Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Dezelfde principes voor sporter als voor gewone werknemer”
Specialist arbeidsrecht Filip Tilleman begrijpt vanuit een juridisch oogpunt de uitspraak van het arbeidshof. “Eigenlijk worden op sportbeoefenaars dezelfde principes toegepast als op gewone werknemers. Vanuit puur arbeidsrechtelijk oogpunt is dat standpunt te begrijpen. Vanuit sportief standpunt is dat natuurlijk iets anders. Het voornaamste probleem voor de clubs is dat langdurige contracten zo makkelijker verbroken kunnen worden. Maar in tijden waarin allerlei discriminaties gebannen worden, denk ook maar aan het gelijkstellen van het arbeidersen bediendenstatuut, is het niet vreemd dat het arbeidshof deze uitspraak doet. Maar ik kan goed begrijpen dat het voor een club vervelend is.” Volgens Tilleman schept de zaak-Dahamne zeker ook een precedent. “Het is niet uitgesloten dat een van de twee partijen nog naar het Hof van Cassatie gaat. Maar als ook het Hof van Cassatie dit onderschrijft, dan is het hek van de dam, denk ik.”
WET VAN ‘78
De Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars is een Belgische wet, die betaalde sportbeoefenaars de mogelijkheid geeft voortijdig en eenzijdig een contract van bepaalde duur (maximum 5 jaar) te verbreken, op voorwaarde dat ze een vergoeding betalen aan de opgezegde club. Mohamed Dahmane is lang niet de enige die gebruikt maakte van deze wet. Het bekendste voorbeeld is ongetwijfeld Steven Defour. Die dreigde deze wet toe te passen toen KRC Genk een transfer naar Ajax niet zag zitten. Aangezien Defour zijn contract met deze wet zou verbreken, ging KRC Genk onder zware druk akkoord met een transfer naar Standard. In 2011 dreigde Ronald Vargas te ver
trekken bij Club Brugge. in 2011 verliet doelman Koen Casteels RC Genk, gebruikmakend van deze wet, voor het Duitse Hoffenheim. William Vainqueur van Standard deed op 29 juni 2013 ook een beroep op deze wet. Twee dagen later tekende hij een sterk verbeterd contract tot 2017 bij Standard.