Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Warme julidagen kunnen oogstschade na onophoudelijke regens niet goedmaken
Hoewel vele oogsten nog moeten beginnen, worden de contouren van de schade in de landbouwsector stilaan duidelijk. Zowel de Boerenbond als onafhankelijk expert Luc Busschaert waagt zich al aan inschattingen. Voor kersen en gerst is het resultaat bekend: erbarmelijk.
GERST: tot 40%
minder
Voor gerst – zeer sterk in Limburg, marginaal in Antwerpen – is de oogst achter de rug. “De opbrengst ligt zo’n 30% tot 40% lager en wat is geoogst is van mindere kwaliteit”, meent François Huyghe (Boerenbond). “In één woord: erbarmelijk”, vat Luc Busschaert samen. “Een complete verliesteelt. Zeker voor brouwwaardige gerst valt het grotendeels tegen. De brouwgerst is eigenlijk alleen goed voor veevoeder.”
KERSEN: tot 45% oogst
verloren
De kersen dan. Ook daar zitten beide specialisten op dezelfde golflengte. “De oogst is duidelijk tegengevallen, zeker de vroegste soorten. Vele kersen zijn rot”, meent Huyghe. Busschaert plakt er een cijfer op: “De late pluk is beter dan de vroege maar ik schat dat in totaliteit 40% tot 45% van de oogst verloren is of niet de normale kwaliteit haalt.”
TARWE:
tot 25% minder
De tarweoogst is nog maar begonnen. “Die schijnt tegen te vallen, zij het dat de eerst geoogste tarwe meestal van minder goede gronden komt”, relativeert Huyghe. “De oogst van de wintertarwe begint dezer dagen”, stipt Busschaert aan. “Net zoals voor gerst heb je daar minstens 8 ton per hectare nodig om uit de kosten te geraken. Ik verwacht eerder 6 tot 6,5 ton voor de gerst en 6 tot 8,5 ton voor de tarwe en wat geoogst wordt, zal van lagere kwaliteit zijn.”
MAÏS: tot 20% minder
voederwaarde
Je moet geen expert zijn om zowel in het Waasland als in de Kempen te zien dat de maïs zeer ongelijk groeit. Op sommige percelen staan de planten gezond, meer dan manshoog. Elders staan ze er gelig bij, amper een meter hoog. “Klopt”, bevestigt François Huyghe. “De opbrengst zal zeer onregelmatig zijn. Op sommige plaatsen heeft de plant zich met het goede weer herpakt en zijn er goeie scheuten gekomen. Op andere plaatsen komt de maïs vrijwel niet van de grond. Het resultaat valt zeer moeilijk in te schatten. Het verschilt niet alleen van streek tot streek maar zelfs van perceel tot perceel. Vele planten zijn geel omdat de wortels te lang
in het water hebben gestaan. Elders zijn de bladeren zelfs blauwpaars. Dat wijst op fosforgebrek omdat de voedingsstoffen door de regens zijn uitgespoeld.”
Ook Luc Busschaert heeft het over het feit dat “de maïs de voorbije warmere weken zeker groeistoten heeft gekregen. Overal is pluimvorming (de aar) bezig. Maïs kan tegen veel maar niet tegen te lang in het water staan en tegen koude tijdens de groei. Juni was vaak te koud. Het is nog veel te vroeg om de verwachte opbrengst te ramen, maar op vele percelen zal de opbrengst lager liggen en zal de voederwaarde van wat geoogst wordt 10% tot 20% minder zijn.” AARDAPPELEN: tot 15% minder
productie Aardappelen bieden een vrijwel
identiek beeld als maïs en is het te vroeg om er een resultaat op te kleven, meent François Huyghe. “Ook hier heb je een zeer grote onregelmatigheid met percelen waarvan grote stukken zijn weggerot en delen niet.”
Zijn collega Busschaert schat de productieverliezen “op zowat 15%. In Middenwest-Vlaanderen en het Leuvense is nu de oogst van de primeuraardappelen begonnen. Om uit de kosten te komen, heb je daar zo’n 35 ton per hectare nodig. Ik hoor dat het amper 20 ton wordt. Aan de ene kant is de geteelde oppervlakte dit jaar met 12% gestegen maar ik schat dat de productie 15% lager zal liggen. De industrie is zenuwachtig, maar de beroepsvereniging Belgapom houdt de prijzen stabiel.” APPELEN en PEREN: lichtpuntjes (behalve waar
het hagelde)
Beter wordt wellicht de oogst van appelen en peren. Volgens Luc Busschaert (Agripress) zal de oogst meevallen... althans waar het niet gehageld heeft. “Waar het wel hagelde, zoals het afgelopen weekend in Limburg, zal een zeer groot deel van het fruit gedeukt zijn. Waar het hagelde denk ik dat tot 80% van de oogst getroffen kan zijn. Duidelijk is dat de beschermsystemen – bv. netten – steviger zullen moeten worden gemaakt. Dus nog eens kosten.”