Boonen mist leiderstrui met 17 seconden...

Hoezo Tom Boonen (36) zou het moeilijk hebben om aan te klampen? In de ploegentijdrit kwam hij gewoon als eerste QuickStep-renner over de meet. In een zeer sterke tijd bovendien: 23 minuten en 37 seconden voor 22,7 kilometer. Daarmee ging Quick-Step Floors op hetzelfde parcours een eind sneller dan vorig jaar, toen met hardrijders Tony Martin en Yves Lampaert in de Tirreno-ploeg.

Boonen en ploegmaats – als achtste vertrokken – klokten de snelste tijd en volgden nagelbijtend het vervolg van de race vanuit de zogenaamde hot seat. Ploegleider Rik Van Slycke schatte de prestatie van zijn team hoog in: “Het was fenomenaal om te zien. Nog nooit heb ik een groep renners zo rap zien rijden. De bochten die we vooraf hadden aangeduid als technisch, zijn we perfect doorgekomen. Nergens hebben we seconden laten liggen. Maar of we ook winnen? Ik vrees voor BMC.”

Die vrees bleek uiteindelijk gegrond: onder impuls van Rohan Dennis en Tejay van Garderen deed het Amerikaanse team nog eens 17 seconden af van de tijd van QuickStep Floors. Zo mocht niet Tom Boonen, maar wel thuisrijder Damiano Caruso de blauwe leiderstrui aantrekken. “Het was goed, maar we waren gewoon niet snel genoeg”, stelde Boonen vast. “Ik voelde het onderweg, ik zat iets te gemakkelijk in de wielen. Dat is mijn ervaring in een ploegentijdrit: als je niet kotsend over de meet komt, dan is het doorgaans niet goed genoeg.” (lacht)

Toch was de prestatie van het team in het algemeen en van Boonen in het bijzonder zeker een opsteker. Rik Van Slycke noemde hem “een van de sterkhouders onderweg”. Boonen zelf was naar eigen zeggen niet zo verrast over zijn sterke optreden: “Kuurne ligt al bijna tien dagen achter ons, dan heb je al wat tijd om te herstellen. Ik ben wel drie dagen echt ziek geweest, maar mijn grote geluk is dat ik voor het openingsweekend al heel veel heb gedaan. Ik heb de Tirreno zeker nog nodig om echt klaar te zijn, maar zonder die ziekte was dat niet anders geweest.”

FOTO BELGA