Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Je moet geen extra masterdiploma behalen om een betere verpleegkundige te zijn”
Met Willeke Dijkhoffz (54) krijgt ZAS CEO die voeling heeft met de werkvloer
Met Willeke Dijkhoffz (54) krijgt Ziekenhuis aan de Stroom een CEO die met beide voeten op de grond staat. De topvrouw begon tenslotte haar carrière als verpleegkundige op de afdeling geriatrie van Sint-Vincentius en durft ook nu nog geregeld plaats te nemen in de wachtzaal. “Zo weet ik wat er leeft onder de patiënten. Dat zegt vaak meer dan een beleidsnota.”
Willeke Dijkhoffz is allesbehalve een onbekende in de medische wereld. Sinds 2015 staat ze als CEO in voor de dagelijkse leiding bij GZA. Daar vallen niet alleen de ziekenhuizen Sint-Vincentius, Sint-Agustinus en Sint
Jozef onder, maar ook twaalf Antwerpse woonzorgcentra. Best een grote groep dus. Maar wat haar verhaal bijzonder maakt, is dat ze haar carrière begon als verpleegkundige op de afdeling geriatrie van Sint-Vincentius. Dijkhoffz weet dus wat het inhoudt om als verpleegkundige op de werkvloer te staan en dat heeft ook een invloed op de manier waarop ze een ziekenhuis leidt. Ook in Europa is de American dream dus lang nog niet
dood.
“Als verpleegkundige op de dienst geriatrie werd ik voortdurend geconfronteerd met ethische en juridische vraagstukken”, vertelt ze. “Welke rechten hebben patiënten? En mag je als zorgverlener zomaar voor een patiënt beslissingen nemen als hij daar zelf niet meer toe in staat is? Deze materie is bijzonder complex. Daarom ben ik naast mijn job in de zorg rechten gaan studeren. Later heb ik me dan verder gespecialiseerd in medisch recht.”
Ze studeerde af met de hoogste onderscheiding en had met haar extra diploma het gevoel een kwalitatievere zorg te kunnen bieden. “Maar dat is vooral een persoonlijke ervaring. Je hoeft geen extra masterdiploma te behalen om een betere verpleegkundige te zijn. Toch zou ik het zeker nooit afraden”, aldus In 2004 verliet ze kort het Sint-Vincentiusziekenhuis om aan de slag te gaan als federaal ombudspersoon voor de rechten van de patiënt. In die rol behandelde ze klachten naar aanleiding van de wet op patiëntenrechten uit 2002. Een jaar later keerde ze als juridisch adviseur terug naar haar geliefde GZA, waar ze doorgroeide als directeur en uiteindelijk CEO werd.
In de wachtzaal
Dijkhoffz’ carrière groeide organisch en dat helpt volgens haar om als leidinggevende beter te verbinden met de werkvloer. “Een goede leidinggevende moet weten waarover hij praat”, benadrukt ze. “Dat wordt zeker in de medische sector erg gewaardeerd. Vanuit mijn eigen ervaDijckhoffz.
Willeke Dijkhoffz
CEO Ziekenhuis aan de Stroom
“Een goede leidinggevende moet weten waarover hij praat. Dat wordt zeker in de medische sector erg gewaardeerd.”
Willeke Dijkhoffz
CEO Ziekenhuis aan de Stroom
“De naweeën van corona wegen nog steeds op de zorg en helaas was de aandacht voor het beroep maar van korte duur.”
ring als verpleegkundige begrijp ik ook onder welke hoge werkdruk zorgpersoneel gebukt gaat. Ik probeer beleidsmatig dan ook echt een verschil te maken voor zowel het zorgpersoneel als de patiënten.”
Hoewel de tijd haar vaak ontbreekt, neemt Dijkhoffz weleens plaats in een wachtzaal van het ziekenhuis. “Dan maak ik een praatje met de patiënten. Zo weet ik wat er leeft. Dat zegt vaak meer dan een beleidsnota of een papieren rapport. Ik zou zelfs graag nog eens een week als verpleegkundige aan de slag gaan als ik daar tijd voor zou vinden. Met de fusie op til is de kans eerder klein wegens tijdgebrek.”
Naast haar dagelijkse rol als CEO zetelt Dijkhoffz onder meer in de raad van bestuur van het Wit-Gele Kruis Antwerpen, Mercy Ships en als lid van de federale commissie Rechten van de Patient. “Ik probeer alleen functies op te nemen die aansluiten bij het belang van onze zorginstelling”, benadrukt ze. “Alleen voor Mercy Ships maakte ik een uitzondering omdat iedereen, waar ook ter wereld, recht heeft op zorg. Via Mercy Ships hoop ik daartoe een bijdrage te kunnen leveren.”
Daarbovenop is de toekomstige CEO van Ziekenhuis aan de Stroom ook lector aan de AP Hogeschool in Antwerpen. “Dat laat me toe het contact met studenten niet te verliezen. De combinatie van deze functies is best een uitdaging, maar zo behoud ik ook de voeling met de werkvloer”, aldus Dijkhoffz. Aan uitdagingen is er in de zorg op dit moment trouwens geen gebrek. “De naweeën van corona wegen nog steeds op de zorg en helaas was de aandacht voor het beroep maar van korte duur. De zorg kampt met een enorm personeelstekort en door de inflatie swingen de energiekosten de pan uit.”
Geschiedenis loslaten
Ondanks die obstakels zijn ZNA en GZA er toch al in geslaagd een eerste positief verhaal te schrijven. Vorige week schakelden beide groepen over op een nieuw, gezamenlijk elektronisch patiëntendossier. “Het is onze eerste grote verwezenlijking samen”, zegt Dijkhoffz. “Bij een fusie is het belangrijk een beetje eigen geschiedenis los te laten en naar nieuwe verbinding te zoeken. Daar zijn we nu voor het eerst in geslaagd.”
Hoewel de uitdagingen in de zorg gigantisch zijn, stelt de gedrevenheid van mensen als Dijkhoffz enigszins gerust. Ook in haar vrije tijd verdiept ze zich in lectuur over medisch recht. En sinds corona speelt ze ook een beetje padel. Dat ze op jonge leeftijd de droom van geneeskunde liet vallen en voor verpleegkunde koos, is alvast een opsteker voor het beroep.