Stoffel Vandoorne tussen twee vuren

Stoffel Vandoorne heeft er zijn laatste testdag voor de start van het F1seizoen opzitten. De WestVlaming zette zijn snelste tijd van beide testweken neer, maar dat was slechts een pleister op een houten been. De McLarenHonda stond immers opnieuw lange tijd stil. Vandoorne zette uiteindelijk de zevende chrono neer.

Elektrische problemen waren het deze keer, heette het via de officiële spreekbuizen. Niemand die er nog veel belang aan hechtte. De McLaren-Honda is immers de miskleun van de testweken in Barcelona. Dat is het harde, maar enige mogelijke verdict.

Die tegenvallende prestaties beginnen nu ook Fernando Alonso op de zenuwen te werken. “We hebben maar één probleem: de motor”, stelde de tweevoudige wereldkampioen in Barcelona. “Niet betrouwbaar, geen vermogen. Op het rechte stuk zijn we dertig per uur trager dan de rest. Op élk recht stuk. Zo kan je de wagen niet aanvoelen zoals het hoort.”

De Spanjaard kwam ook nog even terug op het probleem dat hem op de allereerste dag aan de kant hield. Een fout ontwerp van het oliereservoir was toen de oorzaak. “Een beginnersfout”, stelde Alonso hard. “Dat mag op dit niveau niet voorkomen.”

Neutrale houding

De Spanjaard verwoordde zo de gevoelens van nogal wat topmensen bij McLaren. Teammanager Eric Boullier had gisteren samen met Yusuke Hasegawa, hoofd F1 bij Honda, een persconferentie moeten geven. Maar die werd op het laatste moment afgeblazen, net nadat de bolide van Vandoorne nog maar eens was stilgevallen. Een bron dicht bij McLaren stelde dat de Fransman ongetwijfeld geen zin had om onder vuur te worden genomen voor een probleem dat door Honda wordt gecreëerd. En Hasegawa voelde er nadien allicht weinig voor om de confrontatie met de pers op zijn eentje aan te gaan. Dus bleven de microfoons dicht.

Heibel tussen McLaren en Honda dus, en het lijkt elke dag erger te worden. Nu ook Alonso met een beschuldigende vinger begint te wijzen, is Stoffel Vandoorne de enige die de kerk in het midden probeert te houden. “We hebben allebei nog heel wat werk voor de boeg, zowel bij McLaren als bij Honda”, neemt de West-Vlaming een neutrale houding aan. En eigenlijk kan niemand hem dat verwijten. Zijn uitspraken zorgen niet voor ronkende titels, maar het is niet aan een jonge kerel met één Grand Prix achter de kiezen om hard op tafel te slaan.

Neen, dat initiatief moet worden genomen door de leiding van McLaren. De vraag kan worden gesteld of teammanager Eric Boullier en nieuwe directeur Zak Brown genoeg gewicht in de schaal kunnen werpen om die scheve situatie snel recht te zetten. De vorig jaar aan de deur gezette Ron Dennis had dat allicht wel kunnen doen.