Gazet van Antwerpen Stad en Rand
”Ik leef nu voor mijn sport, ik heb amper gefeest”
927 dagen. Zolang was het geleden dat Guillaume Van Keirsbulck een koers won. Toen was het in de Eneco Tour bij het grote QuickStep. Nu is het onder de waakzame ogen van Hilaire Van Der Schueren, trainer Marc Lamberts en vriendin Julie. “Dit krijg je als je meer traint en minder feest. Ik heb eindelijk de klik gemaakt. Deze ploeg gelooft in mij en geeft mij kansen.”
Mistroostig. Zo leek de 49e editie van de GP Le Samyn de geschiedenisboeken in te gaan. De internationale en de meeste nationale toppers hadden geen zin in de kasseien van de Borinage en ook de zon nam een dag ‘congé’. De laatste drie uur regende het pijpenstelen. Een halfuur voor het einde stonden amper 100 toeschouwers kou te kleumen aan de aankomst van de Waalse openingskoers. Alle respect voor Alex Kirsch, maar had de 24-jarige Luxemburger de sprint gewonnen, had er geen Waalse haan naar gekraaid.
Manke vergelijking met Boonen
Even mistroostig leek de wielercarrière van Guillaume Van Keirsbulck te verlopen. Na die twee klasseflitsen in 2014 met de eindzege in de Driedaagse De Panne-Koksijde en de slotrit van de Eneco Tour bleef het stil rond de kleinzoon van ex-wereldkampioen Benoni Beheyt. Enkel in de medische bulletins: hernia en maagproblemen, in kritische uitlatingen van Patrick Lefevere en op de Extra Time-pagina kwam zijn naam nog voor.
Maar in het even mistroostige stadje Dour zagen we de wedergeboorte van een klasbak. De klasbak die van Lefevere, een vriend des huizes, al op zijn negentiende een profcontract kreeg. Dezelfde klasbak die in 2009 met overmacht Parijs - Roubaix voor juniores won. Drie uur later pakte Tom Boonen zijn derde kassei bij de profs. Het begin van een manke vergelijking. Dezelfde lengte, dezelfde stijl, dezelfde motor, maar (nog) niet hetzelfde karakter en werkethiek. ‘Julio’ is geen bijnaam voor iemand die nooit de bloemetjes buitenzet.
De wilde jaren lijken nu voorbij. Sinds anderhalf jaar heeft de nog altijd maar 26-jarige posterboy uit Varsenare een relatie met Julie. “Ik heb nu een vriendin die mij echt steunt en mij helpt te leven voor mijn sport. Ik heb de afgelopen winter nauwelijks gefeest.” Zijn gewijzigde burgerlijke staat is niet de enige succesvolle wijziging in zijn leven. Sinds het najaar van 2016 werkt hij samen met Marc Lamberts, ook trainer van Wout van Aert en Jurgen Van den Broeck. “Guillaume is een enorm talent, maar iemand die je elke dag achter de veren moet zitten. Wanneer hij een training verwaarloost, geef ik hem op zijn donder. Tegenwoordig werkt hij toch al 95 procent van zijn trainingen af zoals het hoort.”
En sinds 1 januari rijdt hij eindelijk onder de vleugels van Hilaire Van Der Schueren. “Het beste is dat hij constant koerst, dan weet je dat hij getraind heeft. In de Ronde van Algarve trainden we na een rit van 200 km nog 60 km bij. Die jongen krijg je gewoon niet moe”, aldus de ploegleider van Wanty-Groupe Gobert. Van Keirsbulck had al veel vroeger voor de 69jarige ploegleider uit Atembeke kunnen rijden. “Toen ik prof kon worden, had Hilaire met Vacansoleil ook interesse. Maar ook het grote Quick-Step kwam op de proppen. De keuze was snel gemaakt.”
Zelden eigen kans
Na zes jaar verliet Van Keirsbulck QuickStep. Alsof hij de criticasters het zwijgen wilde opleggen, reed hij over de meet met de wijsvinger op de lippen. Iljo Keisse, die als derde eindigde, was ontgoocheld dat hij naast de zege greep, maar was wel blij voor zijn gewezen ploegmaat. “Het was hoog tijd dat hij die klik maakte om voor zijn vak te leven. Ik heb hem de voorbije jaren vaak aan de oren getrokken. Maar het was moeilijk om tot hem door te dringen. Hij is een super goede coureur met veel talent, die er nog niets heeft uitgehaald. Hij moest dit soort koersen al vijf jaar aan een stuk hebben gewonnen.”
“Ik heb mij bij Quick-Step altijd goed geamuseerd”, bekent Van Keirsbulck. “Maar ik heb er zelden een eigen kans gekregen. Bij de jeugd won ik veel en wanneer je dan bij de profs steeds van in het begin van de koers op kop moet rijden, ebt de motivatie weg. Hier bij Wanty-Groupe Gobert krijg ik die kansen wel. En met Hilaire heb ik iemand die mij vertrouwen geeft. Ik ben misschien twee jaar te lang bij Quick-Step gebleven. Ik moest vroeger de switch hebben gemaakt om voor eigen rekening te rijden.”
Vorig jaar behaalde Van Der Schueren zijn eerste zege in de Amstel Gold Race met Gasparotto. Een monument, maar ook deze eerste seizoenzege is van grote waarde. Het parcours van de Waalse openingsklassieker ligt op het grondgebied van sponsors Wanty en Groupe Gobert. Het is misschien daarom dat Van Der Schueren even lyrisch was. “Deze zege is geen eindpunt. Ik heb met Guillaume nog grootse plannen. Dan spreek ik ook over de Ronde van Vlaanderen en Roubaix.”
Trainer Lamberts – niet verlegen om een straffe uitspraak – predikt echter rust. “Ik kan enkel zeggen dat hij nog niet op zijn top is.” Ook Van Keirsbulck gaat niet mee in de euforie. “Ik heb inderdaad nog progressiemarge. Maar op de grote klassiekers wil ik nog niet mikken. Ik zit vooral met De PanneKoksijde en Dwars door Vlaanderen in mijn hoofd. Ik ben ook blij dat ik in juli mijn eerste Tour mag rijden.”