Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Het recht om een fout te maken bestaat”
Procureurgeneraal Patrick Vandenbruwaene en procureur des Konings AnneMarie Gepts over politiegeweld, de drugsoorlog en de hervorming van justitie
Het zou een interview over het nieuwe gerechtelijk jaar en de werking van justitie in de provincie Antwerpen worden, maar de actualiteit besliste daar anders over. De lokale politie werd in Borgerhout aangevallen en de federale politie luidde de alarmbel over de cocaïnesmokkel. En ook daar hebben procureurgeneraal Patrick Vandenbruwaene en procureur des Konings AnneMarie Gepts, de twee belangrijkste staande magistraten in de provincie Antwerpen, een mening over.
Laten we beginnen bij de Turnhoutsebaan. Het parket communiceerde snel toen bleek dat er wel degelijk geweld gebruikt werd tegen de agenten. Waarom? Gepts: Er werd gezegd dat de politie de waarheid niet sprak (na het incident op de Turnhoutsebaan op 1 september ontstond een wel- les-nietesspel over of de politie wel aangevallen was, red.). Wij trach- ten dan als Openbaar Ministerie de waarheid te achterhalen, dat is voor ons heel belangrijk. Zeker in zo’n delicate zaken. Dan moeten ook wij onze verantwoordelijk- heid nemen. En als er dan beel- den naar boven komen, vind ik het onze taak dat te melden. Dat is ook een signaal naar de maat- schappij en de politie, dat wij de waarheid zoeken. Een ander heet hangijzer in Antwerpen: drugs. Gerechtelijk directeur Stanny De Vlieger wil een ruimere aanpak van de cocaïnesmokkel en bijhorende problemen. Begrijpt u die kritiek? Vandenbruwaene: Wij waren aanwezig bij het overleg. Gepts: De hete aardappel wordt vaak doorgeschoven naar politie en justitie, maar er zijn ook andere partners betrokken. Ik zie dat niet echt als kritiek maar als een voorstel voor een veiligheidsbeleid waarin iedereen zijn verantwoordelijkheid opneemt.
Ondertussen woedt er een drugsoorlog in Antwerpen, met tientallen schietincidenten. Moet er dan niet automatisch een versnelling hoger geschakeld worden? Gepts: Het aantasten van de fysieke integriteit is een grens. Dat maakt het tot een absolute prioriteit voor ons. Je moet je maar eens voorstellen dat je kinderen net voorbijfietsen als er geschoten wordt. Je hoopt maar dat zo iemand niet in je wijk woont. Vandenbruwaene: Repressie moet je ook kunnen kaderen in een globale aanpak. Het is niet voldoende mensen in de gevangenis te stoppen. Als het nodig is moeten mensen van welzijnszorg mee aan tafel met justitie.
Een drugsbaron die in enkele jaren doorgegroeid is naar de top van de internationale drugshandel gaat u toch niet meer op het rechte pad krijgen met maatschappelijke zorg? Gepts: Nee, maar wij zijn het einde van de ketting. Er is een pakket aan maatregelen nodig. De cocaïnetrafiek volledig uitsluiten is een utopie, maar we moeten wel kijken wie wat kan bijdragen.
Recent werd door een drugsbende een deel van een dossier gestolen. Is het papieren dossier niet voorbijgestreefd? Gepts: Ja, want problemen zoals dit voorval zijn een gevolg van dat papieren dossier. Daarom is het digitaliseren van dossiers een absolute prioriteit. De procureur-generaal als voorzitter van het College van procureurs-generaal en ik als voorzitter van de Raad van procureurs des Konings zetten daar allebei op in. Is er een timing? Vandenbruwaene: De bouwstenen voor die digitalisering worden gelegd. De bedoeling is naar een werkelijk digitaal dossier te gaan. Maar we mogen geen stappen overslaan.
Hoort daar ook een standaardaanpak over het hele arrondissement bij: voor bepaalde misdaden overal dezelfde aanpak? Gepts: We komen inderdaad van drie ex-arrondissementen (Antwerpen, Turnhout en Mechelen werden in 2014 samengevoegd door de hervorming van justitie, red.), met een soms aparte aanpak. Bepaalde misdrijven moeten we in de toekomst overal standaard op dezelfde manier kunnen afhandelen. Het gaat om prioriteiten. Een gewapende overval staat helemaal bovenaan onze prioriteitenlijst. Daar vorderen we direct de aanhouding. Maar ook een fietsdiefstal moet een gevolg krijgen. Dat kan gaan van minnelijke schikking of bemiddeling tot snelrecht of rechtstreekse dagvaarding. Minder prioritaire feiten zijn bijvoorbeeld beledigingen en laster. Vandenbruwaene: De respons moet in overeenstemming met de zwaarte van de feiten zijn. Substituten moeten niet blindelings tewerkgaan. Welke mens zit er achter het dossier, wie zijn dader en slachtoffer? Op basis daarvan moet een onafhankelijke afweging gemaakt worden in het belang van de maatschappij.
Gepts: Per misdrijf zijn er verschillende mogelijkheden. Het mag geen bandwerk worden
maar de standaarden zijn een leidraad voor jonge magistraten.
Waarom is dan het nultolerantiebeleid voor drugs niet overal in de provincie van toepassing? Gepts: De overlastproblematiek is niet overal dezelfde. En ook de hulpverlening moet er zijn, we willen duidelijk stellen dat dat nultolerantiebeleid niet zuiver repressief is.
Wat vinden jullie van de recente kritiek van de Gentse professor criminologie Tom Decorte die een verband ziet tussen de zogenaamde ‘war on drugs’ en de recente schietincidenten in het drugsmilieu? Gepts: Ik weet niet waar hij dat haalt. Ik vind dat als professoren zoiets zeggen, het wel wetenschappelijk onderbouwd moet zijn, anders is men zomaar een theorie aan het verkondigen. Beide zaken gaan over een ander publiek. Die schietincidenten hebben te maken met de internationale georganiseerde criminaliteit, niet met de straatdealers en verslaafden. Vandenbruwaene: Wij werken iedere dag met bewijzen voor de waarheidsvinding. Een vermoeden blijft een vermoeden. Daar trekken we ook niet mee naar de rechtbank. Onze standpunten moeten gefundeerd zijn.
De gevangenissen zitten ondertussen overvol. Vorderen jullie daarom minder effectieve celstraffen? Gepts: De gevangenis als vergeethoek is niet altijd de beste oplossing. We moeten mensen een kans kunnen geven. Vandenbruwaene: De gevangenis is het ultieme remedie. Minder effectieve straffen vorderen voor minder belangrijke vergrijpen is een duidelijk gekozen optie. We moeten als vertegenwoordiger van de maatschappij het signaal geven dat het recht op een fout bestaat. Niet alles in de maatschappij moet overgecriminaliseerd worden, we moeten vermijden dat iedereen een strafblad krijgt. Gepts: Het is ook niet wenselijk alles voor de rechtbank te brengen. Er zijn verschillende andere manieren om de staat te vergoeden zodat scholen gebouwd kunnen worden of om slachtoffers te vergoeden zonder acht à tien jaar te wachten.
Jullie willen veel veranderen, zijn daar middelen voor? Gepts: Budget is inderdaad een van de grote bezorgdheden. Neem het personeelstekort. We werken al een jaar onder de 90%. Met de haven en het terrorisme erbij is dat zwaar. Vroeger werkte één iemand fulltime op terrorismedossiers. Nu zijn dat twee à drie mensen, bijgestaan door een zestal magistraten die deeltijds ook radicalisering in correctionele en jeugddossiers opvolgen. Vandenbruwaene: We hebben allebei mensen die gedetacheerd zijn, bijvoorbeeld Paul Van Tigchelt naar het OCAD. Eigenlijk zouden we daar de factuur voor moeten kunnen geven, zodat wij iemand anders kunnen betalen. Gepts: We moeten mensen met bepaalde talenten kunnen aanwerven. Ik had laatst negentien kandidaten voor magistraat, maar ik kan momenteel niemand aannemen.
In gerechtelijke kringen is veel te doen om de hervorming van het hof van assisen, waardoor steeds minder zaken voor een volksjury beslecht worden. Hoe staan jullie daartegenover? Vandenbruwaene: Assisen is een manier voor de burger om kennis te maken met de werking van justitie. Ooit werd ik na een assisenzaak aangesproken door een man wiens vrouw in de jury had gezeteld. Hij was elke dag komen kijken en zei me dat hij fier was op onze justitie. Ik vind dan ook dat we voorzichtig moeten zijn. Niet alles mag in functie van het financiële plaatje bekeken worden. Besparing is één ding, maar een goede werking van jus- titie is belangrijker. Gepts: Ik merk dat er nu al druk is om assisen terug te installeren. Zelf heb ik er ook heel veel ge- leerd als magistraat. Voor een ju- ry moet je zaken anders verwoor- den dan voor beroepsrechters.
Jullie zijn verbazend eensgezind. Jullie voorgangers Yves Liégeois en Herman Dams hadden het moeilijker om samen door een deur te kunnen. Zijn die problemen verleden tijd? Gepts: Onze job is al moeilijk genoeg. We gaan ons niet bezighouden met conflicten. Zo’n conflict is ook heel negatief voor de beeldvorming van justitie. Ik was ten tijde van het conflict procureur in Mechelen en werd erover aangesproken, zowel door magistraten als in de maatschappij. Vandenbruwaene: We kunnen vaststellen dat de rust is teruggekeerd. Daarom overleggen we ook veel, bijvoorbeeld in zaken die het arrondissement overstijgen. Een van mijn voorgangers zei ooit: ‘de procureur-generaal en de procureur des Konings moeten vier handen op een buik zijn’. Gepts: Kritiek mag er zijn, dat is zelfs goed. Maar negativiteit helpt niet.
PATRICK VANDENBRUWAENE Procureurgeneraal “Niet alles in de maatschappij moet overgecriminaliseerd worden, we moeten vermijden dat iedereen een strafblad krijgt.” ANNE-MARIE GEPTS Procureur des Konings “Ik merk dat er nu al druk is om assisen terug te installeren. Zelf heb ik er ook heel veel geleerd als magistraat.”