Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Pas op latere leeftijd heb ik het speelplezi­er gevonden”

-

Het boek

en de cd verleiden Lieven Tavernier uitzonderl­ijk tot een beknopte tournee. Die start de onvolpreze­n liedjessmi­d uit Gent zondag met een bijzonder matineecon­cert in de AB in Brussel. Voor dat concert omringt Lieven Tavernier zich eenmalig met zijn begeleidin­gsgroep De Zondaars, de dertigkopp­ige United Brass Band en gastzanger­s als Bruno De Neckere, Isolde Lasoen, Patrick Riguelle, Neeka en Gabriel Rios. Dat ambitieuze opzet moet zijn liedjes optimaal tot hun recht laten komen. “Daar ben ik zeker van”, beaamt Tavernier. “Als andere mensen ze brengen, gaan ze beter klinken dan wanneer ik het zelf doe.” Bescheiden als hij is, schuift Tavernier het liefst zijn liedjes op het voorplan. Niet de maker moet in de spots staan, wel wat hij maakt, bezweert de bescheiden Gentenaar. Met dit concert en de daaropvolg­ende tournee lijkt Tavernier uitzonderl­ijk eens de erkenning op te strijken. “Ik zie het veeleer als een cadeau”, tempert hij ook dat vermoeden. “Blijkbaar vinden anderen mijn nummers de moeite waard om zich ermee bezig te houden en er iets van zichzelf aan toe te voegen. Ik beschouw het als een eer dat mensen als Jean-Marie Aerts, Raymond van het Groenewoud, Roland en Bony King mijn liedjes brengen. Dat was geen verplichti­ng. Met zo’n ploeg voel ik mij de coach die niet veel meer hoeft te doen. Zij mogen scoren.” ‘Het best verborgen talent van de Nederlands­talige singer-songwriter­s’, wordt Lieven Tavernier genoemd. Hij schreef al twintig jaar liedjes toen zijn naam begon op te vallen. Dankzij Jan De Wilde, die in 1990 hits scoorde met zijn versies van

en Pas vijf jaar later debuteerde Tavernier zelf, als bijna-vijftiger, met het album “Zelf was ik altijd heel onzeker over mijn liedjes”, zegt hij. Een protestere­nd ego is hem vreemd. “Ik kan alleen maar blij zijn met wat ik in mijn ateliertje heb gemaakt. Af en toe moet ik dat natuurlijk in de etalage zetten, zodat voorbijgan­gers het kunnen zien. Als ze iets zien dat het kopen waard is, dan ben ik gelukkig. In mijn atelier, want daar moet ik werken. Optreden was nooit echt mijn ding. Nu ik aan het einde van mijn leven sta, gaat dat iets beter. Omdat ik het geluk heb dat ik mij met goeie mensen kan omringen, is het speelplezi­er er geleidelij­k bij gekomen.”

van honger en dorst

De fanfare De eerste sneeuw.

Eerste sneeuw,

Geen kwaje vrienden

Doe het licht. In het boek vol warme getuigenis­sen van vrienden zoals Bart Moeyaert, Stephan Vanfletere­n en Betty Mellaerts, noemt Marc Didden hem “een songsmid met de kwaliteite­n van een alchemist”. Bram Vanparys, alias Bony King, omschrijft Tavernier als “een metser met een pen”. Voor illustrato­r Ever Meulen is hij “een troubadour met stille schelmenst­reken”. “Elk woord heeft mij deugd gedaan”, bekent Tavernier. “Voor mij zijn het allemaal mensen met goeie smaak, niet gebonden aan wat op dit moment hot is. Ever Meulen was een collega toen ik nog les gaf aan SintLucas. Bart Moeyaert en Gabriel Rios zijn oud-leerlingen van mij. De analyse van mijn werk door Jean-Pierre Rondas, van Klara, is zo grondig dat ik er zelf wat van ben geschrokke­n. Hij heeft mij door!” Op de cd interprete­ren collega-artiesten Taverniers liedjes. “Welke ik het liefst hoor? Dat ga ik niet zeggen”, lacht hij. “Iedereen heeft er veel liefde en energie in gestoken. Als ik een versie niet goed zou vinden, had ik ze niet op de cd gezet.” “Er was zelfs plaats voor twee cd’s, maar dat hebben we praktisch niet kunnen realiseren. Flip Kowlier was een beetje te laat. Adamo wou graag een Franse vertaling van opnemen, in navolging van zijn maar had geen tijd. Hetzelfde geldt voor An Pierlé en Francis Cabrel.” De cd toont dat Taverniers liedjes ook overeind blijven in het Engels, Frans en Duits. Of die vaststelli­ng nooit internatio­nale ambities heeft aangewakke­rd? “Ik heb zelfs geen nationale ambities”, lacht hij. “In Frankrijk is er iemand die veel van mijn liedjes vertaalt en zo aan de man probeert te brengen. Als dat gebeurt, dan gebeurt dat. Daarvoor zie ik mezelf niet de boer op gaan. Op weg naar het allerlaats­te einde moet ik gewoon in mijn atelier blijven.” Zegt de man die zich liet ontvallen dat zijn liedjes hem helpen een vrolijker mens te worden. “Dat moet ik in een vreemde bui hebben gezegd”, merkt Tavernier nu op. “Ik ben een vrolijke jongen en vind mijn nummers niet intreurig. Geen enkel lied kan zo treurig zijn als het leven zelve, maar ook niet zo vrolijk. We kunnen alleen maar in de ziel kijken en iets naar bovenhalen. Ik denk dat ik met mijn nummers mensen blij maak. Misschien trekken die ergens een mistgordij­n weg dat hen wordt voorgehoud­en.”

De eerste sneeuw

Tombe la neige,

GUNTER JACOBS ker en Anders Reizen stellen zondag hun alternatie­ve reisformul­es voor in het Mechelse Lamotcentr­um (11-18u). U kan de reisbegele­iders spreken of een algemene reisvoorst­elling bijwonen. * in Fort V in Edegem kunnen reizigers met een boon voor het oosten zondag (1418u) proeven van het aanbod van Anubhuti. Deze Belgische reisorgani­satie biedt comfortabe­le reizen met een lokale beleving aan naar onder meer India, Zuid-Afrika, Nepal, Kirgizië en Tadjikista­n.

Anubhuti Café:

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium