Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Pater Albert, 99 jaar Beroemd in Japan, bekend bij de paus
Kunstenaar en missionaris op rust schildert nog dagelijks
De 99jarige pater Albert Carpentier hanteert nog altijd het penseel. De dominicaan was meer dan 65 jaar als missionaris actief in Japan, waar hij zich ontpopte als kunstschilder en glazenier. Sinds twee jaar verblijft hij in het woonzorgcentrum Sint-Gabriël in Antwerpen.
“Ik ben er weer helemaal bovenop, want eind vorig jaar werd ik zwaar ziek”, vertelt de nog altijd spraakzame pater Albert Carpentier in Sint-Gabriël. “Ik kreeg het sacrament van de zieken en genas wonderwel. Momenteel voel ik me goed, al ben ik wel wat hardhorig. Schilderen, wel niet meer in olieverf maar in aquarel, doe ik nog steeds”, vertelt onze gastheer enthousiast.
De 99-jarige pater, steeds getooid met de voor hem kenmerkende muts, is een grote spraakwaterval. Alsof het gisteren is gebeurd, vertelt hij honderduit over zijn werk in Japan, dat haast volledig in het teken stond van de religieuze kunst. Daardoor kon hij het christelijke geloof makkelijker ter sprake brengen tijdens zijn missioneringswerk. Hij gaf er les aan artiesten en maakte zelf ontelbare tekeningen, gravures, schilderijen en glasramen.
Albert Carpentier werd op 4 september 1918 in Zandvliet geboren als jongste telg in een gezin met vijf kinderen. Na zijn studies voor priester aan het Klein Seminarie in Hoogstraten en zijn opleiding tot dominicaan volgde hij, in afwachting van het vertrek naar Japan, lessen decoratief schilderen aan het Sint-Lucas in Gent. “Maar al in de periode 1931-1937 volgde ik in Hoogstraten bij Remi Lens tekenen en schilderen en in de jaren veertig tekende ik kerken voor het parochieblad.”
Invloed van Permeke
Hij werd tot priester gewijd in 1944. Daarna wenkte Japan. “Ik kan het niet anders uitleggen dan dat ik mijn roeping volgde: dominicaan worden en naar Japan trekken. Maar eerst was ik ongeveer een jaar onderpastoor in Canada, meer bepaald in de parochie die verbonden was aan het klooster Sint-Hyacinhe in Montreal. Van 1949 tot 2016 lag mijn werkterrein in Japan. En nu verblijf ik in een rusthuis in Antwerpen, maar ik hou nog altijd contact met de mensen ginder.”
Carpentiers eerste missiepost was de stad Sendai. “Ik deed er drie maanden parochiewerk. Daarna zat ik vooral in Tokio, waar ik lesgaf aan kunstenaars en zelf ook creatief aan de slag was. Na tien jaar Japan keerde ik voor een jaar terug naar België en in die periode leerde ik de techniek van het maken van brandramen. Mijn leraar was de bekende glaskunstenaar Jan Huet.”
Terug in Tokio beschikte de pater over twee ateliers: een voor de tekenlessen en een voor het maken van glasramen en gravures. In heel wat kerken en gebouwen in Japan en elders hangen brandramen van pater Albert Carpentier. In de kerk van Zandvliet bevindt zich een drieluik in olieverf over de Verrijzenis van Christus. Zijn stijl omschrijft hij het liefst als christelijk en expressionistisch, waarbij duidelijk een invloed merkbaar is van de bekende kunstschilder Constant Permeke: “In Japan vinden ze mijn werk Euro- pees en in Europa denken ze het omgekeerde. Ik probeer gewoon mezelf te zijn, maar de vele jaren Japan hebben ongetwijfeld een invloed gehad.”
Eigen museum
De pater is op het artistieke vlak een autoriteit in Japan. Hij was lid van twee belangrijke kunstschildersverenigingen en verscheen meermaals op televisie. Bovendien heeft hij een persoonlijk museum in de Universiteit Sint-Catharina in Matsuyama. Bezoekers kunnen er veertig gravures, zestig kleine glasramen en een collectie olieverfschilderijen bewonderen. In ons land stelde hij onder meer tentoon in Antwerpen, Oostende, Knokke, Gent, Sint-Niklaas, Zandvliet en Lillo.
In 1988 verscheen een bibliofiele uitgave in vier talen (Nederlands, Engels, Frans en Japans) over hem onder de titel Albert Carpentier, geïllustreerd met afbeeldingen van zijn gravures. “Zelfs de huidige paus bezit een werk van mij. Hij kreeg dat als geschenk ter gelegenheid van het 800-jarige bestaan van de dominicanen”, geeft hij trots mee.
Nu het werk in Japan voor hem verleden tijd is, vult de pater in het woonzorgcentrum zijn tijd op met het maken van kleine aquarellen, waarin het religieuze aspect nog altijd primeert. “De geur van olieverf kan ik niet zo goed meer verdragen en daarom ben ik overgeschakeld op waterverf.”