Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Midden-Italië blijft maar beven
CentraalItalië is nog maar eens getroffen door drie grote aardbevingen. Met voorlopig slechts één dode en beperkte schade viel het al bij al nog mee. De Italianen zijn immers voorbereid: seismologen registreerden sinds 24 augustus gemiddeld om de vier minuten een schok.
De bewoners van Centraal-Italië krijgen de kans niet om hun huizen te herstellen, laat staan om de verwoestende aardbevingen te vergeten. Woensdagmorgen moesten ze opnieuw dekking zoeken, voor drie relatief zware bevingen, de zwaarste met een kracht van 5,7 op de schaal van Richter, die overal gevoeld werden in de regio’s Lazio, Abruzzo en Marche, en die tot nu toe één dodelijk slachtoffer eisten.
Het epicentrum lag op zo’n 7 kilometer van Amatrice, het dorp dat in augustus vorig jaar grotendeels van de kaart geveegd werd door een beving, met 297 dodelijke slachtoffers. De aardbevingen waren honderden kilometers ver voelbaar, tot in hartje Rome (100 km) en zelfs in Firenze (300 km). Het stadsbestuur van Rome was er helemaal niet gerust in en liet de metro en sommige openbare gebouwen tijdelijk sluiten om ze op hun stabiliteit te controleren. In veel dorpen en steden werden de afgelopen maanden uit voorzorg al heel wat onveilige gebouwen gesloopt.
Sinds de zware beving in Amatrice is de aarde geen dag meer rustig gebleven. Seismologen telden intussen al 45.000 naschokken en het einde van die ‘aardbevingsstorm’ lijkt nog niet in zicht. Volgens directeur Paola Messina van het Italiaanse instituut voor geologie kan niemand voorspellen of en wanneer er nieuwe schokken komen. Vooral omdat elke schok nieuwe bevingen uitlokt. De oorzaak van het gerommel is een complexe combinatie van aardplaten die druk op elkaar uitoefenen. En ook de vele breuklijnen die door de Apennijnen lopen, bemoeilijken de berekeningen.