Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Van Veen speelt magnum opus
Bijna 200 albums, 26 dvd’s en 80 boeken. Herman van Veen (71) ventileert zijn veelzijdigheid via verschillende kanalen, al is er maar één plek waar hij écht schittert: het theater. Zijn nieuwe voorstelling – dit weekend te zien in de Arenbergschouwburg – is van een zeldzame schoonheid.
Zonder ouverture, maar met de deur in huis, alsof hij elke seconde in het gezelschap van zijn Vlaamse fans dankbaar wil benutten: zo opent Herman van Veen zijn titelloze zaalshow. Het is de start van een bijna drie uur lange oefening in uitersten: het ene moment clownesk, vrolijk zigzaggend tussen zijn bandleden, het andere doodernstig en streng voor de excessen die de wereld in hun greep houden. Homohaat en Donald Trump, om er maar twee te noemen. Soms klinkt het poëtisch en gestructureerd, vaak ook gekscherend en op het schijnbaar improviserende af.
Het openingslied over de vele dilemma’s in een mensenleven gaat met een geestig bruggetje over in De voorkant, een nummer over borsten en het feit dat meisjes nooit weten hoe ze zullen evolueren. “Worden het appels of peren?” Langs de neus weg biecht de cabaretier op dat hij ooit verliefd werd op een tiener met een groene boezem. “Dat werd helaas niets. Mooie meisjes duren niet lang.”
Sinds het overlijden van pianist Erik van der Wurff, jarenlang zijn compagnon de route, is ook de dood als thema nooit ver weg. Het verlies heeft krassen gemaakt in de ziel van van Veen, maar de humor zalft. “Wat komt er na de dood?”, vroeg zijn grootmoeder hem ooit. “De rekeningen.”
Met ingetogen stem zingt en praat hij over de mensen die hem ontvallen zijn, en blikt hij terug op de jaren vijftig. De melancholische ondertoon geeft de voorstelling een beklemmende dimensie, al maakt hij zich ook hier met een geintje uit de voeten. “Wat is een telegram? Een e-mail op een fiets.”
Van Que sera sera en Tutti Frutti over een fragment uit Repelsteeltje tot een anekdote over die ene keer dat hij zijn geslachtsdelen moest laten scheren en zijn jongeheer ‘onrustig werd’: wat hij ook zegt of doet, de zaal spint van plezier. Van Veen komt met alles weg, speelse covers én erecties.
Meer dan ooit geeft hij een forum aan de mensen die hem omringen: Kees Dijkstra en Edith Leerkes op gitaar, Jannemien Cnossen op viool en Yordi Petit aan de drums, muzikanten die thuishoren in de hoogste liga. Beter dan wat dit Nederlandse vijftal – van Veen incluis – ervan maakt, wordt het wellicht nooit.
Op 10 en 11/03 (20.15u) en verder tot 31/03 in de Antwerpse Arenbergschouwburg. www.arenbergschouwburg.be