Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Parijs - Nice was voor mij een geweldig verhaal”
Hegemonie van de zuiverste soort. De manier waarop Sean Kelly van 1982 tot en met 1988 Parijs - Nice domineerde, is indrukwekkend. Naast zijn heerschappij in de Koers naar de Zon schreef de Ierse wielerlegende tussendoor ook nog tien klassiekers en de Ronde van Spanje op zijn palmares. Slechts één grote, pijnlijke leemte. “Het pikt nog steeds dat ik de Ronde van Vlaanderen nooit gewonnen heb.”
Drie keer de Ronde van Lombardije, twee keer Milaan – Sanremo, twee keer Luik – Bastenaken – Luik, twee keer Parijs – Roubaix en een keer Parijs – Tours. Tussen 1982 en 1993 was Kelly de absolute koning van de klassiekers en in 1988 won hij ook nog de Vuelta. Een imposant en veelzijdig palmares, maar toch zal de minzame Ier in de wielerannalen vooral herinnerd worden als de man die zeven jaar op rij niemand voor zich duldde in Parijs – Nice. Een fenomenale reeks zonder weerga en een record dat naar alle waarschijnlijkheid eeuwig op de tabellen zal pronken.
Morgen start de 71ste Koers naar de Zon en
is uiteraard van de partij. Om te genieten van het spektakel?
“Genieten zonder twijfel, maar het zal geen vakantie worden. Ik werk nog steeds voor Eurosport en zal live verslag uitbrengen. Ik keer graag terug naar Parijs - Nice. Als je een rittenkoers van die grootteorde zeven jaar op rij kan winnen, dan blijf je daar emotioneel mee verbonden.”
Het vorige record stond met vijf overwinningen op naam van JacquesAnquetil.Was je gebrand om die reeks van de tabellen te vegen?
“Het klinkt misschien raar, maar daar was ik totaal niet mee bezig. Integendeel. Toen ik Parijs – Nice voor de derde keer had gewonnen, begon de wedstrijd mij minder te interesseren. Ik wilde hem uiteraard nog wel rijden, maar dan vooral in functie van de klassiekers. Bij de start zat ik nog een eind van mijn topconditie verwijderd, maar ik groeide naarmate de wedstrijd vorderde. Uiteindelijk won ik zeven jaar op rij. Soms valt de tactische puzzel gewoon perfect in elkaar en dat was in Parijs – Nice vaak het geval.”
Met dank aan een grote dosis koersinstinct, intelligentie en aanvalslust?
“( Misschien wel, maar vergeet zeker de factor geluk niet. Parijs – Nice was voor mij een geweldig verhaal en geluk heeft daarin een belangrijke rol gespeeld. Ik reed graag agressief, maar ben in de Koers naar de Zon nooit zwaar gevallen. Het lukte me ook telkens om in de juiste ontsnapping te zitten. Het moet gewoon allemaal meezitten.”
lacht)
Niet alleen zeven keer Parijs – Nice,maar ook nog eens tien klassiekers.Je won alle monumentale eendagswedstrijden behalve…
“… het wereldkampioenschap en de Ronde van Vlaanderen. Vooral die laatste mis ik op mijn palmares. Ik werd drie keer tweede en dat pikt nog steeds. Het is nochtans mijn type koers en dat maakt het extra zuur. Ik hield van zware wedstrijden, dokkerde graag over kasseien en kon ook aardig over een heuvel. In de Ronde van Vlaanderen heb ik te vaak gewoekerd met mijn krachten. Ik voelde me er dikwijls heel goed, waardoor ik te veel vertrouwen kreeg en te agressief koerste. Jammer, want ik had dit monument zo graag gewonnen. Ik wil met alle plezier een Parijs - Roubaix ruilen voor een Ronde van Vlaanderen.
(lacht)”
Is het vandaag de dag nog mogelijk om zowel in rittenkoersen als klassieke eendagswedstrijden te schitteren?
“Dat is zeker nog mogelijk, maar de renners proberen het niet meer. Of ze concentreren zich op de klassiekers, of ze gaan resoluut voor de grote rondes of kleinere rittenkoersen. De mentaliteit van de renners en de ploegleiding is helemaal veranderd. Renners als Hinault, Fignon en ikzelf probeerden op alle fronten mee te strijden, een heel jaar lang. Zo ging het nu eenmaal in die tijd. Ook LeMond koerste aanvankelijk ook zo, maar bij hem merkte je al een zekere mentaliteitswijziging.
Indurain trok die lijn door.”
Naast commentator bij Eurosport ben je ook manager bij de Belgische continentale ploegAn Post – Chain Reaction.Hoe bevalt je dat?
“Mijn uitdaging is om als manager van het team sponsors aan te trekken en de ploeg mee op de kaart te zetten. Ik had ook kunnen kiezen voor een job als ploegleider bij een groter team, maardiefunctiezegtmeniets.ViadeSeanKelly Cycling Academy werk ik nu al vijf jaar met jong, Iers talent en daar haal ik veel voldoening uit. We hebben een ploeg vol jonge, beloftevolle renners. Het belangrijkste is dat ze agressief koersen en zichzelf en de ploeg in de kijker rijden. Van een hele dag in het peloton mee te draaien, word je geen wielrenner. Zelf sta ik niet zo heel dicht bij de renners. Dat is de taak van Kurt Bogaerts.”
(in
Merchtem,
red.)
Tot slot,wat is jouw mening over al die cowboydopingverhalen die de voorbije maanden als zwarte sluiers over het peloton vallen?
“Het wordt alsmaar gekker. Graven in het verleden heeft volgens mij alleen zin als de wielersport er ook iets mee kan winnen. Het is heel belangrijk om die vraag te stellen. Ik wil vooral vooruit kijken. We zijn weer op de goede weg, daar ben ik zeker van. Ik zit er middenin en zie een nieuwe, jonge generatie die er werk van wil maken.”