Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Wie mag mee?
Plaatsen in Rode Duivelskern voor WK in Brazilië worden superduur
De kruitdampen van de strijd om de kwalificatie voor Brazilië zijn opgetrokken. België heeft zijn tickets voor Rio op zak, nu kan het gevecht om een plaats in de 23-koppige WK-selectie losbarsten. Hoewel, gevecht… Heftig zal het niet worden, als we de bondscoach mogen geloven. “Negentig procent van de WKselectie ligt al vast”, liet Marc Wilmots vorige week optekenen. Welke spelers strijden nog voor de resterende 10%?
Ster op Sardinië, alom geroemd in Italië, geen plaats bij België. Dat is momenteel het bizarre lot van Radja Nainggolan. De 25-jarige Antwerpenaar is in de Serie A weer sterk uit de startblokken geschoten, met onder meer een cruciale goal tegen Inter, maar weigert een vertrek bij zijn geliefde Cagliari te forceren om meer kans te maken op een WK-selectie. “Een transfer naar een grote club zou mijn kansen doen stijgen, maar zo zit ik niet in elkaar.”
Nainggolan en de Rode Duivels: om de één of andere reden is het nog geen grote liefde. De middenvelder, na zijn opleidingsjaren bij Beerschot en Piacenza al vijf jaar sterkhouder bij Cagliari, heeft acht selecties achter zijn naam en kwam daarbij vier keer in actie, samen goed voor amper 67 minuten. Bij zijn laatste optreden, in februari in de oefeninterland tegen Slovakije, moest de broer van de voetballende zus Riana geblesseerd naar de kant. Sindsdien werd hij niet meer opgeroepen. Toch tweette hij vrijdag, toen Romelu Lukaku Kroatië op de knieën dwong, trots: ‘Forza Belgioooo!’ “Natuurlijk ben ik dolblij dat België naar het WK gaat”, vertelt hij nu. “Ik ben blij voor mijn land en blij voor de spelers, van wie velen vrienden van mij zijn. Ik ben fier op hun prestatie.”
Tegelijk zit je met een wrang gevoel.
Radja Nainggolan: “Toch ben ik inderdaad een beetje teleurgesteld dat ik er niet bij ben. Naar mijn gevoel heb ik nog geen echte kans bij de Rode Duivels gekregen. Daar eens tien minuten, daar eens acht. In zo’n korte tijd kan je je moeilijk tonen. De laatste keer, tegen Slovakije, viel ik geblesseerd uit. Daar kon ik zelf ook niks aan doen.”
Bij de bekendmaking van de selectie voor Kroatië enWales zei Marc Wilmots dat hij weet dat je goed bezig bent en dat hij je volgt.
“Wind waait de woorden weg, of hoe zeg je dat… Ik hoop alleszins dat de bondscoach de daad bij het woord voegt en me een kans geeft in de volgende oefeninterlands. Ik geef niet op, ik zal vechten om bij die tien procent te geraken.”
De concurrentie centraal op het middenveld is zwaar:Witsel,Defour,Fellaini,Dembélé…
“Dat weet ik. De nationale ploeg zit vol toppers, dat maakt het moeilijk om erbij te komen. Maar ik vind dat ik een plaatsje in de WK-selectie verdien. Ik zeg niet als basisspeler, maar wel in de groep van 23.”
Wat zijn je argumenten?
“Mijn prestaties bij Cagliari. Ik ben heel goed aan het seizoen begonnen, ik steek in de vorm van mijn leven. Ik heb in de eerste zeven matchen al twee keer gescoord, normaal is dat mijn gemiddelde voor een heel seizoen. Ik voel me vaak sterker dan mijn directe tegenstander op het veld, ook als die bij Inter of zo speelt. Maar
“Liever basisspeler bij Cagliari dan invaller bij een topclub. Ik reken erop dat dat in mijn voordeel speelt.” Radja Nainggolan
misschien valt de Serie A niet voldoende meer op. De focus ligt tegenwoordig op de Premier League. Maar kijk eens naar Dries Mertens. Een geweldige voetballer, bij PSV de koning, maar bij Napels komt hij minder aan spelen toe. Italië is echt niet zo makkelijk.”
“Dat gevoel krijg ik ook, en daar heb ik het moeilijk mee. Blijkbaar speelt de naam van de club waar je speelt, een rol bij de selectie. Neem Kevin De Bruyne. Die zit op de tribune bij Chelsea, maar is wel basisspeler bij de nationale ploeg. Let op, Kevin is een topper en heeft het geweldig gedaan in deze kwalificatiereeks. Ik geef dus maar een voorbeeld. Ik vind het zever dat spelers sneller geselecteerd worden, gewoon omdat ze bij een topclub spelen.”
Hoezo? Leert een speler in de top niet beter omgaan met druk en hoge verwachtingen?
“Het is juist moeilijker om wekelijks op te vallen bij een kleinere club, dus die prestatie vind ik straffer. Stel dat ik in januari naar, ik zeg maar wat, Inter zou gaan. Dan zou iedereen rondbazuinen: ‘Nainggolan moet bij de Rode Duivels zitten’. Terwijl ik exact dezelfde speler ben als in december bij Cagliari, met dezelfde kwaliteiten en dezelfde mentaliteit.”
Toch moet je de stap naar een topclub eens wagen.Interesse is er genoeg.
“De voorzitter van Cagliari heeft tot dusver alle aanbiedingen naast zich neergelegd. Ook het gerucht dat ik in januari naar Juventus zou verhuizen, klopt niet. Er is met niemand een akkoord. In tegenstelling tot andere voetballers ga ik een vertrek bij Cagliari niet forceren. Zo zit ik niet in elkaar. De voorzitter heeft die waardering intussen ook uitgedrukt
in mijn contract.”
Het lijkt erop dat je liever in je‘comfortzone’ blijft, Radja.
“Maar neen. Ik heb wél de ambitie om ooit naar een topclub te gaan. Maar zolang dat niet het geval is, voel ik me gelukkig bij Cagliari. Een prachtige club, waar ik gerespecteerd word als voetballer en als mens. Het belangrijkste is dat ik en mijn familie goed leven. Vergis je niet: op een eiland voetballen, is een speciaal gevoel. Je speelt niet alleen voor Cagliari, maar voor heel Sardinië. De mensen kijken enorm naar me op. Dat is haast zoals voor de nationale ploeg spelen. Ik ken het gevoel dus wel ( lacht).”
Ik las wel dat de spelers van Cagliari een staking overwegen,omdat jullie door stadionproblemen de thuismatchen inTriëste afwerken,honderden kilometers van Sardinië.
“Er is over acties gesproken, ja. Het is triestig om elke week buitenshuis te spelen, voor 5.000 man. De supporters van de tegenstander zijn steeds in de meerderheid. Maar er is een oplossing in de maak, we zouden toch binnen de muren van het oude Sant’Elia-stadion spelen.”
Ten slotte,zien we Nainggolan in juni op het WK terug?
“Ik hoor oude bondscoaches vaak zeggen dat speelminuten belangrijk zijn. Wel, ik speel altijd. Ik ben liever basisspeler bij Cagliari dan invaller bij een topclub. Ik reken erop dat dat in mijn voordeel speelt. De hoop verlies ik dus nooit.”