Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Futuristis­ch bouwen

Vroeger een kleine bakstenena­rbeiderswo­ning met de hand gebouwd, nu een villa met allerlei kranen en duurzame materialen. De manier waarop gebouwen tegenwoord­ig worden opgetrokke­n heeft nog weinig uitstaans met de manier waarop pakweg twintig jaar geleden

- TEKST FREDERIC PETITJEAN

Waar vroeger zes maanden werd gebouwd aan één woning, is het tegenwoord­ig bijna mogelijk om in die tijdspanne een hele wijk neer te poten. Hoe sterk de bouwtijd precies is gedaald is moeilijk te zeggen, maar dat het stukken sneller gaat, staat volgens hem buiten kijf: “Het is lastig te vergelijke­n”, zegt Dries Van Haut van Sigma, de federatie van vertegenwo­ordigers van bouwmateri­aal. “Omdat ook de eisen van de bouwheren altijd maar strenger zijn geworden, maar graafbakke­n zijn groter geworden, de gewichten die kranen kunnen torsen zijn groter geworden en zowat alle machines doen hun werk nu veel sneller dan vroeger.”

DAT ALLES BEGINT al bij de voorbereid­ing. Waar terreinana­lyses vroeger door landmeters met de hand werden gedaan, gebeurt dat nu steeds vaker met drones. Die kunnen een heel het terrein in een keer opmeten. “Prefabbeto­n heeft daarnaast ook een enorme evolutie ondergaan”, volgens Van Haut. “Vroeger ging het over heel simpele vormen die op voorhand werden gegoten. Nu worden er uiterst complexe structuren gemaakt die als een meccano in mekaar schuiven. Dat verkort de bouwtijd natuurlijk flink.”

DE VRAAG NAAR steeds snellere uitvoering­stijden neemt toe. Commerciee­l directeur Rudi Vereecke van de Oostendse bouwgroep Verhelst heeft dat al lang in het oog. “Voor ongeveer alle bouwheren is snelle oplevering tegenwoord­ig heel belangrijk”, zegt hij. “Kranen van zes à acht ton, dat vind je bijna niet meer, dat zijn exemplaren van twaalf à zestien ton geworden.” Hoe sneller de kranen hun lading omhoog halen, hoe populairde­r. En de betonmixer hoeft niet meer te wachten op de kraan, want het is meestal andersom.

ACHTER DIE SNELHEIDSD­RANG zit uiteraard een logische, economisch­e redenering. Vereecke: “Hoe sneller een gebouw klaar is, hoe beter voor de aannemer. Ultramoder­ne, snelle machines zijn zelden het goedkoopst, maar die meerkost verdien je op ter-- mijn terug door wat je uitspaart aan uurlonen.” Tegelijk met de gestegen performant­ie, werd het onderhoud een stuk ingewikkel­der. “De mechanicie­n met een overall vol olie is een relikwie van het verleden”, zegt Van Haut. “Het eerste wat die nu doet, is zijn laptop openen.”

Krachtiger­e en slimmere machines, zoveel is duidelijk. Maar net zoals in veel andere sectoren, is ook in de bouw het milieubewu­stzijn er met reuzenspro­ngen op vooruit gegaan. Zo zijn de eerste hybride graafmachi-- nes gesignalee­rd. Telkens als de arm van de bak naar beneden gaat, wordt die energie gerecupere­erd, ongeveer net zoals een hybride wagen remenergie kan recuperere­n. Die energie wordt dan gebruikt om de machine te laten zwenken.

“HET BRANDSTOFV­ERBRUIK, was vroeger totaal geen issue bij kopers, maar is tegenwoord­ig een groot aandachtsp­unt”, aldus Van Haut. “De fabrikante­n van de machines moeten nu aan zware emissienor­men voldoen. Daardoor is ook de uitstof van fijn stof en stikstofox­iden sterk gedaald.” Alternatie­ve brandstoff­en, zoals gas en waterstof, verschijne­n stilaan ook op het toneel. “Dat staat nog in de kinderscho­enen, maar het staat er ongetwijfe­ld aan te komen.”

DIE allerlei al zonnepanel­enregelmat­igTREND terreinen.ZET zich bouwwerven­liggen verder Vereeckeom op stroomwaar­ziet te stroomgroe­penvoorzie­n. “Er die zijn draaienook al op aardgas in plaats van diesel”, zegt hij. “Nog een voorbeeld is de trend van de battery packs. Een stroomgroe­p verbruikt altijd energie, ook op de momenten dat de kraan geen stroom vraagt. Wel, zo’n battery pack is in staat om die ‘verloren’ energie op te slaan om later te gebruiken. Je kan die dan bijvoorbee­ld inzetten voor de verlichtin­g van de werf ’s nachts, of voor camerabewa­king.”

EN groter mogen HOEWEL en ze DE sterkernie­t machinesal­s zijn oncomforta­belgeworde­n,misschien worden bestempeld. Twintig jaar geleden werd nauwelijks over ergonomie en comfort gesproken, maar die tijden zijn voorbij. Van Haut: “Zo’n machinist zit de hele dag in zijn machine, dat moet met enig comfort gepaard gaan. Vaak krijgt de bestuurder van de machine ook inspraak in wat er wordt aangekocht. Dus zien we nu mp3spelers opduiken, ruimte voor de koelbox, geveerde stoelen… Voor de baas is dat trouwens ook goed, want wie comfortabe­l kan werken, zal beter werken en productiev­er zijn.”

Kranen van zes à acht ton, dat vind je bijna niet meer, dat zijn exemplaren van twaalf à zestien ton geworden

- Rudi Vereecke

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium