Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Moet Trump leiders van Europa kennen?
N og één nacht slapen en Donald Trump is de leider van de vrije wereld. Na veel woorden kan de vastgoedmagnaat, tv-vedette en meester-twitteraar nu ook in daden de olifant in de porseleinkast beginnen uithangen. Dat is voor een weldenkend mens genoeg reden om zich zorgen te maken, maar bij de Europese Unie vonden ze natuurlijk dat het nog wel wat erger kon.
Net nu de Europese Unie de grootste bestaanscrisis ooit beleeft, net nu Trump duidelijk heeft gemaakt dat hij weinig op heeft met “dit vehikel van Duitsland” (wat een verschil met zijn grote respect voor Poetin), net nu de geopolitieke verhoudingen in de wereld verschuiven als gevolg van de brutale keuzes van de nieuwe president, net nu slaagt het Europees Parlement erin om van de verkiezing van zijn nieuwe voorzitter een cynische soap te maken. Met onderhandelingen in achterkamertjes, met veel wendingen en weer nieuwe, uit opportunisme geboren bondgenootschappen, met een parlement waarin het linkse en rechtse blok nu gevaarlijk verdeeld achterblijven en, ten slotte, met een zeer omstreden figuur als nieuwe voorzitter.
Antonio Tajani wordt in De Volkskrant door bronnen die hem kennen omschreven als “een Italiaanse boef, behendig in de omgang met mensen, goed met woorden en vol met streken”. Hij was ooit woordvoerder van Berlusconi, riep in 1996 op om homoseksuele koppels het recht op kinderen te verbieden, en kende later als eurocommissaris volgens medewerkers zijn dossiers niet. Hij zou ook op de hoogte zijn geweest van de sjoemelsoftware van Volkswagen.
Om deze redenen hebben de Nederlandse liberalen van D66 zelfs blanco gestemd, al was Guy Verhofstadt, hun fractieleider in het parlement, zo ongeveer de architect van de finale deal. De afkeer van de Nederlanders voor de schimmige Italiaanse figuur was te groot. Wat ook gezegd kan worden over het even listige als opportunistische optreden van Verhofstadt, het naakte feit blijft dat na Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Europese Commissie, en Donald Tusk, voorzitter van de Europese Raad, opnieuw een weinig inspirerende figuur naar voren komt op het Europese toneel. Zeker Juncker was ook al zo’n twijfelachtige aanstelling, niet gekozen vanwege zijn kwaliteiten, maar als consensusfiguur.
Donald Trump zei een paar dagen geleden in een interview dat hij na zijn verkiezing een goed gesprek had gehad met de baas van de Europese Unie. “Was dat met Juncker?”, vroegen de journalisten. “Ja”, zei Trump. Later bleek dat het Donald Tusk was geweest. Ach ja, waarom zou hij ze ook moeten kennen?