Polderdistrict blijft landelijk dankzij 21ste-eeuwse oplossingen

Berendrecht, Zandvliet, Lillo

(svw) In de nieuwe structuurschets voor de polderdorpen Berendrecht en Zandvliet wordt het landelijke karakter duidelijk vastgelegd. Om dit te realiseren worden 21steeeuwse oplossingen gebruikt, zoals kangoeroewonen en buurtparkings.

Door de mogelijke bevolkingsgroei van 100.000 nieuwe inwoners stijgt de nood aan extra woningen en de druk op open ruimtes. Toch is het niet de bedoeling van de stad Antwerpen om die in het polderdistrict Berendrecht, Zandvliet en Lillo aan te snijden.

“Wij willen het dorpskarakter absoluut behouden”, zegt Rob Van de Velde (N-VA), schepen van Stadsontwikkeling. “De landbouwers hebben het daar trouwens nu al moeilijk en daar willen we niet aan bijdragen door gronden af te nemen voor woningen.”

Toch is er in dit polderdistrict nood aan nieuwe woningen. “Onze oudere inwoners willen in hun dorp blijven wonen, maar hun woning is intussen te groot voor hen”, zegt Carl Geeraerts (N-VA). “Uitwijken naar een appartement is niet mogelijk, want die zijn er bijna niet. In de structuurschets staat vooral de bouw van kleine woningen en appartementen. Daarbij hebben we oog voor nieuwe woonvormen als kangoeroewonen. Dit doen we op de ruimtes die nog vrij zijn in de dorpen.”

Vrijetijdscentrum De dorpen worden ook gekenmerkt door smalle straatjes. Alleen verdwijnt een groot deel van de charme door de parkeerdruk. Buurtparkings aan de rand van het dorp kunnen een oplossing zijn. “We bouwen volop aan een vrijetijdscentrum”, zegt Geeraerts. “De parking telt veertig parkeerplaatsen en die kunnen worden gebruikt door de bewoners.”

De structuurschets biedt rechtszekerheid aan de landbouwbedrijven. Door de versnippering van de akkergronden is het voor de landbouwer steeds moeilijker om rendabel te zijn. Het open landschap wordt bedreigd door infrastructuurwerken. Door de komst van windmolens wordt er volop gespeculeerd en schiet de grondprijs de hoogte in.

Om het landelijke karakter te verzekeren, wordt er ingezet op alternatieve vormen van landbouw, zoals plukboerderijen, biologische en ecologische landbouw of veeteelt, en collectieve moestuinen.

“In het polderdistrict hebben we de mogelijkheid om het niet fout te doen, zoals lintbebouwingen uit het verleden”, zegt Van de Velde. “Door de dorpskern te verdichten behouden we het groen en verzekeren we de biodiversiteit. We voorkomen zo dat er lintbebouwing komt. De verjonging van dit district zet zich alleen door als we oplossingen aanreiken die aansluiten bij hun leefwereld. Dit doe je niet door alles vol te bouwen. Deze structuurschets benadert het ideale evenwicht tussen economie en ecologie.”