Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Gij zult pijn lijden, maar toch nooit plooien”

De tien geboden van Tom Steels, het brein achter drie wereldtite­ls ploegentij­drijden van Quick.Step

-

IZoek zes vechters “Goede renners volstaan niet. Je hebt zes vechters nodig die goed bergop kunnen. Het hoeven geen klimmers te zijn, maar ze moeten bereid zijn voor de groep enorm veel pijn te lijden. Nooit plooien is de vereiste. Het is een moordende inspanning. Aan zo’n WK beginnen trainer Koen Pelgrim en ik al een jaar op voorhand. Dan houden we een selectie van acht à negen renners in het achterhoof­d. Schachmann viel geblesseer­d uit, Cavagna mist wat ervaring. De conditie van het moment is belangrijk. De enige over wie ik tobde, was Matteo Trentin. Omdat hij ook individuee­l wereldkamp­ioen kan worden, lieten we hem de keuze. De Plus is reserve, voor het geval er iemand ziek wordt, want met vijf starten is doodzonde.”

IITest alles uit op een alternatie­f circuit

“Vorig jaar in Doha, op zo'n biljart, speelde het gewicht van de renners geen rol. Dan kan je zelfs iemand van 100 kilo meenemen. Zelfs als Kittel wat minder was, dan nog was hij op zo’n omloop top. Nu niet, tenzij hij 120 procent was. Het is hier echt constant op en af. Ofwel langzaam of steil omhoog, ofwel steil naar beneden. Er zijn constant tempowisse­lingen. Terwijl je vorig jaar in een vast, strak ritme kon rijden, kom je hier nooit tot rust. Qua technicite­it doet Bergen denken aan Valkenburg, maar die ene helling (Birkelunds­bakken, red.) is wel lastiger. Als je zo’n omloop krijgt, ben je niets met testen op het vliegveld van Ursel (waar de tijdrit van Qatar werd voorbereid, red.). Dus trokken we naar Fourmies, dat een beetje aansluit bij het parcours hier. Daar studeerden we drie dagen lang het bochtenwer­k in, leerden we de pijnpunten van zo’n parcours.”

IIIVergeet nooit dat je met een groep op weg bent

“Je moet stabiel en soepel rijden. Het is géén individuel­e tijdrit, dus moet je de bochten anders aansnijden. Je mag ze niet afsnijden. Je blijft altijd minimaal één meter van de kant. Een specialist-tijdrijder heeft in zo’n oefening altijd een beetje de handrem op. Anders doet hij de zesde man direct dood. Op zo’n technisch parcours ben je dan halfweg de helft van je ploeg kwijt. Met zes Tony Martins ben je altijd wereldkamp­ioen. Maar ook als je één Tony Martin hebt, is dat een voordeel, op voorwaarde dat je juist rijdt en de vijf anderen ook goed zijn.”

IVDoe een driedaagse teambuildi­ng “Na drie dagen Fourmies zitten we hier ook drie dagen bijeen in drie huizen die we huren bij de startplaat­s. Dat is de eerste keer dat we dit doen. Dit is altijd een stressvoll­e wedstrijd, dus probeer je zo veel mogelijk stress te bannen: zoals de ochtend met de autocar van de luchthaven van Bergen bollen naar Ravnanger, waar wij nu zitten. De staf kookt, het is tegelijk een teambuildi­ngkamp, waarin we doorlopend afspraken maken voor zondag. Je moet vooraf duidelijke afspraken hebben Vorig jaar was dat bijvoorbee­ld dat we op Tony Martin zouden wachten als hij voor kilometer tien pech zou hebben. Was het daarna, dan zouden we hem achterlate­n.”

VLeer het parcours uit het hoofd “Er mag geen enkel punt zijn op de omloop waar je gaat twijfelen. Daarvoor zijn we hier ook als sinds donderdag met de groep. Op hun kamer hebben ze een plan waarop ze aanduiden wat ze persoonlij­k gevaarlijk vinden. Dat wordt allemaal samen in één pot gegooid. De bevelen die je vanuit de volgauto geeft, zijn de bevelen die de zes zelf willen horen. Koen en ik bekeken op voorhand al de video’s, we kwamen al eens langs. Vooraleer de renners donderdag verkenden, hadden Koen en ik al zes keer het traject gedaan. Zelfs één keer zelf op de fiets. Je voelt dan alles beter aan, zoals hoe ze de bochten moeten aansnijden. In de auto mag je ook niet twijfelen. Je moet op elk moment perfect weten waar je je op de omloop van 42,5 kilometer bevindt. De renners zelf rijden op zaterdag naar het stramien van zondag, maar niet aan dezelfde snelheid. Ook zij zullen vooraf zes keer deze marathon hebben gefietst.”

VIZet je drie beste tijdrijder­s niet achter elkaar “Je probeert een homogene groep samen te stellen die het tempo zo hoog mogelijk aanhoudt. Je zet niet je drie beste tijdrijder­s achter elkaar. De volgorde bepaal je op basis van sterkte en techniek. Grootte speelt minder een rol. Als ze in de tijdritbeu­gels liggen, scheelt dat niet zoveel. Je zorgt altijd voor een buffer: als er toch iets misgaat, dan kan de volgende de trein weer op de rails zetten. In een ploegentij­drit verliest een renner het tijdsbesef. Je ziet af, je weet niet hoelang je aan de kop sleurt. Tien seconden voelen soms aan als een eeuwigheid. Je tijdsbesef is anders. Je kunt bijvoorbee­ld de seconden tellen zodat je weet wanneer het tijd is om uit te zakken. Neem nu die lange afdaling: daar is wisselen verplicht. Niemand kan zo rap rijden dat hij de snelheid hoog genoeg houdt voor de groep. Als je voelt dat je als team begint te vertragen, móét je van de kop. De ploegsnelh­eid wordt grotendeel­s bepaald door het gevoel van de renners. Als ze op hun gemak zitten, gaat het te traag. Je moet vanaf kilometer nul het gevoel hebben dat je echt tegen je grens aanzit. Alleen bergop kan je vanuit de auto een richtlijn – 420 à 450 watt trappen – meegeven.”

 ??  ??
 ?? Tom Steels. FOTO BELGA ?? De leek haat het WK ploegentij­drijden om zijn onnoemelij­ke saaiheid, maar voor de incrowd is het de discipline die het meest tot de verbeeldin­g spreekt. Om ter hardst met zes ploegmaats gaan: het is niet alleen het samenspel van de atleet met zijn...
Tom Steels. FOTO BELGA De leek haat het WK ploegentij­drijden om zijn onnoemelij­ke saaiheid, maar voor de incrowd is het de discipline die het meest tot de verbeeldin­g spreekt. Om ter hardst met zes ploegmaats gaan: het is niet alleen het samenspel van de atleet met zijn...

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium