Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Antwerpen plaatst eerste slimme camera’s
De Antwerpse politie zet een nieuw offensief in om de criminaliteit in de stad verder terug te dringen. Vanaf 1 mei verdubbelt het aantal interventieteams op straat. Er worden ook camera’s met nummerplaatherkenning ingezet. Dat zegt korpschef Serge Muyte
Deze week konden burgemeester Bart De Wever en korpschef Serge Muyters indrukwekkende cijfers voorleggen over de daling van de criminaliteit in Antwerpen. Maar daar stopt het verhaal niet mee. “Vanaf 1 mei verhogen we het aantal interventieploegen op straat van ongeveer 50 naar 89”, zegt Muyters in een exclusief interview met uw krant. “In noodgevallen kan dat zelfs oplopen tot 150.” Woensdag is ook de eerste zogenaamde ‘slimme camera’ met automatische nummerplaatherkenning gemonteerd in de Simonsstraat, in het hart van de joodse wijk. “Die camera’s worden geplaatst op een aantal kwetsbare sites en op de belangrijkste invalswegen naar de stad”, aldus Serge Muyters. “Tegen de zomer moeten ze allemaal operationeel zijn.”
Uit de jongste misdaadcijfers is ondertussen gebleken dat de oorlog tegen drugs in de wijk 2060 succes oplevert. “Het zoekgedrag naar drugs in de buurt van de Handelstraat is met liefst 70 procent gedaald”, zegt Muyters. “Het ziet ernaar uit dat zowel de dealers als de gebruikers het beu worden om telkens weer te worden gecontroleerd.”
Voor het tweede jaar na elkaar is de criminaliteit in Antwerpen aanzienlijk gedaald. Spectaculair zelfs. En die trend lijkt zich ook dit jaar voort te zetten. Korpschef Serge Muyters (48) kan niet anders dan tevreden zijn. Al voert hij op 1 mei alweer een aantal nieuwe maatregelen in om zijn stad nog veiliger te maken.
Zo stond het dinsdag op de voorpagina van uw krant. Naakte cijfers die niet kunnen worden genegeerd. De eerste drie maanden van dit jaar is het totale aantal criminele feiten in Antwerpen zelfs met 23% gedaald. Dan rijst de vraag: hoe krijg je dat voor elkaar? We vragen het aan Serge Muyters, de jongere broer van Vlaams minister Philippe (N-VA) en de CEO van het grootste korps van het land, met 2624 werknemers en een jaarlijkse dotatie van 246 miljoen euro.
Uw cijfers zijn zo spectaculair dat een mens haast zou gaan denken dat ze zijn gemanipuleerd. Serge Muyters: (schatert) Ik kan u met de hand op het hart verzekeren dat dat niet zo is. Ze zijn pure realiteit. Twee jaar geleden stonden wij voor een belangrijke keuze. De Antwerpse bevolking zal de komende jaren vrij spectaculair toenemen, net als het aantal evenementen en de bijbehorende sociale onrust. Dan kun je met het politiekorps twee kanten uit: ofwel meer manschappen, ofwel een reorganisatie die de meest ingrijpende is van de voorbije decennia. Wij hebben voor die tweede piste gekozen. Met als motto: back to basics, meer aanwezigheid op straat ten koste van minder kantoren. Sinds januari zijn we met die operatie half op kruissnelheid, met invoering van onze mobiele eenheden. En op 1 mei wordt de nieuwe werking compleet. Wat verandert er op 1 mei? Twee belangrijke zaken. Eén: onze interventie wordt volledig gecentraliseerd in het kantoor op de Noorderlaan. Dat betekent onder meer dat de teams niet langer elk apart moeten worden gebrieft als we voor een ernstige interventie bijvoorbeeld zes teams nodig hebben. Dat geeft ons de mogelijkheid om onze capaciteit te verhogen van ongeveer 50 ploegen op het terrein naar minimum 89. In noodsituaties kan dat zelfs oplopen tot 150. De tweede grote vernieuwing vanaf 1 mei is ons nieuwe afsprakenforum op het internet. Mensen kunnen een beroep op ons doen via dat forum of via de blauwe lijn. Tenzij het echt dringend is, natuurlijk. Dan bellen ze gewoon naar het nummer 101. En dan komen wij zo snel mogelijk naar hen toe met een van onze mobiele kantoren.
Naast die mobiele kantoren hebt u sinds 1 januari ook een mobiele eenheid. Werkt dat?
Ja, want dat zijn manschappen die op elk noodzakelijk moment kunnen worden weggehaald van andere taken om te worden ingezet voor acute situaties zoals die in Parijs of Verviers. De mobiele eenheid is in feite onze reserve. Zo kunnen we bijvoorbeeld binnen het halfuur dertig extra manschappen inzetten in de Joodse wijk. Vroeger moest je rekenen op twee of drie dagen om elders manschappen vrij te maken. Die tijd heb je niet meer in een samenleving waarin je geregeld wordt geconfronteerd met bommeldingen en waarin de sociale media binnen enkele minuten voor massale onrust kunnen zorgen.
Hoe staat het eigenlijk met dat dreigingsniveau? Moeten we ons nu nog ongerust maken?
De dreiging is niet voorbij. En ze heeft ook binnen ons korps een enorme impact. Onze mensen en hun families zijn ongerust, ik heb heel wat mails gekregen van korpsleden en hun ouders. We zijn gestopt met de permanente bewaking van onze commissariaten, maar iedereen blijft wel heel alert. In onze eigen taskforce zijn zes mensen sinds februari fulltime bezig met het detecteren en onderzoeken van risicogevallen. Gelukkig is de samenwerking met de federale diensten uitstekend.
U wil met uw mobiele agenten naar de mensen toe, maar u gaat wel de meeste kantoren ’s nachts sluiten. Is dat bevorderlijk voor het veiligheidsgevoel? Onze kantooruren veranderen inderdaad grondig. Drie kantoren gaan zelfs helemaal dicht: dat van de Paleisstraat in de binnenstad,
SERGE MUYTERS “Tijdens een festival zei een Israëliër me dat hij in Antwerpen zo moeilijk aan drugs kon geraken. Dan denk ik: we zijn goed bezig.” “Net vandaag is de eerste camera met nummerplaat herkenning geplaatst. In de Joodse buurt. Tegen de zomer is hij operationeel.”
de Lakborslei in Deurne en de Noorderlaan bij de Luchtbal. Dat doen we omdat er andere kantoren in de buurt zijn en/of omdat het bewuste bureau nauwelijks werd bezocht. Ik verwacht daar weinig problemen door. Tijdens het terreurdreigingsniveau 3 na de gebeurtenissen in Parijs en Verviers hebben we ’s nachts ook kantoren gesloten. Ik heb daar welgeteld twee klachten over gekregen. Hoe dan ook, maandag starten we een campagne om de mensen te informeren. Onze boodschap is: wij komen naar u toe, onze dienstverlening zal alleen maar verbeteren. De exacte slogan luidt... even checken (zoekt in zijn laptop): “Daar waar je ons nodig hebt.”
Terug naar de crimicijfers: wat is het geheim van uw succes? In uw krant las ik onlangs dat een Antwerpenaar zei: “Ik voel me niet meer zo veilig, want ik zie overal politie staan.” We proberen inderdaad zo veel mogelijk aanwezig te zijn op straat. Zo’n uitspraak beschouw ik dan ook vooral als een compliment.
Maar gaat die aanwezigheid op straat dan niet ten koste van de wijkwerking? Nee, het is een én-énverhaal. Er zijn nog steeds zeshonderd mensen actief in de wijkwerking. En dat blijft ook zo.
De vraag blijft hoe je dan ineens zo veel betere resultaten kunt boeken zonder extra investeringen. Vroeger werkten we vooral op fenomenen, nu concentreren we ons meer op probleemgebieden. En dat levert betere resultaten op. Een goed voorbeeld is dat van het drugsprobleem in Antwerpen-Noord. Daar hebben we onze capaciteit verdrievoudigd. Uiteraard leidt dat tot een toename van het aantal geregistreerde drugsfeiten in de crimicij-
fers. Een grotere inzet van personeel zorgt voor meer pv’s. Maar anderzijds stel je ook vast dat door die extra aanwezigheid bepaalde randfenomenen - zoals bijvoorbeeld diefstallen uit auto’s - spectaculair dalen. In probleemstraten zoals de Handelstraat in de wijk 2060 - is het rondhanggedrag fel verminderd. Het aantal mensen dat daar op zoek gaat naar drugs, is zelfs met 70% gedaald. Er komen minder mensen naar Antwerpen om drugs te scoren en om criminele feiten te plegen om die drugs te betalen.
Maar verplaatst het probleem zich dan niet naar andere wijken? Nee, dat hebben we niet vastgesteld. Ook al onze wijkteams werken trouwens op dat drugsprobleem. Ik kan niet zeggen dat er nu minder drugs in Antwerpen aanwezig zijn, maar wel dat de bijbehorende overlast duidelijk afneemt. En dat is de kern van de opdracht van de politie. Vergelijk het met de prostitutie. Vroeger was die overal in de stad aanwezig, nu is de overlast onder controle. Hetzelfde zijn we nu aan het doen met drugs. Vorige zomer raakte ik in burger op een festival aan de praat met een Israëliër die zei: “Wat is dat hier toch in Antwerpen, ik vind hier nergens drugs.” Waarop ik met een stalen gezicht heb geantwoord: “We hebben hier een burgemeester en een korpschef die een ferm antidrugsbeleid voeren (lacht).
Is de fameuze ‘war on drugs’ gewonnen?
Er zullen altijd drugs zijn in een grote stad. Maar het wordt voor onze mensen steeds moeilijker om nog dealers te vatten en die dealers worden ook steeds agressiever. Dat geeft aan dat ze het grondig beu worden om telkens weer te worden gecontroleerd. We zijn dus op de goede weg.
Sluikstorten: 54%. Dat is nogal wat. Wat is de verklaring?
Ik zal heel eerlijk zijn: misschien is de aandacht van het korps voor sluikstorten wel wat verslapt door onze focus op andere fenomenen. Maar ik woon zelf in het hart van Antwerpen, en ik merk dat het niet meer zo erg is als vroeger. Daar komt nog bij dat sluikstorten heel snel worden weggehaald door de stedelijke diensten. Die spectaculaire daling van 54% is dus zeker niet in de eerste plaats de verdienste van ons korps.
Met de handtasdiefstallen gaat het ook de goede kant uit: 31%. Hoe komt dat? Vooral onze cel Jongerencriminaliteit heeft daar de voorbije jaren hard op gewerkt. Eerst breng je in kaart waar en wanneer dergelijke feiten vooral worden gepleegd. Dan zie je bijvoorbeeld opmerkelijke pieken op woensdagnamiddag. En vervolgens zet je dan extra patrouilles in op die momenten en die plaatsen. Daar- naast volgen we de huisarresten ook veel beter op dan vroeger. We werken veel meer dadergericht dan vroeger. Veelplegers, mensen die vrij zijn onder voorwaarden: we proberen ze zo kort mogelijk op te volgen. En dat heeft invloed op de cijfers. Die worden ook veel vaker geanalyseerd. Tegenwoordig gebeurt dat wekelijks, op basis van de input van onze mobiele eenheden en arrestatieteams. Zo kunnen we veel korter op de bal spelen.
Zijn deze mooie resultaten structureel? Zal de criminaliteit in Antwerpen verder blijven dalen? Daar ben ik heel voorzichtig in. De cijfers voor de eerste drie maanden van dit jaar zijn prachtig, maar uit ervaring weten we dat die koude maanden sowieso wat rustiger zijn, omdat dan ook de daders van criminele feiten liever binnen zitten. Uiteraard kan ik onmogelijk ontevreden zijn met de huidige evolutie, maar ik wacht tot in april 2016 de definitieve cijfers voor dit jaar bekend zijn. Dan kunnen we met recht van spreken de balans opmaken.
Een groot pijnpunt blijven de woninginbraken. Waarom krijgt u daar geen vat op? Die inbraken worden vaak gepleegd door rondtrekkende bendes die je moeilijk kunt controleren. We pakken wel daders op, maar het beste middel tegen woninginbraken blijft preventie, het zo goed mogelijk beveiligen van je woning. We hebben sinds enkele maanden ook een nieuw team dat na elke inbraak sporenonderzoek doet en tegelijk preventietips geeft. Maar het is nog te vroeg om dat werk te evalueren. Daarnaast lanceren we binnenkort het project SDNA, waarin mensen hun bezittingen onzichtbaar kunnen markeren, waardoor wij die voorwerpen kunnen herkennen als ze gestolen zijn. We gaan ook met de vele buurtinformatienetwerken (BIN’s) praten om te bekijken hoe we de sociale controle in de wijken nog kunnen verbeteren.
En wanneer komen de aangekondigde camera’s met nummerplaatherkenning? (lacht) Toevallig dat u dat vraagt, want enkele minuten voor uw komst kreeg ik een mail met de mededeling dat vandaag de eerste camera is gemonteerd in de Simonsstraat, in de Joodse buurt. Tegen de zomer moeten die camera’s operationeel zijn in het diamantkwartier, langs de Singel en langs de andere grote invalswegen naar de stad.
Tot slot: doet u zondag net als vorig jaar mee aan de Ten Miles?
Nee. Om eerlijk te zijn: sinds ik vorig jaar de uitdaging van Bart De Wever heb aangenomen, heb ik niet meer gelopen. Maar ik zal wel enthousiast supporteren!