Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Dit is nog intenser dan bij Kai-Mook”

Tina Plessers beleeft twee olifanteng­eboortes vanop de eerste rij

- BIEKE LATHOUWERS

Op Belgische bodem zijn nog maar twee olifantjes levend ter wereld gekomen. Deze week baby Q in Planckenda­el, zes jaar geleden KaiMook in de Antwerpse Zoo. Slechts twee verzorgers waren er twee keer bij. Eén van hen is Tina Plessers. In 2009 als stagiaire, nu als verzorgste­r met (bijna) zes jaar ervaring.

17 mei 2009. ’s Morgens in alle vroegte zag een miljoen mensen hoe Kai-Mook geboren werd. Enkele uren later werden de verzorgers in de Egyptische tempel als helden ‘gevierd’. Stil, bescheiden, maar apetrots reed de stagiaire van dienst de voederkar voor. Zij liet de helden hun rol vervullen en werkte ijverig voort. “Zoveel mensen volgden alles online en ik zat op de eerste rij”, reageerde ze toen. 24 april 2015. Vlak voor haar zoveelste nachtshift staat Tina ons opnieuw te woord. “De geboorte van Kai-Mook lijkt zo lang geleden, maar ook nu ben ik ontzettend blij dat ik er bij mocht zijn.”

Toch was het niet evident om er dinsdagavo­nd te geraken. Tina Plessers: Nee, ik woon in Deurne en kom normaal met de trein naar Planckenda­el. Dinsdag dus niet, want er was een treinstaki­ng. Toen mijn collega Bart merkte dat de bevalling was ingezet, heeft hij mij als eerste gebeld en ben ik op de fiets gesprongen. Voor geen geld van de wereld zou ik de geboorte willen missen. Daar kan geen treinstaki­ng tegenop.

Nochtans kunt u niet veel doen tijdens de bevalling.

Het gevoel dat je er bent, is heel belangrijk. Voor ons, maar ik denk ook voor de dieren. Voor hen is het ook een heel belangrijk moment en zij vertrouwen ons. Wij kunnen steun bieden en hen op hun gemak stellen mocht dat nodig zijn.

Leefde u op eenzelfde manier naar de twee geboortes toe?

Dit is nog veel intenser. Bij KaiMook was ik stagiaire. De dieren kenden mij niet en ik kende hen ook amper. Nu werk ik al zes jaar elke dag met en voor hen. De band is nu veel sterker. We wisten ook dat het een heel ander verhaal zou worden. Elke bevalling is anders, dat is bij mensen ook zo. Dat het de eerste zwangersch­ap was van May, maakte het extra spannend.

Konden de verzorgers alles goed zien vanuit de ‘controleka­mer’?

Het was pikdonker, het was vijf uur ’s nachts. Gelukkig hadden we goede infraroodc­amera’s. Dus ja, we konden goed volgen.

En wat gebeurde er dan daarboven in dat kamertje?

Iedereen veerde recht en dan... alles muisstil. Behalve de olifanten. Die piepten, toeterden, brul- den... Dat raakte me enorm. Bij KaiMook was het anders. Phyo Phyo verraste ons, ineens lag dat baby’tje daar. Nu bengelde het jong veel langer onderaan de staart. Dat was niet abnormaal hoor, zeker niet voor een eerste dracht. En toen was er euforie. Het jong was er en het leefde! De eerste minuten sta je te kijken en dan begin je te analyseren. Hoe reageert mama May? Hoe reageert de rest van de kudde? Op wie wordt extra gelet? Op de mama, maar toch ook op Kai-Mook, want voor haar was het de eerste keer dat ze een bevalling zag. Toen Kai-Mook geboren werd, zag May Tagu de eerste bevalling. Zij reageerde redelijk ruw. (Zij gaf de pasgeboren Kai-Mook een trap, red.) Kai-Mook niet, zij reageerde echt voorbeeldi­g. Ze bleef aan de zijde van May Tagu, haar grote zus, en besnuffeld­e mee het baby’tje. Er was een gezonde interesse. Voor olifanten is dat een leermoment. Nu een voorbeeldi­ge tante, later een voorbeeldi­ge mama, hopen we.

Het jong stond niet meteen recht en moest apart worden genomen. Geen gemakkelij­ke situatie? Je leeft ontzettend mee met die dieren. Ik ben zelf geen mama, maar het raakt mij enorm. Het is heel ontroerend om zo’n hulpeloos levend wezentje te zien. Het is een beetje zoals meter worden. Je kent de mama heel goed en voelt je betrok- ken. Je bent blij met de geboorte, maar je bent ook bezorgd, want hoe moet het nu verder?

De nachtelijk­e voederbeur­ten schrikken de verzorgers niet af? Nee, en we gaan er nog even mee door. We hebben al tien dagen voor de bevalling een beurtrol ingevoerd om ’s nachts te komen waken. Daar gaan we nu mee door zolang het nodig is. Wij gaan tot het uiterste om ervoor te zorgen dat het kleintje erdoor komt. Toch blijven we met onze voeten op de grond, want er kan nog ongelofeli­jk veel misgaan. Het is een heel lang stappenpla­n en we zijn er nog lang niet. Met hart en ziel zetten we ons in. Uren zijn nu niet van tel. Ik ben de laatste dagen ook amper thuis geweest. Zelfs als ik niet moet werken, ben ik hier. En als ik toch thuis ben, stuur ik voortduren­d sms’jes om te weten hoe het gaat.

De verzorgers blijven wel realistisc­h.

We willen niet te zwaar teleurgest­eld worden. Er zullen hoe dan ook traantjes vloeien. Van blijdschap of van verdriet.

Bij het beste scenario volgen nog hele mooie momenten. Wat herinnert u zich als mooiste ‘eerste keer’ van KaiMook? Al zwemmend in het bassin. Dat is een van de vele fotomoment­en. Dan ben zo trots en blij. Ik heb van alle olifanten heel veel foto’s en heb zelfs fotoboeken van hen. Van May heb ik een foto toen ze aan het zwemmen was met haar poten en staart boven. Zo mooi. Het feit dat ik als stu- dentje stage mocht doen in de Zoo en nu zes jaar later nog bij dezelfde kudde sta, is top. Dit is een luxepositi­e. Beter kan niet.

Wat gebeurt er bij een happy end? Als ook Phyo Phyo haar jong op eigen poten staat, is het tijd voor een grote barbecue, denk ik.

TINA PLESSERS

Olifantenv­erzorgster Planckenda­el ‘‘Door de treinstaki­ng moest ik dinsdagavo­nd met de fiets naar Planckenda­el. Vanuit Deurne, maar dit wilde ik voor geen geld van de wereld missen.”

 ??  ??
 ?? FOTO DANIEL GEERAE ?? Tina Plessers.
FOTO DANIEL GEERAE Tina Plessers.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium