Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Het scheelde tien centimeter of ik was alleen weg”
is, want die jongens zaten al een hele tijd vooraan. Maar voor mij en de ploeg is het jammer. Het plannetje was dat ik het in de laatste ronde, nadat iedereen veel had afgezien, zou proberen af te maken. Jammer dat ik met zo’n goede benen zo’n parcours krijg voorgeschoteld. Ik hoop dat er in de toekomst toch snel een lastiger parcours aankomt, waar er toch een verschil kan worden gemaakt.”
Al had het toch kunnen lukken volgens Peeters.
“Rijdt Vanmarcke het gat niet toe, dan was het helemaal anders geweest. Soit, we hebben ons vel duur verkocht.”
Uitgewaaierd
Opmerkelijk: bij de waaiervorming in De Moeren liet Evenepoel zich verrassen.
“Het was bizar”, legde hij uit. “Met nog 90 kilometer voor de boeg, nog twee uur koers, gebeurde het. De wind blies nochtans niet zo hard, er was zelfs wind in de rug. Merkwaardig dat er dan toch gaten vielen. Ik zat ongeveer in positie vijftig, ik moest zelfs niet trappen. En plots keek ik voor mij en zag ik dat er een groep van dertig weg was. Dat was schrikken. Ik probeerde te anticiperen, maar dat lukte niet. Ik ben dan maar rustig gebleven en uiteindelijk kwamen we er weer bij. Het was zaak uit de gevarenzone te blijven en dan toe te slaan. Maar het lukte helaas net niet.”
Met een 21ste plaats werd Stan Van Tricht uiteindelijk de beste renner van de ploeg. Yves Lampaert eindigde een plaatsje lager, maar vatte het mooi samen.
“De ploeg deed wat moest. Maar zonder sprinter is het moeilijk om het af te werken.”