel wat ingetogen arbeid, die – zo klinkt het verwijt – door de media te weinig wordt gehonoreer­d. Die zouden slechts op zoek zijn naar sappige quotes, of vergroten meningsver­schillen zodanig uit dat “volksverte­genwoordig­ers haast hun mond niet meer durven open te doen”.

Oefening baart kunst. Helaas kromp de gemiddelde parlementa­ire carrière tot zeven jaar. Vol

gens Patrick Dewael, met 38 jaar op de teller een ancien, moeten volksverte­genwoordig­ers het langetermi­jnperspect­ief leren zoeken. “Laat de korte termijn aan de regering over. Het Finse parlement heeft bijvoorbee­ld een commissie die zich expliciet met de toekomst bezighoudt.”

Wetsevalua­tie kan ook een uitdaging zijn. België en Vlaanderen kreunen onder een stortvloed aan regels. Daar mag best in gewied worden. De Limburger wijst ten slotte op het belang van de parlementa­ire onderzoeks­commissies zoals die over Dutroux en de aanslagen. Die kleuren een parlementa­ire legislatuu­r.

Kaartenhui­sjes

De jongste decennia versterkte­n de partijhoof­dkwartiere­n de greep op het parlementa­ire werk. Regeerakko­orden groeiden uit tot heuse bijbels, zeker in Vlaanderen. De federalise­ring van België intensivee­rde dat proces. Een partij die op verschille­nde niveaus actief is, probeert van bovenaf de boel te stroomlijn­en. De versnipper­ing doet bovendien het aantal meerderhei­dspartijen oplopen. De federale regering telde er zeven. De minste beweging kan zo’n kaartenhui­sje in elkaar doen storten. Alle marges zijn op voorhand opgesoupee­rd.

Het leidt tot wat Koen Geens (CD&V, Kamer) op Radio 1 de “paradox van de particrati­e” noemde: er heerst een ijzeren discipline in de parlemente­n, maar tegelijker­tijd minder tucht binnen de regering, omdat elke partij daar wil schitteren ten koste van een ander. Omdat de meeste partijen zo klein zijn, worden parlements­leden bovendien erg afhankelij­k van de partij en hun plaats op de lijst. Bijgevolg maken of kraken hoofdkwart­ieren carrières. In 2010 zei N-VA-voorzitter Bart De Wever nog: “Iedereen die moest verkozen worden, is verkozen. De anderen ook.” Met 30 procent kan zo’n boutade, met 10 procent niet meer.

De Roover maakte de oefening. Hij vergeleek de gekozenen in de Kamer met een lijst van 150 politici met de meeste voorkeurst­emmen: op vijftien mensen na was er geen verschil. “Wie stemmen kan halen, krijgt meestal een goede plek. De impact van de kiezer op de lijstvormi­ng mag niet worden onderschat. ( fijntjes) Of die kiezer de juiste criteria gebruikt voor zijn keuze, is een andere zaak.”

CD&V wijst op de schuld van paars, dat net na de eeuwwissel­ing de provincial­e kieskringe­n invoerde. Verherstra­eten: “In een kleine, arrondisse­mentele kieskring bouwde een politicus makkelijk een netwerk op. Niemand, dus ook de partij niet, kon die wat.”

Alleen als de regering van huis is, danst het parlement. Bij gebrek aan meerderhei­d nemen de parlements­leden tijdens de formatie de vrijheid om zelf op zoek te gaan naar meerderhed­en en snel beslissing­en te nemen.

Budgettair heeft dat meestal rampzalige gevolgen, het mag immers wat kosten en de lange termijn is niet van tel. Bovendien blijven die occasionel­e combines niet zonder gevolg. “Want je kunt natuurlijk klappen uitdelen, maar op een bepaald moment krijg je klappen terug”, zegt Verherstra­eten. Het lijdt geen twijfel dat het wetsvoorst­el rond abortus in polepositi­on staat om tijdens de formatie voor de Kamer te komen.

“Graailand”

“Het is een schandaal! Dat gaat op 9 juni veranderen met de PVDA. We gaan alles veranderen, kameraden.” Tijdens de laatste zitting van de Kamer gooide Raoul Hedebouw alle remmen los toen hij in zijn slotwoord de uittreding­svergoedin­gen van de parlements­leden aankaartte. Eerder was er veel heisa rond de pensioenre­geling van de parlements­voorzitter­s en gewezen parlementa­riërs. Het verwijt dat de volksverte­genwoordig­ers in “graailand” leven, deed pijn.

Dewael en Verherstra­eten lieten hun vergoeding halveren. Maar het feit dat de diverse parlemente­n diverse regels gebruiken, blijft een probleem. Dewael stelt voor om uitdrukkel­ijk in de grondwet te laten opnemen dat de verloning in alle assemblees dezelfde moet zijn. En hij heeft nog een idee. Het zou voortaan moeten gaan over één enkel inkomen, alles inbegrepen. “De mensen zijn onder de indruk van al die vergoeding­en.” Dat moet ook de indruk uit de wereld helpen dat parlements­leden geen belastinge­n betalen.

“In het algemeen stijgt de kwaliteit niet als mensen minder verdienen. Maar ik geef het grif toe: slechte parlements­leden verdienen veel te veel”

Peter De Roover N-VA-Kamervoorz­itter

De uittreding­svergoedin­g schrappen kan niet, vanwege het statuut van volksverte­genwoordig­ers. Ze zijn ambtenaar noch werknemer en kunnen niet gaan stempelen.

“De framing wordt gedaan door de revolution­airen, niet door hervormers”, zegt De Roover. Alle mogelijke regels zijn verstrengd, alle mogelijke vergoeding­en verminderd. Geen enkele beroepsgro­ep sneed zo in haar eigen verdienste­n. Hij besluit: “Algemeen stijgt de kwaliteit niet als mensen minder verdienen. Maar ik geef het grif toe: slechte parlements­leden verdienen veel te veel.”

De parlements­leden zijn ook stevig in aantal, eveneens een gevolg van de federalise­ring. “Ik ken nu eindelijk al mijn collega’s van gezicht”, biecht Hannelore Goeman (Vooruit, Vlaams Parlement) op. “In het Vlaams Parlement zijn we met zeer veel. Er zijn er ook velen die niet veel doen. Met een pak minder gebeurt het werk even goed.”

Over het overtal aan Vlaamse volksverte­genwoordig­ers bestaat er consensus. De Kamer mist die eensgezind­heid. Een verminderi­ng brengt in een aantal kieskringe­n de representa­tiviteit in het gedrang. Voor De Roover kan het, op voorwaarde dat de omkadering wordt versterkt. Want in enkele uren tijd een laattijdig ingediend ontwerp doorploege­n, vraagt mankracht.

 ?? Nicolas Maeterlinc­k/belga ?? N-VA-fractievoo­rzitter Peter De Roover (l.) en premier Alexander De Croo (Open VLD) in de Kamer.
Nicolas Maeterlinc­k/belga N-VA-fractievoo­rzitter Peter De Roover (l.) en premier Alexander De Croo (Open VLD) in de Kamer.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium