Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Het leek een scène uit Apocalypse Now”
Dertig jaar geleden kapseisde Herald of Free Enterprise voor de kust van
Wat een overtocht van een uurtje moest worden na een dagje uit in ons land, draaide voor de opvarenden van de Herald of Free Enterprise uit op een vreselijke nachtmerrie. Amper één kilometer buiten de haven van Zeebrugge kapseisde het gigantische schip in de Noordzee. Bijna 200 mensen lieten het leven. De Herald zonk omdat de voorste boegdeuren niet waren dichtgemaakt en het water ongemerkt de vrachtruimte kon binnenstromen.
Vrijdagavond 6 maart 1987. De Herald of Free Enterprise ligt in de haven van Zeebrugge en maakt zich klaar voor een overtocht naar Dover. 80 bemanningsleden en 463 passagiers checken in. 81 auto’s, 47 vrachtwagens en 3 bussen rijden in de buik van de immense ferry om naar Engeland te worden getransporteerd. Onder de passagiers waren veel Engelsen die hadden deelgenomen aan een wedstrijd van de krant The Sun. Zij konden de overtocht op de Noordzee daardoor voor één pond maken. Normaal gezien had de Herald om 19u moeten vertrekken, maar omdat het inchecken wat vertraging had opgelopen, verliet het schip pas enkele minuten later de haven van Zeebrugge. Maar op dat moment waren de ballasttanks nog niet helemaal leeggepompt en, veel erger, de voorste boegdeuren nog niet afgesloten. De man die daarvoor instond, lag op dat ogenblik te slapen in zijn kajuit. Al heel snel liep het grondig mis. Ongemerkt gulpte het water via de openstaande boegdeuren de vrachtruimte binnen en vulde de buik van het schip. Door de bewegingen van de Noordzee klotste het water van links naar rechts in het laagste ruim, waardoor de auto’s en vrachtwagens in beweging kwamen. Tot alles naar één kant werd geschoven. Door die gewichtsverplaatsing maakte de Herald, die ruim 130 meter lang was en 80.000 ton woog, slagzij. Amper één kilometer buiten de haven van Zeebrugge.
Geen mayday
In enkele seconden stroomde het ijskoude Noordzeewater het schip binnen. Er ontstond paniek. Dat niemand nog de tijd had om reddingsvesten aan te trekken en dat er vanop de brug zelfs geen may day werd uitgezonden, bewijst dat alles razendsnel ging. De opvarenden van een baggerschip in de buurt zagen hoe de lichten van de Herald plots doofden en zetten koers naar het gekapseisde schip. Onmiddellijk werd er groot alarm geslagen. Boten die in de buurt waren, zakten af richting Herald en vingen overlevenden op. Reddingswerkers en eenheden van de zeemacht, die die avond een grootscheepse oefening op de Noordzee hielden, snelden ter plaatse om hulp te bieden.
Vanuit Burcht
Omdat er vooral nood was aan duikers, werden ook de gevechtsduikers van de elfde genie van de legerbasis in Burcht opgeroepen. Eén van hen was Nick Van Vossel (54). “Ik was die avond thuis en kreeg telefoon dat ik me dringend naar de kazerne moest begeven. Dat er zich een scheepsramp had voorgedaan op de Noordzee. En er werd bijverteld dat het niet om een oefening ging”, herinnert Nick zich. “Ik ben op mijn motorfiets gesprongen en naar Burcht gereden. Daar heb ik mijn collega’s één voor één opgebeld met de vraag om naar de kazerne te komen. Een van hen werd zelfs door de rijkswacht verwittigd in een dancing. In 1987 bestonden er nog geen gsm’s en hadden we alleen de vaste telefoon om iemand te kunnen bereiken.” Twaalf manschappen vertrokken vanuit Burcht met de Puma-helikopter naar Zeebrugge. “Daar moesten we overstappen in de Seaking. Die vloog met ons naar de gekapseisde Herald. We lieten ons op de romp zakken en gingen op zoek naar mogelijke overlevenden. Ik herinner me dat er van alles ronddreef in het water. Heel veel sinaasappelen ( afkomstig uit een vrachtwagen, red.) maar ook kleren, meubilair, brokstukken en stukken glas. En op de muren hing er bloed.”
Geen overlevenden
“Overlevenden hebben we niet gevonden. Alleen maar lichamen. Heel wat opvarenden zaten als ratten in de val. Een uitweg naar hoger gelegen delen van het schip vonden ze niet. Dat was ook niet eenvoudig, want het schip lag op zijn zij.” “De ramp met de Herald zal me altijd bijblijven. Minstens 193 mensen die het niet overleefd hebben... Maar het hadden er misschien nog veel meer geweest moest de hulpactie niet zo snel op gang zijn gekomen. Ik herinner me dat het die avond enorm koud was. De overlevingskans in ijskoud water – de temperatuur van het Noordzeewater bedroeg die avond amper drie graden – is niet zo groot als je er even in ligt.” Ook gewezen VRT-journalist Reddy De Mey (72) volgde de ramp wekenlang van dichtbij. “Die zesde maart was ik een hele dag in Zeebrugge geweest voor een reportage over windmolens. Na de opnames ben ik naar de VRT gereden, en toen ik ’s avonds terugkeerde naar huis zei mijn vrouw dat er iets gebeurd was op de Noordzee. Pas toen ik in Zeebrugge arriveerde, kreeg ik te horen wat er gebeurd was. Een ramp met heel veel slachtoffers”, vertelt De Mey. De tv-journalist slaagde erin om met zijn cameraman aan boord te geraken van een sleepboot die naar het gekapseisde schip vertrok om slachtoffers op te halen. “Omdat ik de schipper kende, mochten we meevaren. Eenmaal aan de Herald aangekomen, riep ik naar een van de reddingswerkers of hij naar beneden wou komen voor een interviewtje. Die man riep dat wij maar naar boven moesten komen. Met de touwen waarmee ze ook lijken van boord haalden. Luttele ogenblikken later stonden mijn cameraman en ik op de romp van de Herald en zagen we hoe iedereen koortsachtig op zoek was naar mensen. We konden zelfs naar binnen kijken en de ravage in het schip aanschouwen.” Uiteindelijk werden De Mey en zijn cameraman weggestuurd door Britse reddingswerkers en zat er niets anders op dan terug te varen naar Zeebrugge. “Op de sleepboot die ons terugbracht lagen tientallen lijken, amper bedekt met een deken. Wij stonden er gewoon naast. Het was onwezenlijk. Maar we hadden geen tijd om er bij stil te staan. We leefden op adrenaline. We moesten een reportage over de ramp in mekaar boksen.”
Helikopters met lichten
“De beelden die mij het meest bijblijven van de scheepsramp, zijn die van de helikopters die boven de Herald vlogen. Met van die indrukwekkende zoeklichten. Dat was ook de enige verlichting die er was. Het leek wel een scène uit Apocalypse Now. Maar ook de manier waarop de hulpverleners met mekaar samenwerkten, zonder dat ze mekaar kenden of zelfs maar elkaars taal spraken, is iets wat ik nooit zal vergeten”, aldus De Mey. “6 maart is nu voor mij een soort herdenkingsdag. Veel mensen spreken me zelfs vandaag nog aan over de ramp. Ook al maakte ik nog honderden andere reportages. Het lijkt wel alsof ze zich mij alleen nog van de Herald herinneren...”
Zandbank
“Er zijn veel slachtoffers gevallen op de Herald: 193. En tot op de dag van vandaag zijn er nog steeds twee vermisten: een volwassene en een kind. En toch is het een klein wonder dat er niet nog meer doden vallen te betreuren. Dat is vooral te danken aan de zandbank waarop de Herald is terechtgekomen. Die zorgde ervoor dat het schip niet helemaal gezonken is, en dat er nog 350 mensen zijn gered.” De Herald of Free Enterprise bleef een maand in de Noordzee liggen vooraleer de berging begon. Dat werd een gigantische operatie die 7,5 miljoen euro kostte en waarbij een honderdtal mensen betrokken waren. Zelfs tijdens de berging werden nog lichamen die vastzaten in het slijk uit het scheepswrak gehaald. Achteraf werd de Herald nog even opgeknapt en deed de ferry nog korte tijd dienst als veerboot in het Verre Oosten. De naam werd wel veranderd in Flushing Range. In 1988 werd het schip gesloopt in Taiwan. De ramp kwam in 1990 voor een Engelse rechtbank, maar alle beklaagden werden vrijgesproken.
NICK VAN VOSSEL
Gewezen duiker
‘‘De ramp zal me altijd bijblijven. Minstens 193 mensen die het niet overleefd hebben... Maar het hadden er misschien nog veel meer geweest moest de hulpactie niet zo snel op gang zijn gekomen.’’
REDDY DE MEY
Gewezen journalist VRT
‘‘Mensen spreken me zelfs vandaag nog aan over de ramp. Ook al maakte ik nog honderden andere reportages. Het lijkt wel alsof ze zich mij alleen nog van de Herald herinneren.’’