Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Dochter Kris Merckx populair in Charleroi
De Antwerpse Sofie Merckx (38), dochter van de Hobokense PvdA-arts en provincieraadslid Kris Merckx, lijkt goed op weg om in Charleroi verkozen te worden tot ‘Carolo van het jaar’.
Sofie Merckx werkt al dertien jaar als huisarts bij de groepspraktijk Geneeskunde voor het Volk in Marcinelle en werd in oktober verkozen als gemeenteraadslid in Charleroi voor PTB, de Franstalige tegenhanger van PvdA+. De wedstrijd Citoy-
ens de l’année 2012 verkiest de verdienstelijkste burgers uit verschillende categorieën en wordt georganiseerd door de regionale krant SudPresse en de regionale radio- en tv-zender. Sofie Merckx moet het opnementegentweeburgemeestersen twee schepenen.
Waardering
“Blijkbaar wordt mijn werk hier geapprecieerd”, zegt Sofie Merckx. “Mijn voordracht werd tot nu toe het meest gelezen op de website. En terwijl alle klassieke partijen klappen kregen van PS’er Paul ‘magneet’ Magnette, ging mijn partij er op vooruit en werd ik verkozen.”
Sofie Merckx behaalde haar diplomaaandeUAin1999.“Omdatikwel eens wat anders wou dan Antwerpen, ging ik stage doen in Marcinelle”, vertelt ze. “En daar ben ik blijven hangen, samen met mijn man, een Genkenaar. Charleroi is een sympathieke stad van 200.000 inwoners. Iedereen lijkt er iedereen te kennen. Het centrum is geïndustrialiseerd, maar er is een grote, groene rand waar het leuk wonen is. Mijn drie kinderen zijn hier geboren en gaan in het Frans naar school. Thuis spreken we Nederlands. Die tweetaligheid is iets waar ze hier hard naar opkijken.”
Het gezin komt regelmatig naar Antwerpen op familiebezoek. “En mijn dochter loopt nu expressiestage bij HetPaleis. We gaan ook een paar keer per jaar op uitstap, naar de Zoo, naar Planckendael. Dan zeg ik tegen mijn kinderen: ‘Geen Frans praten hé, want hier woont Bart De Wever’.” (lacht)
En ook vader Kris Merckx maakt op Facebook een link met de nieuwe burgemeester. “Een Antwerpse in 2012 verkozen tot ‘Carolo van het jaar’? Alvast één verkiezingsoverwinning die ik Bart De Wever nooit zie behalen.”