Gazet van Antwerpen Stad en Rand
POP PALACE Life After ★èèèè
Hun debuut So Long Forever (2016) werd in Engeland bejubeld, ze zitten op het Fiction-label dat met Elbow, White Lies en Tame Impala stevige fundamenten heeft en toch leverde dat hen op Rock Werchter niet meer op dan een ondankbaar en onopgemerkt plaatsje op The Slope. Wordt het dan nooit iets met Palace? Hun tweede album Life After geeft weinig hoop. En toch kunnen de meeste van deze songs zo op de radio, na iets van Coldplay of afgeleiden zoals Keane of Snow Patrol. Het zijn liedjes die positivisme uitstralen, mooi opgebouwd naar een vanzelfsprekende climax, met een uitwaaierend gitaarspel en de emotionele zang van Leo Wyndham. De man lijkt wel een neefje van Chris Martin, een gelijkenis die soms zo nauw is, dat je er de molenwiekende gebaren en de Colgate-smile bijdenkt, al is het EDM-sausje van recenter Coldplay-werk er (nog?) niet bij. Dat duidelijke referentiepunt is hier vooral een vloek. Want al zit de sound goed, Life After kabbelt ondraaglijk, tot in de staart het klaterende Running Wild wat aan White Lies doet denken of afsluiter Heaven Up There zijn zeven minuten mooi vol maakt, terwijl veel voorgaande drieminutensongs klonken alsof het er zeven waren. Palace klinkt alsof een algoritme een ‘grote popband in wording’ heeft bedacht. Feestelijk bedankt.